Vanochtend werd voor de kortgeding-rechter gepleit in het geschil tussen de exploitant van de horeca-zaak “Arte” (Grote Markt) en het Kortrijkse stadbestuur. In meerdere vorige stukken hadden we het al over die terrassenoorlog. Aanleiding van het laatste conflict vormde het weghalen door de politie van het terrasmeubilair van de restauranthouder omdat hij zijn terras had uitgebreid op momenten dat dit volgens het stadsbestuur niet mocht. Uitspraak wordt verwacht over een tiental dagen. Schepen Stefaan Bral was niet aanwezig op de rechtbank terwijl hij fundamenteel aan de basis ligt van dit geschil. Au fond zou hij persoonlijk de proceskosten moeten dragen. Alhoewel: ook het College treft schuld want is er niet in geslaagd om het eigengereid en onbesuisd optreden van de schepen van vrije tijd aan banden te leggen. De schepenen Frans Destoop en Jean de Bethune proberen nu de meubels (6O stoelen en 50 tafels) te redden. Bral zelf laat niks van zich horen. Zijn naam is haas. Dat reglement waarbij Bral in naam van zijn vzw Bruisende Stad een “bijdrage” opeist aan bepaalde neringdoeners die hun terrassen willen uitbreiden bij “evenementen” is volstrekt krakkemikkig in mekaar geknutseld. We gaan dat nu nog maar een keer uitleggen. Maar eerst nog even zeggen waar het Schepencollege een fout heeft gemaakt. Schijnbaar zonder enig kommentaar (notulen van het College bevatten jammer genoeg nooit een mondeling verslag) heeft men op 31 mei “kennis genomen” van de regeling die Bral had uitgedokterd om evenementen van Bruisende Stad mede te laten financieren door bepaalde horecazaken. Een eerste procedurefout bestond er al in dat men niet heeft opgemerkt dat dit reglement (met de gevraagde vergoedingen voor de uitbreiding van terrassen) al werd toegepast bij de Sinksenfeesten van half mei. Fundamenteler evenwel is dat het College niet heeft opgemerkt dat geldelijke “bijdragen” voor gebruik van het openbaar domein wel degelijk retributies zijn en als dusdanig moeten worden goedgekeurd door de gemeenteraad. Het toppunt is dat in het beheerscontract zelf tussen de Stad en de vzw Kortrijk Bruisende Stad (KBS) de term retributies wordt gebruikt. En om het ingewikkeld te maken ook samen met het woord “vergoedingen”. Leg een keer art. 14 voor aan een of andere jurist. Daarin staat o.m. (het is veel te lang om wel te zijn): “De vereniging (KBS) heeft het recht vergoedingen vast te stellen voor het gebruik van het openbaar domein tijdens openluchtevenementen door de vereniging georganiseerd en om deze gelden te innen, na (na!) goedkeuring ( “kennisname” volstaat dus niet) door het College van Burgemeester en Schepenen. De vereniging stelt het bedrag van de retributies vast met betrekking tot de vergoedingen voor dienstverlening en voor het gebruik van de infrastructuur. Deze beslissingen kunnen echter slechts uitwerking krijgen na goedkeuring van de retributies door de gemeenteraad”. De gemeenteraad heeft het reglement-Bral nooit gezien. Het Schepencollege had ook moeten opmerken dat de Bralse “regeling” moest geïncorporeerd worden in het bestaande stedelijk belastingsreglement voor terrasuitbreiding. En misschien had een of ander jurist in het College kunnen vaststellen hoe rommelig de regeling wel was. Ten eerste worden slechts bepaalde zaken uit het stadcentrum gevraagd om bij evenementen van KBS een bijdrage te betalen. Schepen Bral organiseert evenwel ook evenementen in bijvoorbeeld Bissegem, en die neringdoeners worden daarbij niet geviseerd. Ten tweede. Er wordt een lijst opgesomd van evenementen, maar die is niet limitatief. Van sommige evenementen is overigens ook niet altijd duidelijk of die nu al of niet en enkel door Bruisende Stad worden georganiseerd. Ten derde. Bij betaling van een jaarlijks forfait tolereert de Stad stilzwijgend dat exploitanten ook op andere “momenten (bij mooi weer) ” hun terras uitbreiden. Dat is nu net wat “Arte” heeft gedaan. Maar wat is “een moment” ? En wat is mooi weer ? Kan het ’s nachts ook mooi weer zijn? En zijn “momenten” altijd en alleen geassocieerd met “mooi weer”? Ten vierde. Er bestaat ook nog een zgn. afsprakennota tussen de vzw KBS en de Stad. Dat wordt continu vergeten. In art. 2.5 van die nota staat 1) opbrengsten voor innames van openbaar domein gedurende één dag of gedurende een beperkte periode van aktiviteiten zijn voor rekening van KBS 2) opbrengsten voor een langere periode zijn voor rekening van de Stad. Met andere woorden: het jaarlijks forfait dat exploitanten betalen voor hun terrassen gaat niet naar het budget van Bral. Maar hij gebaart van krommenhaas. Zijn naam is haas. De Bralse regelgeving is alleszins niet door een jurist opgemaakt. Een bepaalde zaak (Kantate) behoort zelfs tot twee verschillende categorieën van betalers met de bijhorende verschillen in het te betalen bedrag. Het jaarforfait moest door de kasteleins ten laatste op 10 juni worden vereffend. Maar nergens wordt bepaald wanneer dat jaar begint te lopen en wanneer het dan wel eindigt. Het College van Burgemeester en Schepenen zit nu met de door Bral gebakken peren. Het meest ellendige is dat de raadsman van de Stad er zich vanochtend in de Rechtbank van Eerste Aanleg heeft proberen uit te redden door te zeggen dat het College het reglement van Bruisende Stad nooit heeft goedgekeurd, maar er enkel heeft van kennis genomen. Ach! Zo kunnen we het ook. Wat een gotspe ! Het stadsbestuur zegt nu ook dat “Arte” voor zijn terras een bouwvergunning nodig heeft. Binnenkort regent het dus van aanvragen voor een bouwvergunning.