HST betekent Hogesnelheidstrein (high speed train).
HST4i dient u te lezen als HST for (four) Integretion.
HSTc is HST Connect.Het verschil tussen beide grensoverschrijdende Europese programma’s (van InterregIIIB NWE) is niet heel duidelijk. Maar allebei hebben ze iets te maken met de opwaardering van stationsomgevingen in het perspectief van een betere aansluiting met het HST-netwerk. Ietwat simpeler gezegd: rondom de HST profiteren plaatsen en studiebureaus in heel Engeland, België, Frankrijk, Nederland en Duitsland ervan om met zogenoemde transnationale projecten voor tientallen miljoenen euro subsidies aan de EU te ontfustelen.
Eigenlijk zijn er drie projecten bij InterregIIIB: HST4i, HSTc, en FINESSE.
De leiding ervan ligt bij het Britse SEEDA, de South East England Development Agency uit Guilford.
In onze streek is de intergemeentelijke vereniging Leiedal zowat de “leading partner” voor HST4i en HSTc. Men werkt met een budget van 7,4 miljoen euro, waarvan 3,3 miljoen Europees geld.
Bij HSTc zijn plaatsen als Armentières, Menen, Wevelgem, Kortrijk, Harelbeke, Waregem, Wevelgem betrokken. In die plaatsen mikt men met het Europees geld concreet op de heraanleg van stationsomgevingen. Al merkbaar in Menen en Harelbeke.
HST4i slaat eerder op onderzoekswerk, strategische planning.
In totaal dacht men alhier aan de opmaak van drie studies :
1) Een studie naar de positie van de Kortrijkse regio binnen het HST-netwerk;
2) Een studie naar de sociaal-economische impact van de nabijheid van het HST-netwerk op de regio;
3) Een studie naar de mogelijkheden voor een opwaardering van stationsomgevingen in de regio (dat is eerder voor HSTc).
De eerste studie is al door Leiedal in september vorig jaar toegewezen aan Tritel uit Mechelen. Kostprijs mij niet bekend, maar het werk moest wel al klaar zijn.
De tweede studie is kort gelden definitief gegund aan het bureau van prof. Peter Cabus (met eigen consulting in Mechelen) dat hiervoor samenwerkt met prof. Wim Vanhaverbeke, Bureau Louter en Urban Unlimited. Totale kostprijs: 67.760 euro, waarvan 31.847 euro gefincierd door Europa.
Dat zijn allemaal vriendjes onder elkaar hoor. Netwerken.
Krijgen lekker veel overheidsopdrachten. Ons eigenste raadslid Carl Decaluwé heeft dat een keer opgevraagd, als Vlaams volksvertegenwoordiger dan. Het duo Vanhaverbeke-Cabus van de KUL bijv. ontving van de Vlaamse overheid 3,4 miljoen BEF in 2000 en 115.181 euro in 2001-2002. Voor 2002-2004 waren er nog lopende opdrachten waarvan de kosten nog niet bekend waren. En onze Peter Cabus was ook nog moderator bij de stadgesprekken van november 2004.
Waarom kan Leiedal dat eigenlijk niet zelf ? Met al zijn architecten, ruimtelijke planners, verkeersdeskundigen, urbanologen, zijn cadcams?
We mogen ons aan veel lulkoek verwachten. Lees maar eens de vele “project documents” op www.hst4i.net. Meer speciaal die met als titel “HST impact study” of “tender brief HST impact”.
Prof. Dr. Peter Cabus en cs. worden verzocht om een geschikte methodiek (methodiek!) uit te werken om de economische impact te meten van de nabijheid van het HST-netwerk. Nou, veel daarover hoeft hij maar af te schrijven van internet. En alle nodige cijfermatige gegevens zijn gewoon bij Leiedal te bekomen.
Verder wordt – na de zoektocht naar een methodiek – onderzocht hoe de positieve invloed van een HST-verbinding voor de Kortrijkse regio kan gemaximaliseerd worden. (In een eerste toelichting was nog sprake van een mogelijk negatieve impact.) En ook nog wat een realistisch ambitieniveau zou kunnen zijn voor de regio in dat verband. Met andere woorden: op welke potentiële economische voordelen die voortvloeien uit de internationale bereikbaarheid moet de regio mikken?
De resultaten van de onvermijdelijke lulkoek, verpakt in sociologisch-economisch-geografisch jargon en pijlkaartjes van planologen, worden nog in november van dit jaar vrijgegeven.
P.S.
Op de websites van HST4i en HSTc ongeveer alles gelezen.
Foto’s gezien van de stationsomgeving Harelbeke en Menen. Die van Kortrijk-statie is een simulatie met een wel héél hoge toren.
Van de metro naar Lille is er nauwelijks sprake.
Als de studie nu een keer zou besluiten dat er best wel bewegwijzering vanuit Kortrijk naar het dichtsbijzijnde metrostation kon komen. En in Lille tenminste één wegwijzer naar Courtrai. Dat zou al een beetje maximalisatie zijn.