Kortrijk is wél een cultuurstad !

Héél Vlaanderen is een cultuurstad. Dus Kortrijk ook.
De CD&V hield zopas (vandaag) een persconferentie over “cultuurstad Vlaanderen”.
Onze burgemeester was er als Vlaams volksvertegenwoordiger ook bij (0474/98 66 91).
Verder nog de CD&V-voorzitter Jo Vandeurzen (0475/62 06 90), de Antwerpse schepen van cultuur (niet de onze!) Philip Heylen (03/220 83 62), de Vlaamse volksvertegenwoordiger Steven Vanackere (0478/88 35 39). Ik vermeld hier maar even de telefoons want zij doen dat ook open en bloot in hun persbericht.De voorstellen verraden evident de hand van onze burgemeester.
Interessant daarbij is dat men Vlaanderen wil beschouwen als één grote cultuurstad waarbij de onderlinge – en “vaak ongezonde” – concurrentie tussen steden dient overstegen te worden.
Laag bij de gronds als we zijn kan hierbij als kanttekening gemaakt worden dat Kortrijkse toplieden dusdanig zijn geobsedeerd door Lille dat de stad op gebied van cultuur niet eens eventjes enige doodgewone, concrete afspraken kan maken met steden als Ieper, Brugge, Roeselare. Laat staan met Brussel.
(Hoeveel “overleg en complementariteit” met andere steden is er bijv. al bedacht inzake de komende 11-julifeesten?)

Ook dient vastgesteld dat onze burgemeester van Kortrijk ondermeer een stad van design wil maken, en dit in onhoudbare concurrentie met Milaan, Berlijn, Londen. Met de “European Design Capital” Eindhoven ook en met de designmusea van bijvoorbeeld Brussel, Antwerpen en Gent.

Verder voelen we aan ons water dat er intern, binnen onze stad zelf tussen de conservatrices van de Stedelijke Musea en van het Vlasmuseum en de bobo’s van Buda Kunstencentrum of van de Stadschouwburg nauwelijks contacten zijn en er weinig sprake is van echte genegenheid. Als we die ongezonde stille oorlog binnen onze eigen stad al eens “in overleg en in complementariteit” konden overstijgen!

Kent er iemand onze cultuurbeleidscoördinator?
We hebben ten andere geen schepen van cultuur.
De cumulerende schepen Stefaan Bral is er een van “vrije tijd” en bij gebrek aan visionaire ideeën aldaar is Stefaan De Clerck dan maar het cultuurbeleidsdomein ter harte gaan nemen. Met zijn persoonlijke (nobele!) besognes die mentaal geen humus vinden bij de bevolking. Kar voor het paard spannen, daar kan hij wat van.

Zoals volksvertegenwoordiger Bart Caron (Spirit) uit Marke al heeft opgemerkt in zijn brochure over de Kortrijkse cultuurpolitiek zijn er alhier vier schepenen onledig met kunst en cultuur. Zelfs de schepen van milieu met cowboy Henk en de tekeningen en teksten op de vuilniszakken.

Het probleem is dat onze burgemeester (net als die van Roeselare) teveel op reis gaat en besmet is geraakt door de wahabitische leer van Richard Florida. De creatieve klasse. Het belang van de creatieve industrie voor stadsontwikkeling.
Stefaan wil eerder Kortrijk dan Vlaanderen op de wereldkaart.
In het “Europabericht” van februari 2004 (nr. 282) liet hij als ambitie blijken om van Kortrijk een “città dell’ arte” te maken, nog wel naar het model van multi-media kunstenaar Michelangelo Pistoletto. (Even Biella bezoeken!)
De Kortrijkzanen zouden daarbij gaan “sidderen”.

WAT VOOR STAD IS KORTRIJK NU EIGENLIJK ?
Iedereen is beducht voor deze vraag.
Volgens schepen Jean de Bethune is Kortrijk een stad van studenten en ondernemers en toeristen. Ook van film en media. Soms nog een historische stad. Stefaan Bral ziet de stad bruisen. Schepen Destoop bekijkt Kortrijk als een stad van kansarmen. Philippe De Coene maakt er een groene bloemenstad van. Maar waar is dat wandelend bos gebleven?
En ja, onze burgemeester wil hier een megawinkelstad van design, innovatie en creatie.
Mode. Dans. Museum- en monumentenstad.
Nog terzijde opmerken dat voor de modale bewoner Kortrijk vooral een stad van belastingen is.

Iedereen is ervoor beducht om Kortrijk te beschouwen als een gezellig en schoon (net en rein) provinciestadje aan de Leie en de vallei van de Heulebeek. Met toch enige verrassingskes. Van Lieven Neirinck bijvoorbeeld. Of van Piet Moerman. Delvoye mag ook. En de Kortrijkse Revue krijgt dan echt professionele bijstand. Om het spel wat in te korten.
We hebben zelfs een vliegveld. Donororganen landen er en stijgen op. Welke andere centrumstad kan dit nog navertellen? (Voor wanneer een keer een airrace op Hoog-Kortrijk? Als Berlijn dat kan, dan wij ook.)
Zonder ongezonde concurrentie met andere steden na te streven zijn er hier volkomen originele, unieke manifestaties te bedenken. We kunnen een eigen stadsmunt invoeren. Een jaarlijkse dag van de hetero’s organiseren, met parade. Een bunker (tijdcapsule) volstouwen met erfgoed die dan pas over 100 jaar mag worden geopend. We kunnen van Kortrijk een keer een geheel “ontregelde stad” maken. Stel u voor: je komt de stad binnen en leest daar op een bord: “Dit bord negeren a.u.b.” En waarom geen “Week van de wansmaak”?

Er is een soort koudwatervrees om via een (broodnodige) consodilatiegolf van het bestaande eventueel aan city-marketing te doen. “ Herstel de beenbreuken tussen onze cultuuractoren onderling én de cultuurbarabaren. Doe goed waar je goed in bent,” zegt Bart Caron.
Onze culturele bobo’s en bijhorende jobhoppers hebben het soms moeilijk om bescheiden te blijven.
Alhoewel. Steeds sterker wordt de impressie dat zij zichzelf beginnen tegen te komen.
(Het eerste kunstenfestival “Fresh” zullen we maar vergeten. ) En we naderen een sterk momentum met de volgende verkiezingen. Met de nieuwe bib, de nieuwe concertzaal, het muziekcentrum in de volgende legislatuur. Kortrijk 1302.
Als onze cultuurdames nu al een keer in overleg zouden treden en in complementariteit.
Allez, Rooske, Machteld, Annick, Isabelle (2), Lieve, Maureen, Carine, Liza, Annelies, Valérie, Julie, Véronique, Dominique. Ga eens samen naar de kapper.

Maak om te beginnen eens een gezamenlijke website over cultuur in de stad. Met forum.
En in het “voorlopig bewind” van Buda Kunsteneiland kan Yvon Vanden Abeele nu ook het heft in handen nemen.

P.S.
Tekenend voor het bruisende en vurige (debat)klimaat in de stad is dat er op de website van Bart Caron tot op heden slechts twee reacties zijn gekomen op zijn uitvoerig epistel over de cultuurpolitiek in Kortrijk.