Word maestro of master in Kortrijk

Dit is de meest opvallende oproep sinds tijden die nu plots is verschenen op de officiële website van Stad. In kleur.
Heeft ons stuk van 23 mei er iets mee te maken?

We vertelden toen welke jobs er bij Stad in het verschiet liggen. Op kortere termijn: drie. Drie !
Gaven toen aan hoe “wervingen” bij een stadsbestuur kunnen verlopen. De procedures, in grote lijnen. De theorie, niet de praktijk !
Voor de drie jobs waar onze bureaucratie nu blijkbaar behoefte aan heeft is in een Collegebesluit (door niemand gekend) thans aangegeven dat men in de eerste plaats wil zoeken naar kandidaten uit de eigen ambtenarij. Daarbij mikt men op ‘opdrachthouders’ of ‘mandaathouders’. Dat zijn ambtenaren in functie. Het staat allemaal niet uitgelegd in de advertentie.

DE ADVERTENTIE IS BOERENBEDROG, DOET ALSOF KORTRIJK EEN BEDRIJF IS.
(KORTRIJK IS EEN POLITIEK BEDRIJF.)

Stadsbestuur zoekt intussen – staat niet in de advertentie – nog naar een ‘accountant’ (of twee) voor het op te richten één “uniek ondernemersloket”. Naar een administratief medewerker. Men moet wel gek zijn om daarvoor te solliciteren. De namen zijn al in omloop.

Het is daarom dat die brede oproep naar kandidaten voor een “bijzondere job” als “maestro” of “master” bij Stad (de twee termen worden door elkaar gebruikt) nogal abject is. Raar.
Goed bekeken: leugenachtig. Kortrijk stelt zichzelf voor als een bedrijf.

Het is alsof er in de personeelsdienst van Stad iemand gewoon geen werk heeft en bij wijze van vriendelijkheid zoekt naar iemand. Dan maar een leuke advertentie schrijven. Goed bezig zijn. Zichzelf bewijzen (de bureaucratische wet van Parkinson).
De stijl is navenant bijzonder opgewekt, in de je-vorm. Bedenker heeft van vorming genoten: “Leuk Leren Schrijven”.
Anderzijds blijkt uit de oproep dat Stad nood heeft aan intellect.

Maestro !
Als u (Jij) niets afweet over 1) wonen, 2) onderwijs, 3) Europese projecten: laat maar varen.

Overigens, wat zijn dat? Masters of maestro’s?
In de personeelsformatie kennen we termen als directeurs (8 in aantal), adjuncten, hoofddeskundigen, deskundigen. Geen masters of maestro’s. Diensthoofden wel. Coördinatoren. Niveaus.
Het is in zijn algemeenheid een potsierlijke sollicitatie-oproep. Modieus.
Wat wil men hiermee nu eigenlijk mee bereiken?
Om welk niveau gaat het? Je moet in elk geval kunnen leiding geven, in staat zijn om een dynamisch team te dirigeren. Mensen aansturen. Lijnen uitzetten. OVERTUIG ONS ! JIJ ! (Wij zij het al.)

Uit de opsomming van wat voor soort mensen – geboren leiders – eventueel kunnen solliciteren (ingenieurs, pedagogen, taalkundigen, sportwetenschappers, communicatoren, agogen, enz., zelfs stedebouwkundigen) is af te leiden dat kandidaten toch liefst uitpakken met een of ander getuigschrift van minstens hoger onderwijs. Alleen Masters?

Uw sollicitatie met motivatie en cv opsturen naar directie.personeel@kortrijk.be. Dat is de sollicitantendatabank. Informeer u vooral eerst bij Anne Caby, op 056/27 86 88. Of, als u dit nu pas leest: 0473/86 29 65. Bel nu.

Wie heeft er zoal inzage in die databank? Dat is toch een delicate kwestie. Zomaar uw naam en cv prijsgeven ook “al heb je misschien een prima baan, maar wil toch ietsje meer”.

Teamplayers
Juni vorig jaar was er een keer een oproep naar “teamplayers” voor de culturele sector. Geen masters toen. Weet u ondertussen hoe men aan een nieuwe bibliothecaris is geraakt? Aan een conservatrice voor het Vlasmuseum? Bestuursleden konden de aanstellingen via de pers vernemen. Wisten ook niets af van de gevolgde procedure. (Waarom vond men geen kandidaten van buitenhuis?)

Enthousiastelingen
In november vorig jaar was er een keer een vraag naar “enthousiaste bachelors”. Dat blijkt dan achteraf te gaan om een jeugddeskundige (die uiteindelijk intern werd verkozen), een speelpleinwerker. Een stafmedewerker voor de Schouwburg. Voor deze functie bijv. waren er 232 kandidaten. (Databank zeker?) Na selectie in twee stappen (februari en maart) bleven er nog 32 geslaagden over. Om bepaalde redenen werden er in april van dit jaar uiteindelijk slechts twee kandidaten uitgenodigd.

Vrijwilligers

Nu een persoonlijk feit.
Ik heb ooit in september vorig jaar – na een oproep op de website – gesolliciteerd als vrijwilliger “onderwijsopbouwwerk”. Schriftelijk en telefonisch. Schone cv binnen. Vroeg om een onderhoud. Nooit meer iets van gehoord. Niets. Nul. Weet niet of er intussen opbouwwerk is.
Zo’n een vrijwilliger onderwijsopbouwwerk zou bijvoorbeeld nederlands leren aan allochtonen. Naar verluidt willen de mannen van moslimvrouwen geen mannelijke leerkracht. Zodoende heb ik er nooit meer iets van gehoord.

Afspraken tussen Buda AGB en Stad vergen meer duidelijkheid

Vanavond is er in de Budascoop opnieuw de maandelijkse bijeenkomst van artistiek-minnend Kortrijk met het Buda Kunstencentrum. “Buda Libre”. We zorgen voor wat gesprek-stof.

Maar eerst even dit.
Het Autonoom Gemeentebedrijf (AGB) Buda absoluut niet en nooit meer verwarren met de vzw Buda Kunstencentrum
(Buda KC.)
Buda agb is van Machteld Claerhout. Buda kc van Frankie Devos. Punt. De pentabudascoop is van de familie.

Kort gezegd heeft Buda AGB als taak het beheer, de exploitatie en valorisatie van het cultureel patrimonium van de Stad op de buda-site. Het eiland. AGB Buda is – in naam van de stad – een soort conciërge en syndicus van de Budascoop, de Budatoren en de fabriek Desmet-Dejaeghere. Buda Kunstencentrum daarentegen is een private vzw die vooral op de buda-site allerhande artistieke projecten organiseert en trouwens ook huur betaalt voor het gebruik van de infrastructuur.

Buda AGB = beheer, exploitatie.
Vzw Buda KC = evenementen. (Er zijn ook andere mogelijk.)

Vergelijk dit systeem (rechtsfiguur) nu een keer met de LOM en LEM voor het vliegveld Kortrijk-Wevelgem? Of met Sportplus? Met de Schouwburg? Dat zijn dan plots geen AGB’s.

Van Stad ontvangt Buda AGB voor zijn ‘werkingskosten’ 140.000 euro. (Vorig jaar 143.500, in zijn half jaar bestaan!)
De vzw Buda Kunstencentrum krijgt gewoon 15.000 euro uit de pot van toelagen (80.000) voor private professionele podiumkunsten. Tegenstanders van alles wat op het Buda-eiland gebeurt verwarren continu die twee bedragen. Verzwijgen – of weten het gewoon niet – dat Buda KC voor de gebouwen in principe een gebruiksvergoeding van 110.000 euro op jaarbasis betaalt. (Wegens voorlopige onbeschikbaarheid van het fabriekspand: 78.996 euro.)

De oprichting van Buda AGB is door de gemeenteraad goedgekeurd op 14 mei 2007. Het AGB kreeg rechtspersoonlijkheid op 18 juni 2007, toen de Raad van Bestuur werd opgericht. In die Raad zetelen 5 politieke vertegenwoordigers: de burgemeester, toekomstig schepen van Cultuur Christine Depuydt (CD&V), Jan Deweer (VB), Bart Caron (VL.Pro), Elisabeth Van Damme (VLD). Deskundigen zijn: Ronald Bastiaens, Liesbeth Decan, Barbara Raes, Dirk Vanderstede.
Ik verdenk er geregeld een aantal bestuursleden van dat zij het zelf niet meer weten, dat ze van BUDA zijn. En ze moeten het maar weten! Daar ! Slieperdesliep !

Tussen Buda AGB en Stad is er nu eindelijk een beheersovereenkomst in de maak. Eén jaar na de oprichting van het autonoom gemeentebedrijf…

Wat voor aangelegenheden dient zo’n beheersovereenkomst zoal te regelen?

Concretisering van de doelstelling

Het AGB Buda vindt het duidelijk dat het bedrijf een exploitatie- én een programmatieopdracht heeft. Een programmatieopdracht? Betekent dit dat het AGB ook zelf (artistieke) projecten kan op stapel zetten? Milestone? Een design award?

Toekenning van de middelen

Qua infrastructuur gaat het om de Budascoop, de Budatoren en de Budafabriek. Wat met de ‘Secret Gardens’? Van wie zijn de Paardebudastallen? De Orangerie behoorde toch ook tot de allocatie van gebouwen? Het ‘Budaplein’?

Hiertoe zou het AGB een huurovereenkomst aangaan met Stad.
In het ontwerp van beheersovereenkomst is er concreet geen sprake van hoeveel dat huurgeld zal bedragen. Men wacht op een schattingsverslag. Maar, zo zegt Buda AGB: “men heeft er geen bezwaar tegen om huurgeld (aan Stad) te betalen, mits daar tegenover een evenwaardige toelage (van Stad) staat”. Dit is een puike redenering. Zie verder hoe dit syllogisme is afgesloten.

Buda AGB vindt dat de huidige stadstoelage (140.000 euro) slechts een aantal vaste kosten (vooral personeelskosten) compenseert. En de huurgelden die het AGB zelf zal incasseren van de gebruikers (bijv. Buda KC) zou men willen aanwenden voor “inhoudelijke werking”. Dus toch voor eigen initiatieven?

Buda AGB verwacht naast de jaarlijkse dotatie nog een eenmalige kapitaalsinbreng van Stad ten bedrage van 25.000 euro.

Buda AGB laat niet na om te wijzen op de hoge kosten die het bedrijf moet dragen.
Inzake energiekosten ging het in de Budatoren om 16.100 euro. (Telefoon: 9.000 euro!). Budascoop: 18.300 euro. Geen cijfers over (kleine) onderhoudskosten.
We zochten even de schoonmaakkosten op voor de Tacktoren. Voor de jaren 2005-2007 uitbesteed aan een firma uit Brugge voor een bedrag van 45.909 euro.

Tariefstructuren

De tarieven voor het gebruik van de gebouwen door organisatoren worden door de gemeenteraad vastgelegd, op voorstel van het AGB. In de statuten staat evenwel: door de Raad van Bestuur.

Informatieverstrekking door het bedrijf aan de gemeente

Gemeenteraadsleden hebben nog altijd nergens een ondernemingsplan gezien, noch een operationeel plan. Jawel. Ooit een totaal waanzinnig en achterhaald stuk voor de komende jaren. Verslagen van vergaderingen? Jaarlijks rapport? (Het AGB bestaat één jaar.)

Personeel

Het AGB stelt autonoom zijn eigen personeel te werk en volgt daarbij de rechtspositieregeling (het statuut) van de stad. Goed zo. Hoeveel personeel wenst men wel?
Het AGB wil niet meer dat allerhande administratie wordt verzorgd door de directie Personeel. (Daar wordt op ingegaan.)

In het beslissend gedeelte van het Collegebesluit staat heel verrassend dat Buda AGB de gebouwen op de Budasite ter beschikking krijgt, ZONDER BETALING VAN EEN HUURVERGOEDING.
En: de energiekosten en de waterfactuur worden voor 80 PROCENT terugbetaald
. Telefoons niet. Die 9.000 euro. (Internet en fax wel?)
Over een eenmalige kapitaalsinbreng: geen woord.

P.S.
De oprichting van Buda AGB heeft onvoorstelbaar veel gedoe en geld gekost. Dat “voorlopig bewind”. Een nodeloos gedoe van studies en honoraria en vorming en teamwork en papier en vergaderingen van spelmakers van jewelste. De Kortrijkse culturele sector is waarlijk bijna goed te vergelijken met het wespennest van de horeca.
Zie veel vorige stukken.
Weet je wat?
Buda AGB is een beetje het meest grote ijdeltuitige van onze gemeentebedrijven. Wil altijd maar inhoudelijk werken. (Hoeveel AGB’s hebben we hier eigenlijk?)
Het SOK bijv. maakt géén spel, maar dat is minstens inhoudelijk zeker niet goed.

En voor het overige denk ik dat Buda Kunstencentrum op het verkeerde pad blijft staan.

AFFAIRES TRANSFRONTALIERES (1): “un billet curieux”

Dr. Armand Héroguel is hoogleraar Nederlands (toegepaste taalwetenschappen) aan de universiteit Charles-de-Gaulle (Lille3) in Roubaix. Ook Maître de Conférences HDR de Neérlandais.
HDR wil zeggen: ‘habilitation à diriger des recherches”.

Héroguel maakt sinds enige tijd een weblog over grensoverschrijdende zaken en besteedt hierbij nogal wat aandacht aan Kortrijk en de regio. Interessant om zien hoe men van “over de schreve” informatie over onze streek en stad opdoet en weergeeft.

Héroguel vertelt op zeker moment dat hij “un billet curieux” heeft gevonden op de weblog van een zekere ‘kortrijkwatcher’.

Titel van de item: “Nos” maghrébins.
“La lecture de ce billet m’a mis mal à l’aise, même si le paragraphe en italiques à la fin précise qu’il faut prendre tout cela au deuxième degré.”

Zie: http://aheroguel.wordpress.com .

Héroguel heeft het hierbij over ons stuk van 9 mei, met als titel: “Kassa kan toevloed zwemmers amper slikken”. We hadden het toen over een overrompeling van bezoekers in het open zwembad, aangevoerd door een twintigtal wagens met Franse nummerplaat 59.

Op de weblog van de Rijselse prof zijn een aantal links aangebracht, naar Kortrijk-Stad en Leiedal bijvoorbeeld.
En naar het “Agence de développement de Courtrai”. Bedoeld is ons Stadsontwikkelingsbedrijf, het SOK.
Wie de link aantikt komt evenwel terecht bij het “StrijkOrkest van de Kust”.
Her is me ook al meerdere keren overkomen.
Het SOK zou daar een keer iets kunnen aan doen. En ten andere ook meer transparante informatie geven over wat men zoal uitricht. En de Kortrijkse burger inlichten over de financiering van dit autonoom gemeentebedrijf. Kreeg onlangs nog een overbruggingskrediet van Stad.
Dit terzijde.

Prof. Héroguel heeft ook meegewerkt aan de taal-leer-website FRANEL. Een schitterend product van een Europees project genaamd LINGU@TIC. Opgestart in februari 2006.
Bij FRANEL kun je op internet interactief en gratis Frans of Nederlands leren. Daarbij wordt gebruik gemaakt van reportages van de regionale TV-zenders WTV, NOTélé (Henegouwen) en C9 (Nord Pas-de Calais).
Te vinden via www.wtv.be/franel.
Bij de lancering had de taal-leer-website al onmiddellijk zeer veel succes. Hoe het daar nu mee staat weet ik niet.
Er is waarschijnlijk opnieuw wat meer reclame voor nodig.

‘t Gaat goed vooruit met de HST (3)

Op 14 mei presenteerde Leiedal de resultaten van twee uitgebreide studies over de HST (high speed train) en de impact op de Kortrijkse regio. Een infomoment. De studies zijn nog altijd niet gepubliceerd op de website van Leiedal, terwijl ze door ons (burgers) zijn betaald.

Hierna dus eerst een samenvatting van al dat werk, zoals verschenen in “Het Kortrijks Handelsblad” (23 mei). Zonder twijfel voor een groot stuk overgenomen uit de persmap. Titel was: “Hst ligt nog moeilijk”.

Geniet maar even mee van het blablabla. En lees daarna nog wat randbemerkingen en een naschrift bij het gebeuren. Een schaalsprong.

Voluntarisme

Het bestaan van politiek voluntarisme en ondersteunende structuren is een noodzakelijke, maar onvoldoende voorwaarde voor grenzeloze samenwerking. Er zijn nochtans troeven voor de opbouw van een gemeenschappelijk sociaal-cultureel kapitaal. Het is nodig om het draagvlak te verruimen van bestuurlijk en academisch niveau naar andere segmenten van de maatschappij. Er is dus nog meer voluntarisme noodzakelijk en dat zal veel investeringen vergen in de creatie van gemeenschappelijk grensoverschrijdend sociaal-cultureel kapitaal. De nood aan bereikbaarheid per hst speelt eigenlijk voor weinig bedrijven een grote rol.

Tak aan de hst

Een conclusie is toch: tak beter aan op de hst, dit ondersteunt de bedrijfsrelaties en -strategie. De regio Kortrijk-Roeselare-Ieper heeft, alleen al door de nabijheid, de potentie om deze aantakking actief in te zetten in de bedrijfsstrategie. Maar er is ook een samenwerking nodig met andere vervoersmodi die schaalsprongen in tijd en en afstand mogelijk maken, zoals het vliegveld van Wevelgem.
Men mag verder aannemen dat op termijn ook andere dan topsegmenten van de arbeidsmarkt van de hst zullen gebruik maken. De arbeidsmarkt krijgt door hub-connecties met de hst ook een nieuwe impuls in specifieke hoogwaardige segmenten. De connectie naar Parijs en London moet zelfs worden aangemoedigd.

Zo. Tot zover het verslag uit “Het Kortrijks Handelsblad”. De redacteur is zeker niet verantwoordelijk voor de weergave van het infomoment van Leiedal.

Wij wel, voor de informatie hierna.

In februari 2006 heeft de intercommunale Leiedal een studieopdracht uitgeschreven die moest nagaan wat de impact zou kunnen zijn van een HST-verbinding voor de Kortrijkse regio en hoe die positieve invloed ervan gemaximaliseerd kon worden. Ook zou worden onderzocht welke potentiële economische voordelen konden voortvloeien uit de internationale bereikbaarheid van onze regio.

Leiedal beschikte over ruim voldoende geld voor het uitschrijven van die offerte. De Europese vleespotten van Interreg IIIB, meer speciaal van de projecten HST4i (for integration) en HST-Connect. Die projecten lopen dit jaar af, dus we zijn netjes op tijd gereed geraakt.

De studie over de impact van de HST werd twee jaar geleden zoals verwacht gegund aan het bureau van prof. Peter Cabus (KUL) dat hiervoor ook zoals verwacht zou samenwerken met de onvermijdelijke prof. Wim Vanhaverbeke (KUL) en Bureau Louter en Urban Unlimited. Geraamde kostprijs 67.760 euro, waarvan 31.847 euro gefinancierd door Europa. Men verwachtte dat de studie zou zijn afgerond in november 2006.
Over de positie van de Kortrijkse regio binnen het HST-netwerk werd al in september 2005 (u leest goed) een studie besteld bij Tritel uit Mechelen. Kostprijs mij onbekend.

Het zijn deze studies die nu laatsleden 14 mei door Leiedal werden gepresenteerd.
Uit het verslag van het Kortrijks Handelsblad onthouden we vooral dat het bedrijfsleven alhier weinig nood heeft aan bereikbaarheid per hst. Maar dat we toch voluntaristisch moeten “aantakken” met een schaalsprong. (Een vroegere studie wees uit dat reizigers van alhier die de HST naar Parijs willen nemen vooral toeristen zijn.)

Dus is men (NMBS, en vier steden uit West-Vlaanderen) na studiewerk overeengekomen dat de bestaande lijn Antwerpen-Gent-Kortrijk-Lille Flandres moet behouden blijven. En dat daarnaast de verbinding Oostende-Brugge-Rijsel best zou lopen over Roeselare en Kortrijk. Zo krijgen Kortrijkzanen twee treinen per uur naar Rijsel. En de directie van Leiedal (Karel Debaere) maakt zich sterk dat de prijs van de rit goedkoper wordt.

Voor meer inlichtingen over die standpunten kunt u zich wenden tot Leiedal. Tel. 056/24 16 16.
Email: liesbet.verhelle@leiedal.be

Naschrift
Tussen 1983 en 1989 opende de Métro de Lille (le VAL) diverse lijnen, tot aan de Belgische grens.
Vanuit Kortrijk bereikt u als schaalsprongtoerist het dichtsbijzijnde station Dron in ongeveer 15 minuten. Hangt er wel even vanaf of u de weg kent. Er is gratis parking. Voor de schaalsprongfietsers uit het topsegment: u kunt visueel de kortste weg vinden op de luchtfoto’s van Wikimapia.
Als we hier in de regio vroeger wat politici hadden verkozen met het lef en de schijnbare onbezonnenheid van bijv. ene Steve Stevaert (gewezen burgemeester van Hasselt, nu gouverneur), dan was de VAL op vandaag tot in Kortrijk geraakt.
Tone Sansen heeft wel een keer dit idee geopperd, maar daar bleef het bij. Er ontbrak een zekere allure aan.

Eurometropool in kaart gebracht ?

Sinds kort is op internet de metropool Lille-Kortrijk-Tournai “in kaart gebracht”.
U moet nu echt eens kijken op www.govmaps.eu/GMESlanduse.
U gelooft uw ogen niet. Zó onnozel, nietszeggend, totaal onbruikbaar. Verouderd. Beschamend als u weet wat er op internet zoal op de markt is aan geodata.

De “kaart” is nog wel gemaakt met medewerking van de European Space Agency (ESA). Mede gefinancierd door de provincie West-Vlaanderen, de intercommunale Leiedal en de Agence de Développement van Lille Métropole.
Pure geldverspilling.

Er bestaat overigens een prachtige en zeer informatieve grensoverschrijdende atlas van West-Vlaanderen. In boekvorm. Met diverse kaarten, statistieken en kommentaar over alles en nog wat.

By the way.
Precies vier maanden geleden werd met veel gedruis het nieuwe “Eurodistrict Lille-Kortrijk-Tournai” opgericht. De kostprijs van de stichtingsplechtigheid in onze Budascoop werd geraamd op 15.000 euro.
Hebt u daar sindsdien nog iets van gehoord?
Wie is er nu eigenlijk de eerste voorzitter? Gros Quinquin (Pierre Mauroy) of Martine Aubry? Heeft onze burgemeester een functie?
Is het Bureau al samengesteld? Bijeengekomen? Is er al een Algemene Vergadering geweest? (Moet minstens tweemaal per jaar samenkomen.)
Waar is de zetel van het Grensoverschrijdend Agentschap? (Men dacht toch aan Kortrijk?)
Waar is de begroting? Waar vinden we de statuten? Is er al personeel aangeworven? Waar? Hoe?

Dat Eurodistrict heeft tot op heden nog geen barst uitgericht.
Die internetkaart van de metropool is géén initatief van ons Eurodistrict.
Onlangs bracht Leiedal – niet het Eurodistrict – alweer de zoveelste studies uit over de hogesnelheidstrein en de impact op de Kortrijkse regio. Blabla van de bovenste plank.

De website www.west-vlaanderen.be/noord-frankrijk is compleet stilgevallen.

In vorige stukken is hier de hoop uitgesproken dat ons Eurodistrict geen praatbarak zou worden.
Dat ziet er nu wel goed uit, in dit opzicht. Er is nog altijd géén barak, en er wordt niet gepraat.

Eurometropolitans ! Dom en stom kaartje kijken !

Het is niet waar.
Overheden van het eurodistrict Lille-Kortrijk-Tournai hebben nood aan accuraat nieuw kaartmateriaal. Zo luidt een mededeling van ons ‘Huis van de Streek’.
Zie nu vlug: www.govmaps.eu/GMESlanduse.
Gemaakt op basis van satellietbeelden van 2005 en 2006 ! Van de ESA ! Met medewerking van Leiedal ! De provincie !
Een initiatief van Global Monitoring for Environment and Security. Niet te geloven.

Je ziet er duidelijk – volgens medeling van ons Huis van de Streek – percelen als landbouwgrond, industriezone, woonzone, enz., van de regio’s Doornik, Moeskroen, Roeselare, Kortrijk. Een metropoolgebied van 4.100 km².

Graag uw gefundeerde mening.
Er volgt een bloemlezing van uw reacties.

(…)

Nieuwe betrekkingen bij Stad Kortrijk in het verschiet

Na veel beraad bij de onderscheiden directies kwamen nieuwe personeelsbehoeften naar boven. (Cultuurdirectie is nu wel volzet.)

Ziehier het lijstje.
Waar heeft de bureaucratie nood aan?

* Aan een huisvestingscoördinator voor de Woonwinkel. Voor gezinsvriendelijk wonen.
* Aan een coördinator ‘economisch loket’. Voor ondernemend Kortrijk.
* Aan meerdere gebiedswerkers. Voor de gebiedswerking die voor dit jaar alleen al 694.080 euro aan middelen voorziet.
* Aan een ‘aanspreekpunt’ voor Europese zaken binnen de strategische cel.
* Aan een onderwijscoördinator.
* Aan een ICT’er die Kortrijk verder wil profileren als innovatieve en creatieve stad.
* Aan een extra boekhouder voor de uitbouw van een fiduciaire voor de autonome gemeentelijke bedrijven en stedelijke VZW’s.
* Aan iemand die iets doet voor de sociale economie.

Een hele waslijst waarbij primair de vraag opkomt of we dan al geen ambtenaren hebben die voornoemde taken reeds vervullen. Secundair valt op dat er geen sprake meer is van een adjunct-stadssecretaris. Vervulde Miek Vos (die ontslag nam) dan een overtollige, weinig nuttige functie? Tertiair – en dit is fundamenteel – blijft het maar de vraag hoe men tot een nieuw personeelsbehoefteplan komt terwijl er nog altijd niet de minste discussie is geweest over wat mogelijk de kerntaken zijn van ons stadsbestuur (en van het OCMW). Hebben we wel een woonwinkel nodig?

Voor de zoveelste maal herinneren we ons hier de vergeten Wet van Parkinson. In een bureaucratie – de vierde macht – schept het orgaan (de ambtenaar) de functie (het werkterrein), en zonodig omgekeerd.

Het College heeft onlangs in afwezigheid van de schepen van personeel een shortlist opgesteld van de prioritair op te vullen functies.

Op eerder korte termijn hebben we nood aan:
* een wooncoördinator;
* een onderwijscoördinator;
* een ‘aanspreekpunt’ voor Europese en grensoverschrijdende projecten.

Aan de overige personeelsbehoeften zal pas voldaan worden mits de loonkost volledig extern (subsidies) of door besparingen (volgend jaar 2 procent op de reguliere werking) kan gerecupereerd worden.

Hoe zal men die nieuwe betrekkingen (“wervingen”) financieren?
Er zou binnen de directies een oefening zijn gebeurd waarbij men tot de vaststelling kwam dat er voor 300.000 euro op jaarbasis kan worden vrijgemaakt. En dit bedrag komt ongeveer overeen met 4 à 6 voltijdse equivalenten. Vanwaar die besparingen komen is nog niet duidelijk. Wachten geblazen op de tweede begrotingswijziging voor dit jaar en/of de begroting van 2009.

Potentiële kandidaten! Sollicitanten! Opgelet !
Hou de website van Stad in de gaten, de rubriek “vacatures”.
Maar het is mogelijk dat bovengenoemde drie vacatures voor het brede publiek nooit zichtbaar zullen worden. (Hebt u bijvoorbeeld al iets vernomen over de aanwerving van een coördinator voor de Opvoedingswinkel? Schepen Lieven Lybeer regelt dat op eigen houtje. Notulen daarover zijn niet openbaar.)

Potentiële kandidaten kunnen het wagen om zich nu reeds in te schrijven op de sollicitantendatabank. Zie de website van Stad.
Men krijgt dan spontaan een tegenbericht als er een passende vacature vrijkomt. Probeer eens !

Maar maakt u een kans?
Onheilspellend is dat het schepencollege vindt dat bij het invullen van de nieuwe functies eerst de “interne arbeidsmarkt” moet geconsulteerd. Dat wil zeggen: de eigen bureaucratie.
________

ENKEL VOOR SOLLICITANTEN

Het vervullen van een betrekking kan via een aanwervingsprocedure (waarbij zowel ambtenaren als externen kunnen kandidateren), een bevorderingsprocedure, een procedure van interne personeelsmobiliteit (in dezelfde graad of in andere graad van dezelfde rang!), of een combinatie van dit alles.

Blijkbaar kiest het College voor deze toch belangrijke nieuwe ‘wervingen’ NIET voor een aanwervingsprocedure. Waarom niet?

In elk geval kan de gemeenteraad er zich een keer mee bemoeien. Zo kan de Raad (niet het College) vaststellen dat bepaalde betrekkingen alleen of bij voorrang vervuld worden door een bevordering, door interne mobiliteit, of alweer een combinatie van deze procedures.

Een bevordering is alleen mogelijk in een vacante betrekking van de personeelsformatie. Vraag is hier of de in het vooruitzicht gestelde nieuwe functies een wijziging van de personeelsformatie inhouden. Dan moet dit voor de gemeenteraad komen.
Bij een bevordering is het de Raad (niet het College) die de regels voor de bekendmaking van de vacature vaststelt en de indiening van de kandidaturen, met de minimale termijnen. De Raad kan ook bepalen dat een bevordering gepaard gaat met een proeftijd. Kandidaten voor een bevordering moeten slagen voor een selectieprocedure.
Ook bij interne personeelsmobiliteit is het de Raad die de procedure vastlegt.

Er bestaat nog zoiets als een mandaatstelsel, voor een bepaalde duur. Maar dit kan enkel voor functies in statutaire betrekkingen van niveau A of B.

Het College zal evenwel nagaan of bepaalde nieuwe functies niet kunnen vervuld door een opdrachthouderschap. Ook hier maken externen geen kans. Een opdrachthouderschap houdt in dat een personeelslid belast wordt met een in de tijd beperkte opdracht die zijn functie aanzienlijk VERZWAART, naar taakinhoud, verantwoordelijkhedenen en functievereisten.
Vandaar dat de Raad (niet het College) kan bepalen dat de opdrachthouder voor de duur van de opdracht een toelage krijgt. Het College voorziet hiervoor in 2009 evenwel nu al min of meer 50.000 euro…
Een opdrachthouderschap is voorbehouden voor de graden van niveau A, B en C en voor personeelsleden die de proeftijd beëindigd hebben.
Toekomstige opdrachthouders moeten goed staan met het hoofd van het personeel ! De secretaris.
Hij brengt namelijk persoonlijk de personeelsleden die daarvoor in aanmerking komen op de hoogte van de opdrachten en toetst zelfs meteen de ingediende kandidaturen.
Zal schepen van personeel Hilde Demedts er zich mee bemoeien?

EXTERNEN ! VERGEET MAAR DIE SOLLICITANTENDATABANK.

Goed nieuws voor reclamanten over gemeentebelastingen

(Met update over het adagium “in dubio contra fiscum”.)

Stel dat u vindt dat het stadsbestuur u een verkeerde terrasbelasting aanrekent. Dat uw parkeerboete onrechtvaardig is. Dat uw aanslagbiljet op onbebouwde percelen of op leegstand onbillijk is.
Dan kunt u in eerste instantie in beroep gaan bij het Schepencollege en vragen om aanwezig te zijn op de hoorzitting waar uw geval zal besproken worden.
Zie vorig stuk.

Voor potentiële reclamanten is het verdomd cruciaal om weten hoe de beslissing van het College in analoge gevallen is uitgedraaid.
Of het bezwaar bij gelijkaardige disputen gegrond of gedeeltelijk gegrond werd verklaard.

U kunt dat voortaan te weten komen.

Het stadsbestuur had sinds enige tijd de gewoonte om in de notulen van het schepencollege het relaas over de afloop van de uitspraken over bezwaarschriften inzake gemeentebelastingen achterwege te laten. Tenminste toch voor de gewone burger.
Nu kan dat niet meer.

Gisteren heeft raadslid en Vlaams volksvertegenwoordiger Bart Caron (Vl.Pro) in plenaire zitting van het Parlement gevraagd of ook niet-belanghebbenden inzage kunnen krijgen in de uitspraken over geschillen inzake gemeentebelastingen.
Minster Marino Keulen had daar een duidelijk antwoord op.
“Het resultaat van de beslissing is openbaar. Men kan als niet belanghebbende burger de beslissing opvragen in het kader van openbaarheid van bestuur, met de vermelding van de naam en toenaam en de inhoud van de beslissing.”

Uitermate interessant, voor potentiële reclamanten. Ook voor reclamanten die achteraf in beroep willen gaan bij de rechtbank. Men kan precedenten aanhalen. Uitspraken over gelijkaardige gevallen vergelijken.
Ook boeiend voor de pers !

Lezer-reclamant.
Bij gelegenheid zullen we hier even grasduinen in de uitspraken over belastinggeschillen uit het verleden. Om u te helpen. Hieronder een voorbeeld.

In dubio contra fiscum

Dit is een adagium dat reclamanten best goed onthouden.
In geval van twijfel nopens de draagwijdte van een fiscale regel moet de tekst geïnterpreteerd in het voordeel van de belastingschuldige.
Daar is het College nog onlangs aan herinnerd.
De eigenaar van een logementshuis in de Toekomsstraat werd per ongeschikt verklaarde kamer (10 in aantal) in 2006 een aanslagbiljet of tien toegestuurd. Telkens voor een bedrag van 750 euro ! Op basis van de taks op ongeschikt- en onbewoonbaarverklaring. Eigenaar tekende nog in 2006 beroep aan. Kreeg ongelijk van het Schepencollege. Nu, twee jaar later is de klacht wel gegrond verklaard. Er moet slechts éénmaal een heffing van 750 euro worden betaald…
(Stad wil een te verliezen geding vermijden.)
Kijk, bij zo’n geval kletst men na twee jaar toch op de dijen, van het lachen ?

P.S.
Het nieuwe decreet over gemeentebelastingen is gisteren goedgekeurd.
Bij hoorzittingen is het niet meer nodig dat het voltallige Schepencollege aanwezig is.
Eén schepen OF één ambtenaar volstaat.
Zal men nu voor ieder apart soort van geval een andere schepen of ambtenaar laten zetelen? Bijvoorbeeld voor sluikstorten: schepen Stefaan Bral? Maar daar heeft hij geen tijd voor !
Dus zal een hoofdambtenaar van zijn directie als ‘rechter’ zetelen. Zeg dan zeker niet dat u die boterham hebt weggegooid om loslopende duiven te voederen. Ambtenaar is namelijk een vogelaar.

Een bericht voor de reclamanten inzake gemeentebelastingen

Zo nu en dan tovert het College van Burgemeester en Schepenen zich om tot een soort rechtbank.
Men behandelt dan in één pakket een serie ingediende bezwaarschriften tegen bepaalde gemeentebelastingen. “Pure” gemeentebelastingen, dus geen geschillen over aanvullende personenbelasting of onroerende voorheffing. Daar is het College niet voor bevoegd.
Reclamanten of hun vertegenwoordigers kunnen bij de zitting aanwezig zijn.

Bij ons in Kortrijk slaan de bezwaarschriften meestal op de parkeerbelasting, de belasting op huis-aan-huis verspreiding van publiciteit, de belasting op leegstand of onbebouwde percelen. Disputen over sluikstorten zijn sinds enige tijd in aantal fel verminderd. Zelfs onbestaand geworden. Daar waren veel moeilijk hard te maken betwistingen over. Het ging ook vaak om pietluttigheden.

Het College beslist of het bezwaar ontvankelijk is, gegrond of misschien gedeeltelijk gegrond.
Laatst nog (29 april) zijn er drie bewoners ontsnapt aan het betalen van de “parkeerboete”. Ondermeer met als argument (van het College zelf!) dat Parko een gedoogbeleid van 15 minuten overschrijding van de parkeertijd hanteert en dit niet werd toegepast. In feite zou dit onderdeel van het (intern) Parko-reglement op parkeren moeten kenbaar gemaakt op het aanslagbiljet.

Vandaag wordt in het Vlaams Parlement gestemd over een decreet dat potentiële reclamanten over onze gemeentebelastingen zeker kan interesseren.
Het gaat om een ontwerp van decreet betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van procincie- en gemeentebelastingen.

Het is vooral die geschillenprocedure die ons moet boeien.

Voorheen kwam het voltallige College tot een uitspraak, ook al was Stefaan Bral afwezig. Nu is dat eigenlijk nog zo, maar als het tot een hoorzitting komt met de reclamanten hoeft het College die hoorzitting niet zelf te houden. Het College kan daarvoor een lid (een schepen) aanduiden of zelfs een personeelslid. De decreetgever vindt dit een (administratieve) vereenvoudiging…

Nu, het recht om gehoord te worden blijft als belangrijk beginsel van behoorlijk bestuur bestaan, maar de belastingschuldige moet er bij het indienen van zijn bezwaar uitdrukkelijk om vragen om gehoord te worden !
Er is nog een “vereenvoudiging”. Het stadsbestuur moet u over de mededeling van datum en uur van de hoorzitting niet meer verwittigen bij aangetekend schrijven. Een telefoontje kan zelfs volstaan ! Zorg er dus voor dat uw benjamin op dit ogenblijk niet aan het toestel hangt. En bekijk dagelijks uw e-mails, want ook via deze elektronische weg kan u een oproep krijgen om te verschijnen op de aanstaande hoorzitting.

Net als vroeger mag de belastingsplichtige zich door iemand laten vertegenwoordigen, en dat moet niet noodzakelijk een advocaat zijn. Altijd melden wie er zal aanwezig zijn.

Het bezwaar moet natuurlijk schriftelijk ingediend, met een motivatie.
Wanneer? Ook dat is een “vereenvoudiging”. De bezwaartermijn is teruggebracht tot drie maanden. Vroeger hadden we zes maanden tijd. Nieuw is wel dat de termijn begint te lopen op de derde kalenderdag volgend op de verzending van de aanslag. (Als er een postverzending is veronderstelt men dat u uw brieven enkele dagen laat rondslingeren.)

Uw bezwaren kunt u voortaan indienen via een ‘duurzame drager’: een fax of e-mail bijvoorbeeld. Tenminste als het stadsbesuur daarin voorziet. En het bestuur moet u binnen de vijftien kalenderdagen een ontvangstmelding sturen. En het tijdstip van de hoorzitting minstens vijftien kalender op voorhand laten weten. Waarbij u op uw beurt zeven dagen tevoren meldt wie er aanwezig zal zijn.

Wanneer moet de bevoegde overheid beslissen over het dispuut?
Het decreet stelt de beslissingstermijn vast op zes maanden ! Vanaf de datum van ontvangst van het bezwaarschrift.
Kan eventueel zelfs verlengd met drie maanden in geval het gaat om een ambtshalve vestiging. Bij overschrijding van die indicatieve termijn van zes maanden kunt u de zaak onttrekken aan het College door de betwisting voor te leggen aan de rechtbank van eerste aanleg.
De beslissing van het College wordt met een aangetekende brief betekend. Niet telefonisch !
Beroep bij de rechtbank blijft mogelijk.