Ja, waarom staken onze lokale ambtenaren? (2)

De Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten (VVSG) werpt zich stilletjes meer en meer op als DE werkgever van lokale openbare diensten.
Dat is heel raar. Zie nog infra.
Deze vzw is nu wel bestuurd door hoofdzakelijk burgemeesters, schepenen, OCMW-voorzitters uit diverse windstreken (wie bepaalt die?), maar heeft toch eerst en vooral een informatieve en adviserende taak tegenover gemeentebesturen (inclusief ambtenaren!) en raadsleden. Tussen haakjes, niemand van het Kortrijkse schepencollege maakt tegenwoordig deel uit van de Raad van Bestuur of het Directiecomité van de vzw, wel onze stadssecretaris Geert Hillaert. Die aldaar veel invloed heeft.
In vroeger tijden was gewezen schepen Frans Destoop daar nog de ook al niet te onderschatten ideoloog.

Wie zwaait er bij het bepalen van VVSG-standpunten eigenlijk de plak? Me dunkt: enkele bepaalde personeelsleden van de vzw, zij die namelijk de materie beheersen. Geen mandatarissen ! En die twee of drie personeelsleden van de vzw die het echt voor het zeggen hebben weten maar al te goed hoe zij hun vooral christen-democratische burgemeesters-werkgevers uit Vlaanderen naar de mond kunnen praten. Vooral: op vergaderingen beetje wederzijds indruk maken onder het gezelschap van volstrekt onkundige schepens en burgemeesters. In Roeselare (cf. infra) goed gegeten en het was interessant.

De VVSG is daarenboven sinds haar bestaan gewoon een nauwelijks ondermijnd CD&V-bastion. Zeg maar dat het niet waar is.

Over de werking van de VVSG nog nooit een deftig jaarverslag gezien. Geen verslagen van Algemene Vergaderingen of andere besturen. Balansen? Jaarrekeningen? Begrotingen? We hebben het hier wel over minstens 10 miljoen euro, waar de gemeenten misschien wel de helft toe bijdragen, plus een ongeziene uitermate winstgevende boekencommercie met één uitgeverij, en circa 100 personeelsleden. Het is een kluwen. Op de website van de vzw staat niet eens te lezen wie er deel uitmaakt van de Algemene Vergadering. Probeer maar eens de statuten te vinden van de vzw VVSG.

De VVSG heeft in een Algemene Vergadering van 19 juni in Roeselare (de burgemeester Luc Martens is lid van de Raad van Bestuur) zijn standpunt bepaald inzake de onderhandelingen met de ambtenaren over het nieuwe sectoraal akkoord (dit is geen CAO!) 2008-2009.
Wisten onze stakende Kortrijkse ambtenaren hiervan?
Waarom gingen ze daar niet even enkele deuren sluiten?

Het standpunt komt hierop neer: de vakbondseisen zijn “voor een grote groep van gemeenten en OCMW’s” financieel totaal onhaalbaar.
Het is bijna zeker dat onze stakende Kortrijkse pompiers en vuilnisophalers en zwembadmeesters over van alles niet helemaal op de hoogte zijn. Schepens ook niet. Bevolking niet. Pers niet.
Het gaat om een klassenstrijd tussen enkele diehards van – grof geschetst – twee zichzelf opfokkende onderhandelingspartners die daarenboven binnen eigen intieme kring strijd voeren om wie het voor het zeggen heeft.
Laat dit nu maar eens gezegd zijn.

Volgens de VVSG stijgen de personeelskosten (welke?) ten opzichte van vorig jaar in 2008-2009 alreeds ‘spontaan’ met 7,95 procent.
Hoe dan? Vanwege de inflatie (de index), de baremieke aanpassingen. Verder nog door de verhoogde kostprijs van de hospitalisatieverzekering, de toenemende uitgaven vanwege de toepassing van de nieuwe rechtspositieregeling voor het personeel. Over de gunstige bepalingen (financiële en andere, uit de sfeer van HR) voor de ambtenaren in dit nieuwe personeelstatuut rept het gemeenschappelijk vakbondsfront met geen woord.

Voorts wijst de VVSG er nog op dat er de voorbije 10 jaar reeds heelwat extra inspanningen voor het personeel zijn gedaan. Ook hierover hoor je de vakbonden niet. Zonder volledig te zijn verwijst de VVSG naar aanpassingen van de weddeschalen op diverse niveaus, de derde salarisschaal voor contractanten, de invoering van de hospitalisatie, de toekenning van maaltijdcheques, het optrekken van het vakantiegeld, de verhoging van de eindejaarstoelage.

Is de VVSG dan tot niets bereid?
Concreet wil men wel de eindejaarspremie verhogen tot op het niveau van het personeel van de Vlaamse overheid. Dat is ongeveer alles. De loonmassa zou hierdoor stijgen met 1 procent.

Maar burgemeesters en OCMW-voorzitters mogen nu ook weer niet al hun personeel tegen zich in het harnas jagen.
Vandaar deze opening: als er zich nieuwe feiten zouden voordoen is men bereid om aangepaste voorstellen te formuleren en om de onderhandelingen met de vakbondsorganisaties opnieuw op te nemen.

Wat zouden dan mogelijke nieuwe feiten kunnen zijn?
Dat men zoekt naar nieuwe inkomsten voor gemeenten en OCMW’s via de hogere overheid…
Bij een protestactie van de drie vakbonden (9 juni) voor het kantoor van de VVSG dacht men als eerste piste aan nog een verhoging van het Gemeentefonds. Of zou men de mogelijkheid kunnen creëren om een deel van de vennootschapsbelasting naar de lokale besturen te laten stromen? (Gemeenten lopen vele inkomsten mis doordat vrije beroepen en zelfstandigen zich voordoen als een vennootschap.) Of misschien kan men de overheidspremies voor gesubsidieerde contractuelen verhogen?

_____

Hierboven vonden we het al raar dat de VVSG – een vzw – zich voordoet als een werkgever van ambtenaren.
Het zit zo.
De onderhandelingen tussen ‘overheid’ versus ‘vakorganisaties’ van ambtenaren steken heel ingewikkeld in elkaar. We houden het simpel en vereenvoudigen zelfs ietwat. Niet eenvoudig.
* Voor het personeel van alle Belgische lokale besturen wordt overlegd en onderhandeld in het zgn. Federaal Comité C voor Provinciale en Plaatselijke overheidsdiensten. Dat is bijvoorbeeld bevoegd voor de brandweer.
* Voor het personeel van alle Belgische overheidsdiensten (dus op alle niveaus: Vlaams, federaal, lokaal of provinciaal) is er het Gemeenschappelijk Comité A.

* Wat ons hier interesseert is het Vlaams Comité C voor de Vlaamse lokale en provinciale besturen. Voor personeel tewerkgesteld bij gemeenten, OCMW’s, gemeentebedrijven en intercommunales spreekt men van het Comite C1.
Het is in dat Comité C1 dat de VVSG zich nu sterk bemoeit als zijnde een onderhandelingspartner langs werkgeverszijde. Volgens de wet (een federale) kan dit niet, maar toch staat de Vlaamse overheid toe dat de VVSG en de VVP (provincies) en de VOV (openbare ziekenhuizen) langs overheidszijde mee aan de gesprekstafel zitten.
(Die VVP is waarlijk een zootje ongeregeld.)

* Het is nog ingewikkelder. We gaan door.
In iedere gemeente afzonderlijk zijn er voor sociaal overleg of onderhandeling nog Lokale Comités.
Er is vooreerst het Bijzonder Onderhandelingscomité. Dat dient voor onderhandelingen. Over het letterwoord (BOC) bestaan meningsverschillen want er is nog een andere BOC.
Daarnaast heb je het Hoog Overlegcomité (HOC). Sure. Dat dient voor overlegmaterie. Beide Comités vergaderen meestal samen.

Gesnapt? Waarschijnlijk nog niet.
* Want per gemeente kan een lokaal bestuur beslissen om Basisoverlegcomités (voor brandweer, RVT’s, bijv.) op te richten. Daarenboven zijn er Tussenoverlegcomités voor – afzonderlijk – het gemeentepersoneel en het OCMW mogelijk, maar die staan tussen de Basiscomités en het HOC.
Zo zit dat in elkaar, in de klassenstrijd tussen patroons en ambtenaren.

P.S.

Hoe gaat het er hier plaatselijk aan toe in Kortrijk?
Dat ik het niet weet. En de gemeenteraadsleden (geen één) ook niet. Krijgen nergens verslag van die lokale comités. En als er dan een keer een verslag(je) in een of ander dossier steekt is het volstrekt onbenullig. Laat ons zeggen: onbetrouwbaar.
Schepen Lieven Lybeer en een tweetal ACV’ers zwaaien er de plak. De liberale VSOA schittert door afwezigheid, of is soms – naar men zegt – niet eens uitgenodigd.
Schepen van personeel Hilde Demedts is tegenwoordig vaak op reis.