Krimpt het personeelsbestand wel zoals voorgenomen? (1)

Begin maart liet de burgemeester aan de pers (niet aan de gemeenteraad) weten dat men gedurende deze legislatuur 104 banen zou schrappen, dat er 155 spontane afvloeiingen zouden gebeuren en slechtst 48 vervangingen. Dit alles – zo menen we te verstaan – uitgedrukt in Voltijdse Equivalenten (VTE). In de planning zou het dit jaar alreeds gaan om 25 afvloeiingen, 8 vervangingen en 17 schrappingen. En dit zou dan in het budget voor dit jaar moeten resulteren in een besparing van 1,2 miljoen euro.

Zal de tripartite nog dit jaar deze doelstelling (min 34 VTE) bereiken?
CD&V-raadslid Cis Rodenbach heeft een schriftelijke vraag gesteld over de evolutie van het personeelsbestand sinds januari tot juli 2013.
Uit het antwoord van het stadsbestuur blijkt op het eerste gezicht dat de doelstelling waarschijnlijk in het bereik ligt. We gaan van 846,87 (eind januari) naar 823,09 bruto VTE (juli). Dat zijn de theoretische prestaties. Inzake netto werkelijke prestaties zien we een daling van 809,44 VTE naar 773,27 VTE. (Er zijn langdurige afwezigen, van 37,43 naar 49,82 VTE per maand).
Een vermindering van -22,86 VTE in een half jaar, dat lijkt er op dat de voorgenomen afslanking kan lukken.

Maar!
In het antwoord op de vraag van Cis Rodenbach is ook sprake van een personeelsoefening waarbij als streefcijfer voor december 2015 gesproken wordt van 845,95 VTE en men concludeert dat er ten opzicht daarvan een vermindering van het bestand is ter waarde van -22,86 VTE. Ja. Maar wat zien we? De zgn “pool” van 13,50 VTE is doodgewoon herleid tot nul. Het gaat dus eerder om een daling met slechts -9,36 VTE?

De schepen van personeel geeft in zijn antwoord de stand van zaken voor iedere dienst of directie. Daar is niet uit af te leiden of men nu alreeds een bewuste politiek van niet-vervangingen voert. Er lopen momenteel trouwens aanwervingsprocedures voor vijf topambtenaren (het SOK inbegrepen) !!
We zien in bepaalde diensten zelfs een stijgende trend of een stagnatie.
Voorbeelden:
– brandweer: van 57,25 (januari) naar 57,25 VTE (juli)
– financiën: 18,45 – 18,45
– IDPB: 2,00 – 2,00 (Interne dienst voor preventie en bescherming op het werk)
– kabinetten: 11,00 – 14,60
– strategische cel: 4,60 – 5,60
– wettelijke graden: 5,00 – 5,50
– de “pool”: 11,30 – 13,50

In andere diensten fluctueert het aantal VTE’s in de loop van die zes maanden zodanig (zelfs met stijgingen onderweg) dat men zou denken dat het om toevalligheden gaat, zonder echt beleid dus.
Ten opzichte van het streefcijfer van december 2015 zijn de sterkste dalers te vinden bij cultuur (min 7,70 VTE), leefmilieu (min 7,17), mobiliteit en infrastructuur (min 6,30). Nou, dat zijn net sectoren die zouden moeten sterk staan.

P.S.
Dat streefcijfer van december 2015 (845,95 VTE) begrijpen we niet zo goed.
Volgens de pers (Het Nieuwsblad van 7 maart) zou het in de periode 2013 tot 2015 gaan om 63 afvloeiingen, 43 schrappingen en 17 vervangingen.