70.000 euro veil om van Kortrijk “Europese Sportstad 2018” te maken (1)

Het schepencollege verhoogt de toelage aan de gemeentelijke vzw Sportplus met 70.000 euro.  (Dit is een onvoorstelbaar bedrag.)
Het  is blijkbaar noodzakelijk om de diverse stappen van de kandidatuurstelling bij ACES Europe te financieren om Kortrijk te laten uitroepen tot één van de meerdere Europese Sportsteden  van 2018.   Manmanman.
We zoeken uit hoe men aan die 70.000 euro kosten komt want het schepencollege geeft daar geen uitleg over.  De hoop om dat uit te klaren is evenwel zéér gering.

P.S.
Voor 2017 is in België dan de “award” gegaan naar Oostende.  Al iets van gemerkt?
Heeft dat de stad iets opgeleverd?  Wat zou men aldaar betaald hebben om dit te bereiken?

 

Stadsduifjes zullen zich moeten heroriënteren

De grondige en uitermate buitensporig kostelijke (staat niet in de gazetten) renovatie van de site Muziekcentrum omvat ook de aanpak van de buitenaanleg (kant Casinoplein) rond het gebouw.
Al in november 2015 is de studieopdracht gegund (voor de studie!) aan Studio Basta voor 48.400 euro (incl. BTW).   De kosten voor de buitenaanleg daarna zelf zouden 465.830 euro kunnen bedragen.
(Kortrijkwatcher is dit keer en nu u niet zeker hierover.  Graag aanvulling of correctie over dat bedrag van de bevoegde schepen van cultuur.)

We herinneren het ons op de redactie van kortrijkwatcher nog heel goed.
Als gevolg namelijk van het actieplan 66 van het milieubeleidsplan van 2002 heeft men na heel wat  studiewerk –  zelfs met consultatie van Engelse duivenexperts  –  in 2005 beslist om met behulp van een duiventil de duivenplaag in het stadscentrum te bestrijden.  (Resultaten kent niemand niet.)
Kostprijs van de constructie toen : 17.000 euro.  Plaatsing: 4.260 euro.  (Een tweede duiventil om de overlast bijv.  rondom  het Begijnhofpark te bestrijden is er nooit van gekomen.)

En nu moet die  originele – nergens elders toegepaste duiventil  – dus verplaatst.
Er zijn drie suggesties binnengelopen (niet van “Kortrijk Spreekt”): 
– het dak van het stadhuis,
–  het dak van het Muziekcentrum zelf,
–  of het dak van het nieuwe OCMW-complex op site Gheysen.

Het project vergt evenwel een haalbaarheidsstudie.
Een onderzoek namelijk naar  de haalbaarheid op vlak van stabiliteit, toegankelijkheid, realiseerbaarheid op de drie opgegeven locaties.
Tevens een raming voor het demonteren, verplaatsen en opnieuw monteren van de constructie.
En Stad is niet bekwaam om dat een keer  zelf te doen.

Men heeft slechts twee bedrijven aangeschreven  voor de prijsvraag.
En enkel één bureau reageerde:  Sileghem & Partners uit Zwevegem.
De verwachte kost tegen uurtarief voor het studiewerk lag tussen 960 en 2.400 euro (exl. BTW) op basis van een min. en maximum te presteren uren.
Uiteindelijk is het werk dan maar gegund voor 2.904 euro, inclusief BTW.
Eind goed, alles goed.

Zusterstad Greenville meent nog altijd dat Kortrijk ‘279 thousand inhabitants’ telt

We hadden het er al over.
Van 9 tot 13 mei trok een Kortrijkse delegatie uit de  onderwijswereld, VOKA- en Rotaryleden en design-mensen naar zusterstad Greenville in South Carolina.  Dat is de VS.   Duur reisje.
(Al verslag hierover gelezen in de gazetten? Komt dat nog in de stadskrant?)
De groep van zo’n 17-tal personen werd geleid door de burgemeester met als escorte N-VA-schepen Kelly Detavernier.

Burgemeester Van Quickenborne gaf ginder met lichtbeelden een uiteenzetting “about all the great things going on in Kortrijk“.
Op de website van de stad Greenville kun je al geruime tijd enige info lezen over onze stad.  (Zie greenvilllesistercities.)
Met een paar ongelooflijke kemels.
–  Dat onze stad “279 thousand inhabitants” telt.
–  En “many museums”. (We hebben er welgeteld nog één.)
–  En dat Kortrijk een “enormous role plays in the transportation of persons and goods throughout  Europe”.

Het staat er nog altijd te lezen.
De informatieve speech van de burgemeester kon deze gegevens  blijkbaar niet ietwat laten corrigeren of nuanceren.

P.S.
Vanuit stad Kortrijk komen er vervolgvergaderingen om de partnerschappen verder uit te bouwen en te onderhouden.  Kan er niet een keer iemand een e-mailtje sturen naar de website van de sister cities van Greenville?
Piet Grymonprez misschien?

Wat meer (ander) nieuws over de Raadskelder onder het stadhuis

Een beetje nader en ietwat ander alternatief nieuws dan wat u over al dit gebeuren kon lezen in onze reguliere perse.  (Die van de dode bomen.)

De eerste beleidsdaad van onze nieuwe schepen van stadsgebouwen (facility)  Vandendriessche (“zeg maar Arne”) is gesteld.
Een puur schoolvoorbeeld van wat de inbreng van jeunisme in de politiek teweegbrengt.

Jongeman Arne wil van de Raadskelder “voor een klein jaar” een pop-up dinges maken.
Via een oproep kunnen geïnteresseerden een concreet voorstel doen tot tijdelijke invulling van de historische site.
Hierbij zullen de voorstellen  – voor een klein jaar – niet enkel beoordeeld op basis van het financieel bod van de gegadigden.  Een inhoudelijke component, een visie op de exploitatie, zicht op het businessplan, ambities, etc…zijn minstens zo belangrijk.  Verder zijn alle noodzakelijke randvoorwaarden rond erfgoed, milieu nog te bespreken.  Voor een klein jaar.

We zouden daar  kunnen aan toevoegen: toegankelijkheid.
Ooit hebben we , een burgemeester nog wel – lang na het einde van een raadszitting – op handen en voeten naar buiten zien kruipen.  Kant trappen Rijselsetraat.)

Andere elementen die verder,  voor een klein jaar,  inzicht vragen zijn:  de mogelijkheid om af en toe de ruimte voor activiteiten van  stad te kunnen gebruiken, een eventuele verlaging van de concessievergoeding als compensatie voor de nodige investeringen.
De krijtlijnen hierrond moeten nog opgenomen worden in een lastencohier dat dan de basis zal vormen voor de overeenkomst met een toekomstige exploitant.
Met andere woorden: dit aangekondigde dossier is nog verre  van volledig.
Komt nog voor de gemeenteraad ?
Dat het ‘project’ is aangekondigd is populistisch bekeken wel het belangrijkste.

We willen schepen Arne even hierna nog wat meer kennis bijbrengen over de geschiedenis van het dossier.
Ja, de handelshuur met de NV Etn.  A. Degryse van het café is in 2008 niet meer verlengd.
Er bestonden onder het vorige stadsbestuur (met de VLD) immers plannen om met noA.Architecten de Raadskelder via een trap te verbinden met de Beatrijszaal in het historische stadhuis.  Men vond dat er nood was aan een bijkomende receptieruimte voor meerdere gelijktijdige ontvangsten in het stadhuis.

Wat onze jonge snuiter Arne blijkbaar ontgaat is dat ook de huidige triparite waartoe hij behoort die plannen nooit heeft laten vallen.
Dit blijkt uit het antwoord op een schriftelijke vraag van  raadslid Pieter Soens (CD&V) van 8 september 2014.  (Zie Bulletin van Vraag en Antwoord van oktober 2014.)
De toenmalig bevoegde schepen Koen Byttebier (ook VLD) opperde in zijn antwoord zelfs de mogelijkheid om de inrichting te voorzien van een tweede barmeubel evenals  de mogelijkheid om met een traiteur kleine maaltijden of hapjes te laten opwarmen.
En in tegenstelling met wat Arne in de lokale perse laat uitschijnen was er een budget voorzien van 300.000 euro.
Schepen Koen Byttebier liet ooit aan de senior-writer van kortrijkwatcher weten dat de Raadskelder door Stad ten laatste rond pasen of sinksen van 2015 in gebruik zou worden genomen.   Later  (in 2016) zou men dan op zoek gaan naar een concessiehouder.
De realisatie van die plannen met de Raadskelder waren wat verlaat omwille van onderbezetting van het team facility (zwangerschap) en het bestaan van prioriteiten zoals het museum Texture en het Jeugdhotel.  Aldus nog schepen Byttebier, de voorganger van zeg maar Arne.

Arne!
Ge moet het niet meer opzoeken.
De vorige concessiehouder betaalde een huurprijs van 10.037 euro.

Twee brokkelbruggen in Kortrijk

Via een verzoek op basis van de Wet openbaarheid van bestuur kreeg het weekblad Knack uiteindelijk inzage (zie nr. 20 van 17 mei)  in de zgn. “Lijst van de Prioritaire Kunstwerken”.

De term “kunstwerken” is in het Vlaams onnozel logistieke jargon een ouderwetse verzamelnaam voor bruggen, tunnels en duikers.  Ja.
En de term “prioritair” dan slaat op het feit dat die ‘kunstwerken’ (hier: bruggen van tenminste vijf meter) een structurele ingreep vergen vanwege belangrijke gebreken waarbij  een renovatie of zelfs een afbraak nodig is.
Intussen is er wel verhoogde waakzaamheid geboden.  Inspectie binnen de normale periode van drie jaar.

Voor Kortrijk staat 1) de Leiebrug van de Budastraat (ja!) sinds 2013 op de lijst  van de “brokkelbruggen”,  alsook 2) de betonnen Voetbrug aan sluis 11 van het kanaal sinds 2014.  ( Dat is vlakbij de Leie, waar al die kindjes passeren.)

–  Weet ons stadsbestuur hiervan iets af?  Sinds wanneer?
(En hiermee de  bewoners en gebruikers?)
–  En kent het stadsbestuur de quotering wel van die bruggen (de status en de gevolggeving)?
–  Voor wanneer info in de stadskrant (magazine)? Foto’s??

Quotering 1 bijvoorbeeld betekent: zeer slechte toestand, buiten dienst gesteld.
Quotering 2: slechte toestand, op korte termijn te vernieuwen of te herstellen.
Quotering 3: matige toestand, belangrijke gebreken, herstellingen nodig binnen 6 jaar.
Quotering 4: aanvaardbare toestand, gewone herstellingen binnen de 6 jaar.
Quotering 5 tenslotte: in goede staat, geen herstellingen nodig binnen de 9 jaar.

P.S.
In de journalistiek spreekt men van “wobben” als men beroep moet doen op de Wet Openbaarheid van Bestuur om een of ander document ter inzage te krijgen. Zelfs kortrijkwatcher zag zich al eens genoodzaakt om te wobben bij het Kortrijkse bestuur.  (Hij mocht het papier enkel lezen maar niet kopiëren. En er was een lichte hint om er maar niets over te publiceren.)

Dit “investeringscollege” haalt zijn doelstelling niet…

Bij de start van de nieuwe bestuursperiode (2013) riep de tripartite zich meteen triomfantelijk uit tot een “investeringscollege”.  Er zou een nooit geziene, historische  investeringsgolf de Stad overspoelen. Immers, in zes jaar tijd zou het nieuwe stadsbestuur voor niet minder dan 160 miljoen euro investeren.
Weet u het nog?
De lokale pers vond dat ook helemaal goed.  Waar en juist.  Had geen vragen.

Nu we de stadsrekening van 2016 kennen is het voor wie het wil weten inmiddels duidelijk dat men het  – met luide trom  -aangekondigde cijfer onmogelijk kan halen.

Voor 2016 was er  voor 35,07 miljoen euro  aan investeringsuitgaven begroot.  Hoeveel is het geworden? 18,59 miljoen.
Dit is een realisatiegraad van 53 procent, en de nieuwe schepen van financiën Kelly Detavernier (N-VA) ging daar zeer fier over.  Want het jaar tevoren bedroeg de realisatiegraad slechts 36 procent.  Stel je voor zeg !

Tja, om te beginnen  ging het om investeringen met een  vertraagde uitvoeringsperiode.  Grote dossiers die niet tijdig klaar geraakten: de stationsomgeving, de verlaging van de Leieboorden, het muziekcentrum, de Pottelberg, het erfgoeddepot.
En ten tweede – en vooral! – bedroegen die investeringsuitgaven toch niet erg veel meer dan in 2015.  Het ging toen om 17,56 miljoen. Een stijging van welgeteld 1,03 miljoen…

Voor de goede orde  en stand van zaken maken we nu even een lijstje van de geraamde en werkelijk gedane bruto-investeringen in de voorbije  jaren, met telkens tussen haakjes de realisatiegraad in procent.
In onze lokale ’embedded press’ zul je die cijfers nooit (nooit!) te  zien krijgen, en nog minder in ons maandelijkse stadsmagazine.)
Met bruto-investeringen bedoelen we de uitgaven zonder de ontvangsten (leningen of subsidies).

2013
– Begroot: 28,57 miljoen
– Uitgegeven: 11,83 miljoen (41%)
2014
– Begroot: 39,93
– Uitgegeven (zonder de kapitaalsverhoging bij Gaselwest):  21,72 (54%)
2015
– Begroot: 48,66
– Uitgegeven: 17,56 (36%)
2016
– Begroot: 35,07
– Uitgegeven: 18,59 (53%)

Samengeteld heeft dit “investeringscollege” dus in vier jaar tijd zowat 70 miljoen daadwerkelijk geïnvesteerd.
Nog twee jaar te gaan om aan de beloofde 160 miljoen euro te komen.
Dat zal niet lukken!
Zelfs niet als we in de twee volgende jaren een realisatiegraad van 100
procent zouden behalen, – wat utopisch is.
– Hoeveel is er namelijk  (bruto) begroot als investeringsuitgave in 2017?  38.190.569 euro.
–  En in het laatste jaar 2018 van deze bestuursperiode ?  30.044.038 euro.

Men zegge het voort!

 

 

Nogmaals over de schijnbare evolutie van de personeelsleden en -uitgaven

Bij de recente bespreking van de stadsrekening 2016 kregen de raadsleden deze maand vanwege de nieuwbakken schepen van personeel Vandendriessche (“zeg maar Arne”)  een tabel met de evolutie van  het personeelsbestand van stad,  dan wel enkel uitgedrukt in aantal voltijds equivalenten (VTE) en –  niet in ‘koppen’.  Moet kunnen.  Zo weten we niet in hoeverre de voorgenomen  afslankingen (1 op 3 niet vervangen) zijn gebeurd.

Een overzicht:
–  2014:  794,12 VTE
–  2015:  721,38
–  2016:  704,92
– 2017:  699,42
Die tabel dateert evenwel van augustus vorig jaar en zal dus enige bijstelling vereisen.  Zeker inzake de prognoses voor de toekomst want er komt binnenkort een overleg met de vakbond(en).  (Waarover? Over die overlegstonden vernemen we nooit iets.)
Opvallend is wel dat er zich in de categorie medewerkers-contractuelen van niveau A  grote stijgingen voordoen:  35,78 in 2015, 48,35 in 2016 en zelfs meer dan 50 in 2018.  En dit soort medewerkers van dat  niveau zijn net de heel dure vogels inzake bezoldigingen..

De inkrimping van  het aantal VTE heeft iets schijnbaars.  Vermeend. Iets onwerkelijk.
Het stadsbestuur heeft zich de laatste jaren namelijk ontdaan van allerlei taken die vroeger ‘in eigen beheer’ werden verricht.
Outsourcing!  Zonder enig kerntakendebat .  De tripartite valt namelijk uiteen van zodra  men dit aandurft.

Kinderopvang, poetsdienst van stadsgebouwen, ongeveer alle vormen van groenonderhoud.  Allemaal uitbesteed.  En dat kost ook geld.  Zogezegd zijn dat dan geen personeelskosten of bezoldigingen.
–  Het brandweerpersoneel telt nu ook cijfermatig niet meer mee want  is opgegaan in de hulpverleningszone Fluvia.
– Voorts neem het Stadsontwikkelingsbedrijf Kortrijk (SOK ) steeds meer taken over van de ‘normale’ stadsdiensten.  Bijvoorbeeld het beheer van allerlei gebouwen.

Met de afslanking van het personeel (die er dus in werkelijkheid niet echt is!) wou men besparingen doorvoeren.  “Meer doen met minder” is de mantra van de tripartite.

Door de uitbesteding van werken (taken) allerhande is  die dalende evolutie van de personeelskosten  totaal fictief.
Puur ter informatie geven we niettemin toch even een tabelletje mee van die schijnbare evolutie van de kosten.
–   2012 (laatste jaar van de vorige coalitie):  45,36 miljoen euro.
–  2013 (eerste jaar van de tripartite):  47,70 mio (een stijging!)
–  2014:  46,88 mio
–  2015:  44,05 mio (de brandweer is weg!)
–  2016:  44,80 mio

Het zou een verademing zijn als de gloednieuwe, jonge en verse  (nog onbeschreven, onschuldige) schepen van personeel de frisse moed zou hebben om uit te pakken met de juiste ‘facts en figures’. Een staaltje van nieuwe transparante politieke cultuur.
*  Hoeveel mensen werken er nu eigenlijk voor Stad?  In ‘koppen’ en in VTE?  In uren?  (Binnen en buiten de ‘normale’ diensten.)
*  En wat kost dat dan allemaal  in werkelijkheid?

ARNE.
MAAK  KOMAF  MET DE ALTERNATIEVE FEITEN !
U KUNT DAT, NU NOG.
En als dit u niet lukt, verlaat dan met gerust gemoed de politiek.

 

Regionale zender WTV analyseert de Kortrijkse stadsrekening 2016 – dat is geen journalistiek meer !

Regionale zender WTV gaf op 9 mei gedurende een heel aantal  seconden enige feitelijkheden weer over de rekening 2016 van onze stad. Tja.
Zo’n gemiddelde Kortijkzaan weet het dat dan wel weer.  Hoe goed de tripartite het dit jaar weerom doet.

Grote boodschap was dat het huidige stadsbestuur (steeds ) meer doet met (steeds) minder middelen.  En er waren méér investeringen, goed voor 19 miljoen.
Wat een onzin allemaal.  Desinformatie.

Het budget 2016 (een voornemen, een plan, een raming) voorzag voor 35.076.916 euro investeringsuitgaven.  Nu is de rekening van dat jaar gekend.
De ware gedane uitgaven en inkomsten, achteraf becijferd.

Hoeveel is het in werkelijkheid met die investeringen geworden?  Slechts 18.596.389 euro.
Een realisatiegraad van 53 procent.  Ietwat meer dan de helft van was voorgenomen.
En ja, we deden meer met minder middelen…

Hoe zit het dan met die (mindere) middelen?
–  De exploitatie-ontvangsten liepen op van 133.501.282 euro naar 137.132.095 euro.  Een méérontvangst van 3,63 miljoen.
(De fiscale ontvangsten zouden naar schatting  67,21 miljoen opbrengen?  Het werd 69,88 mio.)

  • Andere ontvangsten (leningen) stegen van 24.924.662 euro naar 25.115.055 euro.  Toch 190.393 euro meer dan gedacht.

WTV toch…Regionale zender.
Doe nu eens aan journalistiek.   Voor al uw brave kijkers.  Om te beginnen door de juiste  ‘facts’  op de juiste manier te duiden.

Quote van de dag: “dat is zo afgesproken”

In het gratis weekblad “De Zondag” van 7 mei komt Kortrijks burgemeester Vincent Van Quickenborne (VLD) aan het woord.  Rubriek ‘Actua’,  pag 6.

Laatste vraag in het interview:
“Gaat u voor een nieuwe legislatuur als burgemeester?”
Antwoord: “Dat kondig ik volgend voorjaar aan.  Dat is zo afgesproken binnen de coalitie.”

Wat zou dat kunnen betekenen?
–  Moeten de andere partijen van de huidige tripartite (Sp.a., N-VA) dan ook tot zo lang wachten om een lijsttrekker naar voor te schuiven?
–  Is er een soort amalgaam van een ‘stadspartij’ in de maak?

P.S.
De laatste tijd profileert de  burgemeester zich toch opvallend als federaal parlementariër in de nationale politiek.

Over de onwaarschijnlijke verhoging en de verdeling van de studiekosten parkeergarages Houtmarkt (3)

In onze  fel verkochte editie van 28 april (de losse verkoop dan) hadden we het over de kostprijs van de bouw van de twee ondergrondse parkings (waarvan één voor de woon-zorgcampus (WZC) Sint-Vincentius), de bovenaanleg van het plein en de omgeving (Lange Brugstraat).

De werken werden in januari 2015 gegund aan de THV Artes-Depret/Artes-Roegiers uit Zeebrugge voor 7.339.841 euro.   Het stadsaandeel zou 29,4 procent bedragen.
Vanwege meerwerken is de prijs nu (april 2017)  opgeklommen tot 7.641.860 euro.  Stadsaandeel nu 31,9 procent.
Over de bijdragen van de  bouwheer en exploitant Parko én anderzijds het WZC wordt niet gerept.
Bij gebrek aan relevante, transparante, toegankelijke  documenten  heeft Kortrijkwatcher gepoogd om die theoretisch te berekenen,  puur op grond van het bestemde budget van het gemeentelijk bedrijf Parko.  Als die percentages niet (helemaal) kloppen:  schiet niet op de pianist.

‘Pour la petite histoire’ nog dit.
In de gemeenteraad van april 2012  dacht men nog dat de kostprijs voor de ondergrondse parkings 2,6 miljoen zou bedragen en 1,9 miljoen voor de bovengrondse werken.

Inmiddels weten we hoe immens hoog de studiekosten voor die werken zijn opgelopen.
De gunning van de studieopdracht én veiligheidscoördinatie ging in 2012 naar de Tijdelijke Vereniging Okra (landschapsarchitecten) uit  Utrecht, de SBE (raadgevende ingenieurs) uit Sint-Niklaas en Zwarts/Jansma (architecten) uit Amsterdam.
Bedrag van de offerte toen : 345.560 euro.  Vastgelegd stadsaandeel: 125.560 euro (=36,3 %).

Verschiet nu niet !
De eindafrekening voor die studieopdracht en veiligheidscoördinatie is nu niet minder dan 718.642,51 euro geworden.  Een stijging  met 107 procent.
*  Wat is nu het stadsaandeel?  225.143 euro oftewel 31,3 procent.
*  En wat draagt Parko bij in deze kost?  493.497 euro oftewel 68,6 procent.
*  En wat betaalt hierin het WZC Sint-Vincentius, vraagt u zich nu zeker af? NIKS!  Of zal Parko een deel van de factuur  doorsturen naar het woon-zorgcentrum?

We kunnen intussen nu al enigszins berekenen wat de totale prijs zal worden van het project.
–  Laatste gekende afrekening (met de meerwerken) voor Artes:  7.641.860 euro
–  Archeologische prospectie:  28.435 euro (2/3 betaald door Parko,  1/3de Stad)
–  Studiekosten:   718.642 euro
TOTAAL:  8.388.937 euro (incl. BTW)

Op de volgende Raad van Bestuur of de Algemene Vergadering van het AGB Parko mag hierover wel eens een hartig woordje worden gesproken.
Ook kan men zich nu toch wel eens afvragen hoeveel één parkeerplaats aan Sint-Vincentius heeft gekost tegenover één publieke parkeerplaats aan Stad en Parko (zonder de bovenaanleg).  Want vergeet niet dat het WZC wel degelijk DE vragende partij was voor de aanleg van tevens een publieke  parkeergarage met gemeenschappelijke toegang.