Nog iets over de (fotografisch) onzichtbare palen aan de Broeltorens (3)

Via een bericht van schepen Axel Weydts op facebook weten we nu dat zeker één van de twee grote palen zal dienen voor het installeren van camerabewaking over de verlaagde Leiekaaien.  En dat zij onzichtbaar zullen zijn op foto’s van de Broeltorens.  (Doe de proef op Monumentendag!)

Volgens de vigerende camerawet moet het stadsbestuur voor zo’n niet besloten plaats voorafgaand aan de plaatsing van de bewakingscamera’s een positief advies krijgen van de gemeenteraad.  (Even uitkijken of dit punt is geagendeerd op de komende zitting van 10 september.)
En vooraleer de Raad haar advies formuleert dient de gemeenteraad de korpschef van de politie(zone) te raadplegen.
Volgens een ministeriële omzendbrief van 10 december 2009 wordt de korpschef geacht zich uit te spreken over het feit of er volgens hem al dan niet voldoende elementen bestaan die bevestigen dat op die plaats veiligheidsproblemen bestaan en of er een onveiligheidsgevoel aanwezig is, met het risico dat er dan ook feiten kunnen plaats vinden die men kan voorkomen, vaststellen of opsporen door middel van bewakingscamera’s.
Op grond hiervan zal de korpschef dan een gunstig of ongunstig advies uitbrengen aan de gemeenteraad.

Het advies van de Raad zelf moet ook altijd  gemotiveerd worden.
– Indien zij de analyse van de korpschef volgt dan kan de motivering steunen op wat de korpschef zegt.
–  Indien de gemeenteraad daarentegen beslist om – ondanks het ongunstig oordeel van de korpschef – toch camera’s te plaatsen zal dit grondig moeten gemotiveerd worden.
–  Hetzelfde geldt bij een negatief advies van de Raad, terwijl de analyse van de korpschef gunstig was.

De palen dienen ook ter verlichting van de Broeltorens en het dak van het voormalige Broelmuseum, plus straatverlichting.
Dit gegeven kwam gedeeltelijk wel in de pers.
In “Het Nieuwsblad” op een nuchtere manier, zonder veel poespas en zonder er een of andere schepen bij te betrekken.  In “Het Laatste Nieuws” (22 augustus) daarentegen liet de reporter (LPS) drie schepenen van de tripartite aan het woord.
–  De VLD-schepen van Onroerend  Erfgoed Wout Maddens mocht vertellen dat de installatie met kleureffecten zal kunnen werken.
Ter info hier nog even dit.  Indien er zou gekozen worden voor een monumentenverlichting met schakeringen van enkel wit licht was de geraamde prijs 94.000 euro (excl. btw).  De geraamde kosten voor  het werken met diverse kleuren via DMX-sturing  bedragen 144.000 euro (excl.btw).  In de gazet HLN heeft men het over 151.694 euro.
–  De N-VA-schepen van Toerisme Rudolphe Scherpereel  verklaart dat de nieuwe verlichting zeker een toeristische meerwaarde meebrengt.
–  De SP.A-schepen van Openbare werken Axel Weydts liet weten dat men bewust koos voor een zuinige ledverlichting.  (“50 procent voordeliger in verbruik dan  werken met klassieke lampen”!)

In HLN kwam nog ter sprake dat men enkele putten heeft moet maken bij de Broelbrug omdat enkele wachtbuizen beschadigd werden tijdens de aanleg van de verlaagde kaaien.
Op FB zei schepen Weydts dat de wachtbuizen niet “bruikbaar” waren.  Dat is toch een andere uitleg?
Zou het kunnen dat de wachtbuizen niet geschikt bleken juist door de keuze om te werken met een DMX-bekabeling?