Er was me dunkt eerst een andere datum voorzien (21 juli…), maar het eerbetoon aan wijlen Peter zal nu wel zeker gebeuren op vrijdagavond 1 juli vanaf 20 uur in de Pit’s (Sint Rochustraat 1) met allerhande “optredens”, van zo’n diverse disciplines als de vele waarin de markante Peter zelf in uitblonk of tenminste veel erudiete kennis over had. Die Vlaamse componisten !
Peter is in de nacht van 1 op 2 maart 2020 op een onmogelijk tragische manier omgekomen in een brand tussen zijn eigen onoverzichtelijke stapels papieren en boeken en documenten allerhande in zijn huis in de Vooruitgangstraat. Onvoorstelbaar: ten ondergaan tussen alles wat je jaren aan een stuk met een onverwoestbare ijver hebt verzameld. Peter kon waarlijk nergens een bedrukt papier laten liggen. (Hij sleepte zelfs de boeken mee die de bibliotheek in een smal straatje in de container had gegooid.)
Peter was bij het brede publiek bijna uitsluitend gekend als een bijzondere, onnavolgbare belleman.
Dat is jammer want de materies waarmee hij zich onledig hield waren legio.
Wij herinneren hem vooral als “letterkundige”.
We waren zelfs enige tijd zijn leraar nederlands. Uniek was dat hij na de les altijd een praatje kwam slaan (niet over het weer!) en mij ook vaak ter bespreking zijn eigenste gedichten liet lezen. We beoordeelden die met enige vorm van milde humor. En heel zijn leven lang is hij ons – ja! – ervoor dankbaar gebleven voor het simpele feit dat we hem de UDC leerden kennen… Zo kon hij tenminste een poging doen om zijn papieren wat te rangschikken…
Peter was beter in proza.
Zie zijn vaak ironisch getinte stukken op zijn webstek met die moeilijke URL “abibcaesens.blogspot.com“. ABIB stond voor “alles behalve ideale bibliotheek“. Schitterende naam voor die unieke warboel in zijn huis. (Tiens, ik heb nooit iemand ontmoet die ABIB kende, of beter: las.)
Peter is ook “politieker” geweest, onder meer als politiek secretaris (PASI) van Agalev en zelfs even kandidaat voor de SLP. Zijn verhalen (te lezen op ABIB) over zijn wedervaren in de politiek zijn waarlijk hilarisch.
Ik heb Peter ook jaren gekend als collega in het bestuur van de vzw Stedelijke Musea. Zijn voorstellen werden telkens heel minzaam aangehoord, maar er kwam nooit iets van terecht.
Jawel, sommigen beschouwden hem au fond als een soort hofnar…
Hij was een onafhankelijke en oorspronkelijke geest, een dissident, en als medewerker aan de bib (in de muziekkelder) had hij wel eens kritiek op het gevoerde beleid. Stad geeft nu een bescheiden subsidie voor de ‘tribute” van 1 juli aan Peter, maar wees er maar zeker van dat hij bij het bestuur niet echt op de bovenste plank lag.