Category Archives: belastingen

Nog ene keer over die gemeentebelastingen, voor dummies (3)

Met de publicatie van de jaarrekening 2024 krijgen we een overzicht van de belastingontvangsten uit de vorige bestuursperiode, die van 2019 tot en met 2024.
Die legislatuur zal voor altijd bekend blijven door de historische driejarige vlucht van burgemeester Vincent Van Quickenborne naar Brussel uit de toch wel  “beste stad van Vlaanderen”.  Quickie heeft net te laat een reden gevonden om huiswaarts te keren. Met als volkomen onbedoeld gevolg dat de loco-burgemeester van toen (Ruthie) de eerste vrouwelijke burgemeester werd van centrumstad Kortrijk.

Maar we zouden het toch nog een keer over de belastingen hebben?
Niet vergeten. In één van de vorige edities van deze alternatieve stadskrant (scrollen maar)  is een kleurrijk grafiekje  verschenen met de evolutie van de twee belangrijkste gemeentebelastingen, te weten de APB en de OV.
Laten we het dus daar nu wat over hebben.

De aanvullende personenbelasting (APB)
Die is “aanvullend” genoemd omdat de uitkomst ervan gebaseerd is op een bestaande belasting, namelijk op de federale personenbelasting.
Bij ons bedraagt het percentage 7,9% op de basispersonenbelasting Zij wordt door de federale overheid geïnd op het jaarinkomen van natuurlijke personen die hier wonen. (Om hoeveel belastingplichten het nu gaat – spijtig – nog niet gevonden.)
De berekening is simpel: voor elke 100 euro die je als “saldo federale personenbelasting” betaalt krijgt stad er 7,9 euro bovenop.

In het eerste jaar van de afgelopen bestuursperiode (2019) ontving stad als APB de som van 26.990.119 euro. Dit bedrag liep op tot 30.025.108 euro in 2024. Stijgingspercentage: 11,24%. In zes jaar tijd. Zie nog grafiek voor het grillige verloop ervan.

Die APB-ontvangsten hangen natuurlijk ook nog af van het belastingregime van de federale en regionale overheid en van het verdiende belastbaar inkomen op het grondgebied.
(Schepen Wout Maddens houdt niet voor niets van begoede burgers.)
En dan is er nog die ellende van het inkohieringsritme waarin de aanslag wordt  gevestigd.  Stad doet daar soms met reden zijn beklag over. In 2024 bijv. lag de APB ruim 2 miljoen onder de initiële officiële raming. Een goede verklaring heeft men van de FOD Financiën niet gekregen.
Het ergste geval deed zich wel voor in 2023. Zie grafiek.
We maakten toen een kwantumsprong aan inkomsten: van 26,9 M (in 2022) naar 38,1 M (in 2023).  Wat is er gebeurd? (Iets wat we nog altijd niet begrijpen en Stad overigens enkel constateert, zonder uitleg.)
In 2023 vond de FOD Financiën het blijkbaar nodig om een ‘boekhoudkundige ingreep’ te doen: de gemeenten kregen de inkohieringen van twee maanden méér dan normaal. (14 in plaats van 12 maanden.) Dat gaf een abnormale, éénmalige stijging teweeg van niet minder dan  11 miljoen.
In 2021 zien we daarentegen  enigszins een dieptepunt: we halen slechts 25M op in plaats van de ‘normale’ 26M.  Dat komt door de impact van Corona.
Al met al eindigen we de vorige bestuursperiode met de hoogste APB-ontvangsten uit de geschiedenis: 30 miljoen !
– Per huishouden is dat 856 euro.
– Per kop: 371 euro.

Opcentiemen op de onroerende voorheffing (OOV)
Dat is een bijkomende belasting op de belasting die Vlaams  Gewest heft op het geïndexeerde kadastraal inkomen (KI) van onroerende goederen.
De berekening is nogal ingewikkeld. Honderd opcentiemen  staat voor een toeslag van één procent op de basisheffing van de onroerende heffing. De basisheffing is in het Vlaams Gewest bepaald op 3,97% van het KI. De Kortrijkse aanslagvoet bedraagt 1102 opcentiemen.  Vermenigvuldig die basisheffing met 11,02.
Het is de Vlaamse Belastingdienst die instaat voor de inning van de volledige OV, inclusief de soorten opcentiemen. De gemeentelijke  opcentiemen (er is nog een provinciale) worden dan doorgestuurd naar de gemeenten.

Zoals u ziet in onze grafiek is er – zonder enige  tariefwijziging – een permanente stijging van de ontvangsten. We gaan van 35.65.656 euro in 2019 naar 45.975.321 euro in 2024.
De procentuele stijging bedraagt 29,09%.
De continue stijging van de ontvangsten uit opcentiemen is het gevolg van de opeenvolgende indexeringen van het KI én de toename van het belastbaar volume aan onroerend goed.
(Vandaar de bouwwoede van schepen Wout Maddens, zeker met luxe-appartementen, nu units genaamd.)

In de evolutie van de OOV-ontvangsten zien we in de besproken legislatuur twee kwantumsprongen.
Eén van 2022 naar 2023: men gaat van 37M naar 40M.  Volgens de stadsadministratie is dit te wijten aan de inflatie. Men stond er zelf versteld van!
De andere sprong was van 2023 naar 2024. Hier ging het gezwind van 40M naar bijna 46M. Volgens de stadsadministratie gewoon te wijten aan een afrekening uit het jaar 2023.
We eindigen dus de vorige bestuursperiode met niet minder dan 45.975.323 euro aan opbrengsten van wat veel mensen nog altijd “grondlasten” noemen.
Per huishouden gaat het om 1.312 euro.

NAWOORD
De APB én OOV-ontvangsten brachten vorig jaar samen alleen al (afgerond) 76 miljoen op.  In 2019 was dat nog 62 miljoen.
Een stijging met 21,4 procent.
Waar gaat dat eindigen?
Onze gemeenteraadwatcher heeft een idee.
Laat ons in deze legislatuur de lopende zaken afwerken en ons hardnekkig  voornemen om ditmaal geen grootste projecten meer te bedenken. Tenzij dat éne: alle straten en pleinen van heel Groot-Kortrijk – waar nodig – een keer grondig onder handen nemen.
Laat intussen dat onnozel plan met de Grote Markt toch vallen !

 

Die gemeentebelastingen toch ! (2)

Nu de jaarrekening van vorig jaar 2024 is gekend, kunnen we eindelijk wat globale opmerkingen maken over de geïnde belastingen in de vorige legislatuur 2019-2024 en meteen ook iets vertellen over gemeentebelastingen in het algemeen (voor dummies).  Zie intussen nog een keer dat mooie grafiekje in multicolor in een vorige uitgave van deze stadskrant. (Onze gemeenteraadwatcher kan daar uren naar kijken.)

Hoeveel soorten gemeentebelastingen zijn er hier nu eigenlijk?
We gaan dat eens vlug zeggen, : 30. Het gaat om:
– vier zgn. aanvullende belastingen (voornaamste: APB en OV)
– tien bedrijfsbelastingen (grootste opbrengst: verspreiding kosteloos reclamedrukwerk);
– elf zgn. “andere belastingen” (typisch lokale tarieven, bijv. voor afgifte administratieve stukken);
– vijf voor ‘parkeren en GAS’ (nu ook de beruchte GAS5).

Opbrengst
– De totale opbrengst van alle belastingen samen bedroeg vorig jaar:
85.844.171 euro.  Ten opzichte van alle mogelijke exploitatieontvangsten van Stad is dat 31,2 procent. (Klassiek percentage.)
– Het stijgingspercentage voor de afgelopen bestuursperiode (in
6 jaar dus) bedraagt 18,7%.
In bedragen: we gaan van 72.282.352 euro naar 85.844.171 euro aan totale ontvangsten.
– Even vergelijken. In de eerste periode 2013-2018 van de tripartite was het stijgingspercentage ietwat minder: 16,9%. (Het ging toen van 59,8 miljoen aan belastingontvangsten naar 69,5 miljoen.)

Sigaren uit eigen doos?
– Hoeveel belastingen betaalden wij hier vorig jaar per huishouden?
We bedoelen de som van alle belastingen (die 85 M) gedeeld door het aantal huishoudens (35.042).
Uitkomst: 2.450 euro.
– En per capita dan (baby’s inbegrepen)? : 1.063 euro.  (Met als aantal inwoners: 80.737.)
Even demagogisch. Als het stadsbestuur ons bijv. op nieuwjaar trakteert met frieten en zo, of met een vuurwerk, dan moet je  altijd bedenken dat je dat allemaal zelf hebt betaald.

Tarieven van de twee voornaamste belastingen onveranderd
Het Kortrijkse bestuur gaat er telkens, al twee  periodes lang (en nu weer) prat op dat de tarieven (aanslagvoeten) van de APB en de OV ongewijzigd blijven. Mensen weten niet dat dit ook het geval is in bijna alle Vlaamse gemeenten.  We staan er zelf versteld van. Zie maar op Tinternet. Je kan daar voor alle gemeenten een tabel vinden van de toegepaste aanslagvoeten sinds 2018 tot nu. Merkwaardig hoe stabiel die blijven.
Hier past een komische noot. Toen Quickie voor het eerst dong naar het burgemeesterschap was zijn grote verkiezingsslogan dat er geen belastingverhoging zou komen. Dat was zo. In tarieven ! Maar hij heeft  al onmiddellijk drie nieuwe belastingen ingevoerd. (Meest bekende: die op logies.)

Zijn de Kortrijkse aanslagvoeten te hoog?
We kunnen moeilijk anders dan vergelijken met de andere  centrumsteden.  En dat is ook iets dat je zelden zal lezen in een bijdrage van Peter Lanssens in zijn gazette HLN:
– voor APB staan we met 7,9% op de 2de plaats
– en voor OC met 1102 opcentiemen op de 3de plaats.
Voor de APB is het gemiddelde in Vlaanderen nu 7,26% en voor OV 1000,24.

Overzicht tarieven APB / OV in de 13 centrumsteden
Aalst: 7,5 / 944
Antwerpen: 7,0 / 850
Brugge: 6,9 / 1007,56
Genk: 7,5 / 850,13
Gent: 6,5 / 1088
Hasselt: 7 / 986,4
Kortrijk: 7,9 / 1102
Leuven: 6,7 / 975
Mechelen: 6,8 / 1100
Oostende: 6,5 / 1259,45
Roeselare: 8,5 / 1140
Sint-Niklaas: 7,7 / 834,38
Turnhout: 7,5 / 913

Oei.
Dat stuk wordt hier te lang.
Over naar volgende editie.

https://www.kortrijk.be/nieuws/nieuwe-bestuursploeg (1)

 INTUSSEN IS DE ZAAK VERHOLPEN !!
Zonder enig bericht en/of  toelichting vanwege de Kortrijkse stadsadministratie of stadsbestuur.
Het bestuursakkoord staat weer ter beschikking op de website van stad.
17 april.

*****************************************************

Al een keer ingetikt op Tinternet??
Probeer maar.
Dan krijgt u dit bericht te lezen (uit de website van Stad):

GEEN TOEGANG
U heeft geen toegangsrechten voor deze pagina.

Dit is dus ongehoord.  Ongezien en ongelooflijk. Dat verdient een interpellatie op de gemeenteraad !
Die ‘pagina’ waarvan sprake omvat namelijk in totaal14 pagina’s en de titel van dat document luidt zo:
KORTRIJK MET BRIO
Partituur voor 6 jaar sterk bestuur

En waarover gaat ? Dat zult u nu zeggen.
Over een enorm important politiek document, met name het BESTUURSAKKOORD of – programma van de nieuwe coalitie van vier partijen TB/SK/N-VA/Vooruit. Met  veel moeite tot stand gekomen en op maandag 24 november 2024 eindelijk gepubliceerd op de website van Stad.
Dat programma staat er dus niet meer op.
U mag alle mogelijke zoektermen gebruiken om dat akkoord te vinden op de webstek van onze stad. Niet meer te vinden.
Wat zit er hier in godsnaam achter?
Naar het schijnt houdt de “monstercoalitie” (dixit burgemeester Ruth Vandenberghe) binnenkort een conclaaf om in consensus te komen tot een definitief programma en bijhorend meerjarenplan.
Wat beoogt de coalitie met het wegvegen van het bestuursakkoord  (“partituur voor 6 jaar sterk bestuur“) op de officiële stadweblog?
Is er een dusdanige onenigheid binnen de (wat wij noemen) vivaldi-coalitie dat men bepaalde delen van het oorspronkelijke bestuursakkoord wil vergeten? Niet meer geldig zijn?

P.S.
Vanwaar dit stuk nu plots, en die vaststelling?
We waren in een vorige editie toch bezig met een overzicht van de belastingen in de vorige legislatuur? En we zouden daar wat toelichting bij geven?
Jawel. Dat heeft kortrijkwatcher niet vergeten.
Maar we dachten er goed aan te doen om juist in het kader van ons onderwerp even op te zoeken wat de nieuwe coalitie inzake belastingen en financies in petto had.
Kortrijkwatcher doet aan onderzoeksjournalistiek.
We wilden weten of de aanslagvoeten van de aanvullende personenbelasting en de opcentiemen zouden verhogen. Neen dus!
Dat is zo beloofd in het bestuursakkoord van 25 november 2024.
Hoezo? Hoe weet u dat dan? De tekst van dat programma is toch spoorloos?
Onze gemeenteraadwatcher had er een voorgevoel van, dat het werkstuk zou verdwijnen. Hij heeft er een kopie van gemaakt! Uitgeprint.
Zo wantrouwig is hij wel.
Zo weten we dus op de valreep dat in dat bestuursakkoord nog is voorgenomen  dat men voor 50 miljoen zou desinvesteren (patrimonium verkopen) en hoopt op  30 miljoen subsidies van hogere overheden. Dat is een manier om belastingverhogingen te vermijden? Dat was ons onderwerp.

 

 

 

Belastingen in bestuursperiode 2019-2024 in miljoenen (1)

(Toelichting volgt nog.)
Grafiekje onderaan.

Jaar        APB                   OV                     Totaal  van alle aanvullende                                                                                            belastingen

2019:   26,9                   35,6                     64,0
2020:   26,8                   36,4                    64,5
2021:   25,5                   35,7                     62,7
2022:   26,9                   37,2                     65,7
2023:   38,1                  40,2                      79,8
(De APB hier is uitzonderlijk abnormaal hoog , gevolg van een boekhoudkundige operatie.)
2024:   30,0                  45,9                     77,4
(Wel degelijk een significante maar verklaarbare verhoging. Opgepast: vergelijken met het jaar 2022…)

Algemeen totaal van alle gemeentebelastingen samen (in miljoenen)

Nogal veel soorten:  aanvullende belastingen  (APB, OV, leegstand, verwaarlozing, motorrijtuigen) bedrijfsbelastingen, parkeren en GAS, andere puur lokale belastingen (bijvoorbeeld op administratieve stukken).
2019:  72,2 M
2020:  70,5
2021:  69,4
2022:  74,0
2023:  85,9
2024:  85,8
(Vergelijken met 2022.)

Daar is de eerste “financiële oefening”: verhoogde retributies

Het bestuursakkoord van de nieuwe bestuursploeg (dd. 25 november 2024)  stelt dat men ter financiering van zijn ambities 50 miljoen euro van doen heeft. Daartoe is een “financiële oefening” nodig.  Kortrijkwatcher is van plan om die secuur te volgen.

Vrees  niet!  Men wil dat bedrag bijeen scharrelen mits een “eerlijk en gezond financieel beleid”.
In elk geval is het zo dat de nieuwe  vivaldi-coalitie (vier politieke families) gegarandeerd niet zal overgaan tot een verhoging van de personenbelasting en de onroerende voorheffing. Dat kunt u nalezen op pagina 15 van de “con brio partituur voor zes jaar sterk bestuur”.  (Pro memorie. In 2018 beloofde de tripartite ook zoiets. De belastingvoeten verhoogden inderdaad niet maar  prompt werden er wel drie nieuwe belastingen ingevoerd.)

Een geluk is dat retributies niet mogen beschouwd worden als belastingen. Zodus.
Het gloednieuwe College van Burgemeester en Schepenen heeft alreeds met de nodige haast en spoed en zonder verpinken het retributiereglement voor Sinksen 2025 “aangepast”.
Met haast en spoed? Jawel, de vorige tarieven werden goedgekeurd in de gemeenteraad van november vorig jaar, dat is drie maand geleden. En dat was de laatste zitting van de vorige legislatuur.

Een “aanpassing” van retributies betekent concreet altijd een verhoging van de tarieven – soms indexering genoemd – of zelfs een invoering van nieuwe retributies.

Voor Sinksen 2025 verwacht men in de programmatie een extra straattheater.  Daar is helaas geen  budget voor voorzien, dus wil men op zoek gaan naar extra ontvangsten.  (De volgende  gemeenteraad moet de nieuwe tarieven nog goedkeuren.)
Het gaat om zeven verhoogde retributieprijzen (per dag!):
standplaats Sinksen, drankstand, ijskar, foorkraam, ambulante handel met motorvoertuig, ambulante handel met mankracht,
standplaats rommelmarkt voor particulieren.

De financiële oefening

Sinksen 2025 beslaat vier dagen, van vrijdag 6 tot en met maandag 9 juni. Hierna de prijzen, en die gelden per dag. (Tussen haakjes  vermelden we de vroeger te betalen retributie.)
– Standplaats (??): 340,00 euro (296,79 euro)
– Drankstand: 170,00 (148,39)
– IJskar: 170,00 (148,39)
– Foorkraam: 340,00 (296,79)
– Ambulante handel met motorvoertuig: 340,00 (296,79)
– Ambulante handel met mankracht: 122,00 (106,00)
– Standplaats rommelmarkt: 20,00 (15,90)

Alweer positief, d.w.z. heuglijk nieuws !

Volgens de pas opgedoken jaarrekening voor 2023 zijn de belastingontvangten met 11,9 miljoen euro gestegen tegenover het jaar 2022. We halen net de kaap van 80 miljoen. Vergelijk ook even met 2019: 70,6 miljoen.
De openstaande schuld voor stad plus OCMW bedroeg eind vorig jaar 166,8 miljoen oftewel 2.116 euro per inwoner. Eind 2022 was dat nog 141,6 M en 1.823 euro per inwoner (baby’s inbegrepen).

Maar geen paniek!
Voor het geval u het nog niet zou weten: kortrijkwatcher zal daar wat nuancering bij aanbrengen in zijn causerie op 31 mei aanstaande om 20 uur in hotel Ibis Styles (Kennedypark 1).
Immers, Kortrijkwatcher is wel degelijk een positivo !
De lezing is gratis, niettegenstaande er ook lichtbeelden worden vertoond.
Opgelet. Die lezing is geenszins bedoeld als een kiesmeeting. Polemiek wordt vermeden.
U dient te aanvaarden dat de “opinies” van kortrijkwatcher door hem beschouwd worden als FACTS !

Quickie maakt ons weerom iets wijs…

We nemen er “Het Laatste Nieuws” maar weer eens bij, het nummer van donderdag 2 mei, pag. 23 in het katern met regionaal nieuws. Met reporter Peter Lanssens als zijn spreekbuis maakt onze burgemeester Van Quickenborne het meeste kans om geheel ongehinderd volkomen onjuiste dingen te vertellen.
Het is de 0,00%-journalist niet gegeven om uitlatingen van zijn vriend Quickie te verifiëren, – zelfs als hij het al zou kunnen. En in de aanloop naar de verkiezingen kan Quickie via die gazet ook gratis en voor niets kiespropaganda verspreiden door allerlei ballonnetjes op te laten in verband met wat hij allemaal zal doen als hij opnieuw burgemeester wordt.
Vorige maandag dan liep Quickie op de markt rond te leuren met het voornemen om het standgeld van marktkramers af te schaffen. Ook in de deelgemeenten.
De twee ‘boegbeelden’ van de nieuwe partij “Gezond Verstand” (die als uit een doosje zijn gesprongen) waren er als de kippen bij om uit te pakken met een nog grotere stunt: een zekere Tom De Vlaminck en Philippe Gosselein willen ook nog de standgelden van de foorreizigers op de Paasfoor afschaffen. (Zij zijn nog niet tot het – gezond – verstand gekomen om op te merken dat forains nog andere retributies dienen te betalen aan stad.)
Nu ja.
Waar zit nu de leugen van Quickie?
Hij is absoluut geen voorstander om het standgeld voor foorreizigers af te schaffen. Niet alleen zou dat veel minontvangsten voor stad opleveren (300.000 euro per jaar), maar het is zo dat die kermisstandhouders al genoeg tegemoetkomingen krijgen van stad. Quickie vernoemt er drie: gratis gebruik van elektriciteit, opkuis, promotie door een feestelijke opening met vuurwerk.

Er ligt hier nu op ons bureau een factuur voor van zo’n forain, voor de exploitatie van een attractie van hem, dit jaar op het Nelson Mandelaplein. (Het meer goedkope plein.)
– Een artikel van die facturatie slaat op…een promotiebijdrage. Die feestelijke opening is dus ongeveer betaald door de forains zelf. Vast PROM-bedrag van 115 euro, maar blijkbaar geïndexeerd naar 117,39 euro.
– Voor een nutsvoorziening genaamd (2 x 0,32 A) is 277,04 euro gefactureerd. Dat gaat over den elektriek zeker? (Er zijn ook duurdere tarieven, bijv. voor 3 x 100 A.)
– Tiens. Er moet ook een bijdrage voor water betaald. Hier 53,08 euro. (Basisbedrag is 52 euro.)
– Ewel ja, tenslotte is er nog de fameuze standplaatsvergoeding. Voor cat. D 60% is dat per meter 140 euro, geïndexeerd blijkbaar 140,8740 euro. (Duurder kan ook, bijv. 345 euro per strekkende meter.)

Quickie maakt zijn scribent dus iets wijs (en hiermee ook de burger), en het is niet “den lange Peter” die in een volgende editie van zijn gazet een correctie zal aanbrengen. Of bijvoorbeeld nog zal reppen over de andere retributies die foorreizigers betalen voor eventuele standplaatsen voor hun caravan of woonwagen.




Een actualiteitsbericht nu: over de indexatie van de belasting op “masten en pylonen”

In maart vorig jaar werd – zoals in vele gemeenten en steden – een belasting op masten en pylonen ingevoerd. Zo ook in Kortrijk.
De meerderheid (22 ervan aanwezig) stemde toen natuurlijk voor, terwijl de CD&V plus het VB tegen was (10 stemmen). Zoals traditioneel tegen alle gemeentebelastingen. Groen (3 stemmen) daarentegen onthield zich.
Die belasting werd ingevoerd omdat men de aanwezigheid van die tuigen (minstens 15 meter hoog) landschapverstorend vond en ook visueel vervuilend.
Nog vorig jaar op 14 november is men het tarief van diezelfde belasting (net als van een aantal andere belastingen) gaan verhogen door de indexering ervan. Hier viel alleszins nog duidelijker op dat men daarmee louter en alleen de stadskas wou opfleuren. Het tarief zou voor 2023 daarmee verhogen van 2.750 euro per mast of pyloon (en per jaar) naar 2.875 euro. In die gemeenteraad van november stemden 22 leden van de meerderheid voor, maar ONTHIELD de oppositie zich opmerkelijk genoeg met 12 stemmen. Dat wil zeggen: het Vlaams Belang, Groen, – maar merkwaardig toch ook de CD&V waren voor noch tegen…

In de eerstkomende gemeenteraad van volgende maandag zal men die indexatie weer afschaffen (de belasting blijft vooralsnog). De CD&V- fractie steekt die beslissing tot afschaffing van de indexatie nu als een pluim op haar hoed. Zegt dat zij altijd tegen die belasting is geweest omdat die immers toch wordt afgewenteld, doorgerekend in de elektriciteitsfactuur.
Nou. Dat is juist. Maar dit ook:
Vlaams minister van Binnenlands Bestuur Somers liet begin december weten dat het geïndexeerde tarief niet compatibel is als men tegelijk wil intekenen op het zgn. (Vlaams) Lokaal Energie- en Klimaatpact 2.0. Dat politiek akkoord (LEKP 2.0) met steden en gemeenten (een tweede versie, daterend van 8 juli 2022) voorziet zes nieuwe doelstellingen. En daaronder de verplichting dat de ondertekende steden en gemeenten geen nieuwe belasting invoeren op een lokale heffing op “masten en sleuven” van Elia. En meer nog: de bestaande heffingen moeten stopgezet tegen 1 januari 2026 ! Ja, de reden hiervoor is dat de belasting wordt doorgerekend, terwijl de Vlaamse regering die elektriciteitsfactuur net wil verlagen met het oog op een doorbraak van waterpompen en elektrische wagens.

Het staat (ook) alweer niet in de gazetten, maar die belasting in Kortrijk brengt zéér veel op.
Ziehier het kohier van 12/09/2022:
– Elia Transmission Belgium NV met 69 pylonen = 189.750 euro.
– Orange Belgium NV met 20 pylonen = 55.000 euro.
– Proximus NV (voorzitter: Stefaan De Clerck) met 5 masten en 7 pylonen = 33.000 euro.
– Telenet Group NV met10 masten/pylonen = 27.500 euro.
Het nadeel van het niet indexeren van die nochtans hoge belastingontvangsten (305.250 euro) wordt gecompenseerd door de trekkingsrechten die stad kan incasseren bij de ondertekening van LEKP 2.0. (Het verschil met of zonder indexering bedraagt per jaar slechts 13.875 euro…)
We hebben het even voor u opgezocht.
Als er 300 gemeenten zouden intekenen op LEKP 2.0 krijgt stad een subsidie van 106.044 euro. Dat is een indicatie. Want er zullen zich wellicht maar 2/3 gemeenten tot LEKP 2.0 bekeren. Het wordt dus méér…

Zo, nu weet u ook alweer wat meer, over de actualiteit.

P.S.
– Eigenaardig toch dat LEK 2.0 de term “pylonen en masten” niet gebruikt. Het ook over sleuven heeft. Komen er dan geen pylonen meer? (Het verschil: een pyloon staat op de grond. Een mast op een andere constructie.)
– LEK 1.0 voorziet in 24,87 miljoen euro trekkingsrechten voor de gemeenten.
– LEK 2.0 in nog 8,75 miljoen euro, te verdelen over de gemeenten die intekenen op de vernieuwingen.
De gemeenten krijgen een aandeel berekend op het aantal inwoners en de criteria van het Gemeentefonds. Stad + OCMW Kortrijk had volgens de criteria van het jaar 2021 recht op 81.239 aandelen.


Bepaalde lokale (gemeente)belastingen worden nu niet meer “aangepast” maar “geïndexeerd”

Als men het heeft over stijgende belastingen (lokaal of niet) – maar men heeft het daar meestal niet over! – wordt de term “verhogingen” zorgvuldig geweerd. Liever spreekt men van “aanpassingen”.
Zo zijn er inzake onze lokale belastingen de laatste jaren serieuze “aanpassingen” “gebeurd bij bijvoorbeeld reclamedrukwerk, bankautomaten, hoteltaks. Voor andere dan, zoals afkoppeling hemelwater, ontgraving, BID-belasting (de betrokkenen weten wel waarop dit slaat!), filmbelasting zijn die aanpassingen al zodanig vele jaren uitgebleven dat het eigenlijk wel verdedigbaar is dat die tarieven nu toch een keer worden verhoogd.
De triparite heeft evenwel voor dit en volgende jaren een nieuwe methode van “aanpassen” in voege gebracht. De verhoging is nu berekend op een indexering van de tarieven, wel te verstaan: toegepast op het indexcijfer van de laatste aanpassing. Voor sommige belastingen valt die verhoging dan procentueel geweldig mee: voor ontgraving bijv. gaat om een stijging met 101,6%, voor filmvoorstellingen met 47,9%, voor afkoppeling hemelwater met 25%, afgifte van administratieve stukken met 17,9%.

De raming van het effect van de nieuwe indexering van (14) lokale belastingen zou dit jaar 519.029 euro méér moeten opbrengen dan vorig jaar. In de (derde) aanpassing van het meerjarenplan is hiervoor een optimistische verhoging van de belastingontvangsten ingeschreven ten bedrage van 543.800 euro.
Hierna een tabelletje van de lokale belastingen waarbij de indexering het meeste zal opbrengen.

Reclamedrukwerk
– tariefvoorstel: 0,070 i.p.v. 0,062 euro
– verwachte mééropbrengst: +154.839 euro
– budget 2022: 1.200.000 euro (raming)
Afgifte administratieve stukken
– tariefvoorstellen: divers
– verwachte mééropbrengst: + 86.050 euro
– budget 2022: 600.000 euro
Leegstand
– tariefvoorstel: divers (voor woningen bijv. 1.100 i.p.v. 1000)
– verwachte mééropbrengst: +71.500 euro (maar in meerjarenplan +170.000 euro ingeschreven op basis van reële ontvangsten in 2021 en verhoogde controle!)
– budget 2022: 842.000 euro
Hoteltaks
– tariefvoorstel: 2 i.p.v 1,75 euro
– verwachte mééropbrengst: +69.286 euro
– budget 2022: 270.00 euro
Filmbelasting
– tariefvoorstel: 0,50 i.p.v. 0,35 euro
– verwachte mééropbrengst: +60.000 euro
– budget 2022: 115.000 euro
BID-belasting
– tariefvoorstel: divers (laagste tarief 265 i.p.v. 200 euro)
– verwachte mééropbrengst: +31.430 euro
– budget 2022: 98.200 euro

Laten we het nog even hebben over de taks op bankautomaten…
We gaan het tarief nog verhogen van 550 euro naar 610 euro, en dit terwijl de socialisten (drie schepenen behorend tot de tripartite) geweldig van hun tak maken over het verdwijnen van die toestellen. De verwachte mééropbrengst bedraagt slechts 3.273 euro. In het budget 2022 is als krediet 34.650 euro ingeschreven. Voor dit jaar 2023 toch nog 36.540 euro. Het stadsbestuur verwacht dus geen opvallende daling van het aantal apparaten…



Neen, we verhogen de belastingen niet, maar we gaan ze wel indexeren

Even ophouden met die vervelende berichtgeving over “vellen van bomen”, in ruil voor wat interessant breaking news over financies. Ons geld!

Bij iedere verkiezing schreeuwt de tripartite het uit dat men de belastingen niet zal verhogen.
Die belofte komt men in zoverre na dat men de aanslagvoeten van de ‘Aanvullende Belasting op de Personenbelasting’ evenals de ‘Opcentiemen op de Onroerende Voorheffing’ ongewijzigd laat.
Men heeft dat nu allemaal vergeten, maar al onmiddellijk nadat men (voornamelijk de VLD, in de persoon van Vincent Van Quickenborne) die heilige belofte voor het eerst heeft gezworen werden er gewoon drie nieuwe belastingen ingevoerd. Dat was in 2013. (We hebben het daar al genoeg over gehad, in tegenstelling tot de reguliere pers.)

En nu heeft de tripartite er iets nieuws op gevonden om onze budgettaire toestand nog ietwat in evenwicht te houden. Naast een resem bezuinigingen – hier ter stede “onderbestedingen” genoemd – (vooral het opgeven van projecten, – iets waar we het later zullen over hebben) zal men per 1 januari 2023 ook een resem indexeringen toepassen op de tarieven van onze lokale gemeentebelastingen.
We zeggen het al onmiddellijk: dat zou ons een mééropbrengst van 519.029 euro moeten opleveren.
(Maar men hoopt op nog ietwat meer: 542.800 euro.)
Kijk, dat zijn geen schrikwekkend hoge bedragen, akkoord. Maar wat ons blijft storen is dat de tripartite haar meest belangrijke, plechtige verkiezingsbelofte niet nakomt. En aangezien onze “embedded press” daar traditioneel over zwijgt blijven de Kortrijkzanen daarover onwetend. (Zoals over zovele zaken.)

Hierna een lijstje van de effecten van een aantal tariefverhogingen die het meest zullen opbrengen.
De tariefvoorstellen zelf laten we achterwege, want dat is puur technische materie.
We geven wel de (huidige) opbrengst van enkele van die lokale belastingen, met daarna het verwachte (geraamde) effect van de voorgenomen indexering.

Reclamedrukwerk: 1.200.000 euro / +154.839 euro
Leegstand: 650.000 / +71.500
Hoteltaks: 485.000 / +69. 286
Afgifte administratieve stukken: 480.000 / +86.050
Reclameborden: 185.000 / +22.611
Filmbelasting: 140.000 / +60.000
BID-belasting: 100.000 / +31.430

P.S.
Nog wat humor want het is echt nodig…
Ook het tarief op geldautomaten wordt verhoogd van 550 euro naar 610 euro. De opbrengst zou oplopen van 30.000 naar 33.273 euro.