Er is om te beginnen in officiële papieren van Stad een flagrant (financieel) signaal te vinden is waaruit men kan afleiden dat ‘de zwemkom’ aan de Abdijkaai (en ook die in Heule) zal open blijven na 2028 en zeker tot 2031.
We nemen het nieuwe meerjarenplan (MJPL) 2026-2031 ter hand. Toch een betrouwbare bron zou men denken.
En we zoeken op ons gemak naar het overzicht van de EXPLOITATIETOELAGEN , rubriek ‘vrije tijd’. (pag.44).
Daar stoten we op een item genaamd “prijssubsidies Lago“.
Er is voor die toelage aan Lago in heel de lopende bestuursperiode, (over werkelijk alle jaren heen) een bepaald krediet voor gebudgetteerd.
Dat is onmiskenbaar een goed teken, maar men moet natuurlijk begrijpen waarop die uitgavenpost (met die rare naam) slaat.
In het PPS-contract tussen Stad en de NV S&R-Kortrijk-Zwevegem (dat is Lago, in de commerciële taal) is afgesproken dat de NV zou instaan voor de kosten van gewoon onderhoud en herstellingswerken en dat anderzijds de structurele werken (laat ons zeggen: die werken nodig om het zwembad in stand te houden) voor rekening van Stad zouden komen.
I
n de gemeenteraad van 11 januari 2021 is een nieuw systeem goedgekeurd om de NV S&R te vergoeden voor de exploitatie van beide zwembaden (ook Lagae in Heule). Voortaan krijgt de NV een bepaalde som volgens het aantal getelde zwembeurten per jaar. Bijvoorbeeld 15 euro (geïndexeerd) voor een jaarlijks volume van 45.000 zwembeurten. (Boven de 45.000 en tot 50.00 0 wordt dat 10 euro. Dan 8 euro en boven 60.000 zwemmers zal men de vergoeding bepalen in onderling overleg.).
Hoe men jaarlijkse “prijssubsidies” kan inschatten is me een raadsel, maar wat ons hier dus aanbelangt is dat die kredieten daadwerkelijk zijn ingeschreven in het nieuwe MJPL.
Dat is een feit:
– 2026: 854.689 euro
– 2027: 670.782
– 2028; 880.218
– 2029: 647.002
– 2030: 655.142
– 2031: 683.615
Bovenstaande bedragen slaan op de exploitatie.
Maar hoe staat het met de eventuele INVESTERINGEN voor de zwembaden ten laste van stad?
In het MJPL vinden we de detaillijst van de investeringen in deze legislatuur. Over ‘Lagae’ (Heule) wel geen spoor. Maar onder punt 3.5.7 (pag. 28) lezen we: Abdijkaai – instandhouding”: 500.000 euro.
Alweer een teken dat “den openen” open blijft.
Hoe is die investeringstoelage dan per jaar verdeeld over de hele legislatuur?
Paniek ! Op pag. 96 van het MJPL vinden we onder punt 3.5.7 dit overzicht, over een periode van evenwel…slechts drie jaar:
– 2026: 166.667 euro
– 2027: 166. 667
– 2028: 166.668
Inderdaad; Stad zal instaan voor investeringen ter waarde van 500.002 euro, maar zo te zien pas tot 2028.
Net dat feit leidde bij VB-raadslid Wouter Vermeersch tot enige bezorgdheid. Vanaf 2029 zou Stad niet meer zorgen voor de “instandhoudng” van ‘den openen’??
Zijn vraag kwam aan bod in de VERENIGDE RAADSCOMMISSIE van 8 september.
(Het verslag daarvan is ook weer de enige juiste bron om ook maar iets te vertellen over het probleem van de zwembaden.)
Financieel directeur Johan Dejonckheere gaf een verlossende toelichting:
“het budget in de tabel geldt voor de hele legislatuur maar uit voorzorg (er moet nog onderhandeld met S&R! ) noteerden we de bedragen dan maar vooraan in de tabellen (met jaaroverzichten)”.
In diezelfde Raadscommissie kwam schepen van Sport Wouter Allijns ook tussen. Hij verwees naar het BRIO-bestuursakkoord. Het BRIO-bestuur onderzoekt of voor de uitbating van het zwembad Abdijkaai (ook) een duurzame nevenbestemming mogelijk is “met respect voor de erfgoedwaarde EN de zwemfunctie”.
En Allijns voegt er nog aan toe dat het ‘de bedoeling’ is dat Abdijkaai blijft bestaan en langer kan openblijven. Tegelijk zegt hij zeer uitdrukkelijk dat “Heule”nog zal open blijven na 1 januari 2029;
Tot daar.
Abdijkaai blijft open.
Maar wat is persoonlijk mijn vrees?
Dat men de dure aspecten van het technisch onderhoud en herstel (nieuwe, broodnodige investeringen) zal uitstellen (veronachtzamen) om dan later – op wat langere termijn – doodleuk vast te stellen dat het zwembad Abdijkaai niet meer als dusdanig te redden valt.