Category Archives: quotes

Quote van de dag: “kanttekening”

We zijn nog altijd aan het dubben of we wel zullen verhalen over de laatsleden gemeenteraad van 4 december die een “koninginnedebat” moest worden, gewijd aan het nieuwe, aangepaste meerjarenplan 2020-2027. We zijn er nog altijd niet goed van. De inhoudelijke kwaliteit en het formele verloop van de gemeenteraad heeft namelijk een dieptepunt bereikt. En we hebben redenen om te betwijfelen of de raadsleden dat zelf beseffen.
Nu, intussen kunnen we het niet laten om te verwijzen naar de “quote van de dag”, ditmaal te vinden in ‘Het Laatste Nieuws” van vandaag 7 december op pag.23 en geuit door – wie anders – onze 0.00%-journalist Peter Lanssens.
Het Schepencollege pakt maar weer eens uit met een triomfantelijke aankondigingspolitiek. (Weer komisch om te zien hoe de schepenen Maddens en Weydts in de gazetten proberen om de eer naar zich toe te trekken.)
Het gaat erom dat de stad Kortrijk, én De Lijn én het Vlaams Agentschap Wegen en Verkeer (AWV) op sinterklaasdag een samenwerkingsovereenkomst hebben “bekrachtigd” om tegen 2029 nog wel te zorgen voor de sinds lang beloofde nieuwe, betere verbinding tussen het centrum en Hoog Kortrijk.
(De vorige generatie had het er al over.) Nu met dat – ook al lang geleden bedachte, unieke Hoogwaardig Openbaar Vervoer (HOV), nl. de elektrische trambus. Voorts is er nog sprake van een tweede stelplaats voor De Lijn, een P&R parking, een bredere brug over de E17, en natuurlijk een totale heraanleg (‘omvorming’) van de Doorniksewijk. Dat moet een Champs-Elysées worden! (We hebben altijd gedacht dat hiermee een andere straat was bedoeld: die tussen de Grote Markt en het Casinoplein.)
Bij wijze van inleiding schrijft reporter (lps) nog dat “alle neuzen nu in dezelfde richting staan en er ook een tijdspad” is uitgetekend.
En dan komt het. Volgende laconieke zin, letterlijk: “Kanttekening: er is nog geen budget.”

Ja zeg, KANTTEKENING !! Wie houdt men hier voor de gek?
We mogen dus veronderstellen dat De Lijn (net als AWW?) geen geld heeft, net zoals vroeger al is gemeld. Wie weet dat nog? In februari 2020 heeft De Lijn aan stad laten weten dat de studie X20/N50.73/ ‘on hold’ werd gezet. Er was nog nergens geld voor. (Het stadsaandeel bedroeg toen 650.000 euro!)

P.S.
We hebben ook een kanttekening. Gazetteschrijvers (en schepenen) moeten op hun woorden letten.
Wie aandachtig het bericht leest over de zaak op de website van Stad leest daar dat de samenwerkingsovereenkomst nog moet geconcretiseerd.


Naschrift
Gewoon uit een onoverkomelijke, ziekelijke nieuwsgierigheid hebben we een keer de jaarlijkse aangepaste Meerjarenplannen (MJP) doorploegd op zoek naar de begrote uitgaven voor het actieplan 2.4.6. Dat slaat op de post “heraanleg Doorniksewijk en Doorniksesteenweg i.f.v. trambus“.
Hierna dus de jaarlijks geraamde uitgaven van Stad voor dit project. De bedragen zoals voorzien in het oorspronkelijke MJP goedgekeurd eind 2019 tot en met de recente, vierde aangepaste (A)MJP. Dus achtereenvolgens krijgt u de begrote uitgaven voor de vijf meerjarenplannen van 2020 t/m 2025. Zie eens wat een absurde schommelingen er zich hebben voorgedaan.
– Oorspronkelijk MJP van 2020: over heel de periode tot 2025 nog géén uitgaven voorzien.
– Eerste AMJP: nul/80.000/10.000/24.694/24.594
– Tweede AMJP: 300.000/96.000/40.000/25.306
– Derde AMJP: 300.000/99.200/48.000/96.000/101.850
– Vierde AMJP: 3.200.000/24.800/88.060/90.045/90.045
– Vijfde AMJP: 2.200.000/nul/113.940/63.955/63.955

Dat waren geraamde bedragen.
Nu nog eens kijken wat men reëel heeft uitgegeven?
Voor de lopende bestuursperiode komen twee (gekende) rekeningen in aanmerking.
– In 2021 dachten we dus initieel om 80.000 euro uit te geven, maar dat vonden we aan het eind van het jaar teveel en begrootten we slechts 10.000 euro. Uiteindelijk gaven we toch 24.694 euro uit.
– 2022 dan. Initieel begroot: 40.000 euro. Dat werd herleid tot 25.306 euro. Werkelijk besteed: 20.656 euro.
We gaven dus voor dat project in twee jaar tijd 45.350 euro uit. Waaraan juist? Dat weten we niet.
De jaarrekening 2023 is nog niet gekend. Hiervoor is het wachten geblazen tot mei volgend jaar.







P.S.


Quote van de dag: “Voorzitter, sta me toe om de laatste interpellant niet ernstig te nemen.”

In de laatste gemeenteraad (9 oktober) vroeg meer in bijzonder bevoegd schepen Axel Weydts om een hele serie reeds uitgedachte en al in werking zijnde “wijkcirculatieplannen” goed te keuren.
Dat agendapunt (nr.8) vonden de raadsleden Wemel (Groen), Vanhoenacker (CDV) en Ryheul (VB) wel de moeite waar om daar iets over te zeggen.
Het spreekt dat zij (in elke geval de raadsleden van Groen en Vlaams Belang) er een duivels genoegen in vonden om schepen Weydts er voor de zoveelste keer aan te herinnerden dat hij (sinds zijn aantreden) zomaar allerhande gewichtige ingrepen inzake circulatie én mobiliteit heeft doorgevoerd zonder het bestaan van enig – nochtans beloofd – globaal mobiliteitsplan (MPL) voor stad en deelgemeenten.
Die verkeersmaatregelen aanziet hij vergoelijkend als “voorafnamen” op het nog niet gemaakte mobiliteitsplan. Zo’n deugnietje, die schepen!

Schepen Weydts heeft dat absoluut niet graag. Dat men hem wijst op vroegere uitspraken. (Eigenlijk heeft hij niets graag.)
Er is immers door hem al in het voorjaar van 2020 een studiebureau (“Traject”) aangesteld voor de opmaak van zo’n overkoepelend mobiliteitsplan. Daarvoor is in het meerjarenplan 2020-2025 (eerste aanpassing van december 2020) een bedrag van 127.133 euro ingeschreven. Volgens de laatste aanpassing van eind 2022 zelfs verhoogd tot 223.245 euro.
Het stadsbestuur liet in juni weten dat daarvan slechts 69.761,10 euro is gespendeerd. Cf. het antwoord (in het Bulletin van Vragen en Antwoorden van juni) op een schriftelijke vraag van raadslid Carmen Ryheul gesteld in april van dit jaar.
Dat lijkt wel weinig want volgens de jaarrekening 2022 is er in dat jaar alleen al 55.241 euro uitgegeven.
We willen geen ruzie maken, maar toch heel even vermelden dat in het tussenrapport over het beleid in het eerste semester van dit jaar dan nog een heel ander bedrag als uitgave is vermeld. Er zou in de eerste helft van dit jaar namelijk al 81.094 euro zijn aangewend, maar evenwel nog niets geboekt. Wat een ongeziene kakafonie aan cijfers is dat, maar we willen het eigenlijk zelfs daar niet over hebben. Schepen Weydts heeft het al lastig genoeg.

Men is er dus alleszins nog mee bezig, met dat MPL.
Schepen Weydts beloofde zelfs in februari 2022 dat het mobiliteitsplan nog eind van dat jaar zou klaar zijn, of in elk geval begin van het nu lopende jaar. De ‘oriëntatiefase’ was afgerond, het werd tijd voor de ‘beleidsfase’. (Cf. Bulletin van Vragen en Antwoorden van februari 2022.)
Maar in maart van dit jaar deed er zich een heuse peripetie voor.
Waarschijnlijk lag er – net als in een Griekse tragedie – als oorzaak van de beslissende omslag een bericht van een boodschapper aan ten grondslag: een eerste ontwerp van MPL van studiebureau “Traject”.
Schepen Weydts deed in een raadscommissie van 8 maart (dus niet in de gemeenteraad zelf) onverhoeds – en als een soort voetnoot – kond dat er tijdens deze bestuursperiode van geen mobiliteitsplan meer zou sprake zijn.
Hij gaf daar toen twee redenen voor op.
* Het zou “niet netjes zijn” om zo dicht bij de verkiezingen nog met een MPL voor de dag te komen dat toch zou moeten uitgevoerd worden door een volgend bestuur;
* We wachten best met de opmaak van een lokaal MPL tot er door de Vervoerregio een Regionaal MPL is opgemaakt.

We bestempelen deze twee gebruikte motiveringen als drogredenen. Een ander woord voor een vorm van liegen en bedriegen. En met die aantijging ten overstaan van de schepen komen we stilaan tot een uitleg voor de titel van dit stuk. Daar zat u – beste lezer – waarschijnlijk al zeer ongedurig op te wachten.
Weydts vroeg dus aan de voorzitter van de gemeenteraad met een onuitstaanbaar aplomp (hem eigen) om de laatste interpellant (raadslid Ryheul) niet ernstig te nemen.
En waarom? Omdat zij volgens hem in haar tussenkomst minstens twee leugens had verteld.

Welnu, dezelfde schepen draaide de gemeenteraad opnieuw een rad voor de ogen met zijn (twee) leugenachtige, bedrieglijke argumenten om niet meer uit te pakken met een MPL tijdens deze legislatuur.
* Opnieuw hanteerde hij de drogreden van de storende nabijheid van de verkiezingen. (De traditie wil dat men in het jaar van de verkiezingen zelf geen belangrijke, bindende beleidsmaatregelen meer treft voor het volgende bestuur.)
* En we wachten best met de opmaak van een Lokaal MPL tot de Vervoerregio een Regionaal MPL kan voorleggen? Ja? Ja?
Schepen Weydts is werkelijk een “caractériel”. Het is ongelooflijk maar waar.
In de gemeenteraad van 9 oktober was agendapunt 8 juist de bespreking (voor advies!) van het pas opgemaakte ontwerp van Regionaal Mobiliteitsplan!

Schepen Weydts is een liegebeest. We nemen hem wèl ernstig.
Waarom wil hij zeker nu niet met een mobiliteitsplan op de proppen komen? Omdat hij vreest dat het een belangrijk thema zou worden in de kiescampagne. En schepen Vélo is naar verluidt niet algeheel populair. En omdat er noch binnen het College, noch binnen zijn partij eensgezindheid bestaat over belangrijke mobiliteitsaangelegenheden. Denk bijvoorbeeld aan de mogelijke invoering van een Lage-emissiezone (LEZ). De exploitatie van het vliegveld. De verbreding of verlegging van de vaart. Enz.

P.S.
Onze burgemeester Ruthie Vandenberghe is voorzitter van de zgn. Vervoerregio.
Heeft geen woord gezegd bij de agendapunten 7 en 8.

Quote van de dag: “Quicky grapt”…

Voor zover er nog lezers zouden zijn die niet over alles op de hoogte zijn: “Quicky” (of gewoonweg “Q“) is de troetelnaam die huidig minister en Kortrijks titelvoerend burgemeester Vincent Van Quickenborne ooit eens voor zichzelf heeft bedacht, toen hij nog in zijn wilde jaren verkeerde. (Heeft daar een tijdje spijt van gehad, maar nu weer niet meer.)
Maar een vos verliest zijn streken niet.
Nu hij 50 is geworden heeft hij vorige zondag in een bekend café alhier Kortrijkse en andere burgers van dezelfde leeftijd met een gratis pint bedacht. Een electorale, beproefde tactiek die in de dorpspolitiek zeker al dateert van begin vorige eeuw, traditioneel toegepast door de plaatselijke brouwer die burgemeester wou worden.
Onze trouwe lezers kijken er niet van op dat de 0,00%-journalist Peter Lanssens (lps) van “Het Laatste Nieuws” daar uitvoerig aandacht heeft aan besteed, zelfs nog voor het evenement plaatsgreep.
Die verjaardag heeft de 0,00%-journalist in een uitermate vriendschappelijk getinte samenspraak (Lanssens is een poesjenel van Q, geen journalist) met Quicky er mede toe gebracht om een uitgebreide terugblik op “50 jaar Q” te publiceren in zijn gazet van vandaag, dinsdag 1 augustus. Een volledige pagina (p.21) met twee foto’s in het regionale katern “Kortrijk-Ieper”. Beide prenten belichten quasi-toevallig voor de onderscheiden doelgroepkiezer een bepaald aspect van de minister-politieker: een café- en een familiefoto.
In dat stuk staat nog een flagrante leugen, maar dat is iets voor later. En Vincent zou geen Quicky zijn als hij niet weer eens uitpakt met een onnavolgbare, politieke doelstelling: “Kortrijk moet een stad van 300.000 inwoners worden”. Dat is meteen de goed bedachte, wervende kop van het stuk.

Maar we willen het nu eigenlijk houden bij een zéér typische Q-quote, een andere gewaagde hyperbool die men normaliter als onthutsend kan beschouwen. Quickie geeft blijkbaar al van in zijn jeugd door dat hij geen last heeft of zal hebben van een imposter-syndroom.
We citeren.
“Toen ik misdienaar was, besefte ik al dat de katholieke stad Kortrijk ooit aan mijn voeten zou liggen,grapt Quickie.
Lanssens schrijft dus niet – wat hij normaal wel doet bij dit soort uitspraken – : “knipoogt” Quicky.
P.S.
Een bekende spreuk luidt: “vertel mij een grap, en ik zal zeggen wie je bent.”



Quote van de dag: “vijftig procent minder fietsongevallen”

Het quotum komt (wat dacht u anders?) uit het regionale katern van ‘Het Laatste Nieuws’ (pag. 19) van vrijdag 14 juni. De volledige, heel grote kop in vette letters luidt: “KORTRIJKSE FIETSZONE ZORGT VOOR VIJFTIG PROCENT MINDER ONGEVALLEN”. De bijgaande ‘ondertitel’ geeft een mogelijke verklaring: “Bestuurders zijn alerter door toenemend aantal fietsers”.
Het stuk is gepubliceerd door de bekende 0,00%-journalist Peter Lanssens (lps).
Hij vertelt dat de cijfers over de evolutie van de fietsongevallen (in de fietszones) zopas zijn vrijgegeven door de lokale politiezone VLAS, maar die zult u op de website van die PZ evenwel niet terugvinden. In werkelijkheid zijn die cijfers bij onze (lps) natuurlijk ingefluisterd door zijn idool, schepen Axel Weydts.
De opgegeven cijfers over de afname van het aantal fietsongevallen durven we bijna niet overschrijven, ZO BELACHELIJK zijn die. Zij zijn dus bijna gehalveerd, niettegenstaande het stijgend aantal fietsers.
Zie maar eens hier:
– In 2018 (het jaar VOOR de invoering van de eerste fietszone) ging het om 16 ongevallen. En nu, zo vraagt u zich ongeduldig af?
– We gaan het u onmiddellijk vertellen: in 2022 (dus vorig jaar) is dat fataal aantal gezakt naar 9 (negen) ongevallen.
Dat is dus wel degelijk “een quasi halvering”, zo concludeert onze 0,00%-reporter (met zijn scherpe pen), niettegenstaande het om “relatief kleine cijfers gaat”. En, zoals schepen Weydts het zegt, vindt ook (lps) dat dit alles gewoon te wijten is aan “de verbeterde verkeersveiligheid in onze binnenstad”. (Elders niet?). “De fietszone mist zijn doel niet.”

Peter Lanssens zal ons niet gek maken met zijn geschrijf !
Als 0,00-jounalist is hij natuurlijk niet in staat om wat nader in te gaan op die cijfers.
Ten eerste geeft hij geen enkele aanduiding over het aantal fietsongevallen per jaar, in die beschouwde periode 2018-2022. Misschien is er wel een jaar geweest met een recordcijfer? Wie weet.
Ten tweede komt het bij hem niet op om zich af te vragen in hoeverre het toch uiterst kleine aantal genoteerde fietsongevallen wel correspondeert met de officiële statistieken daaromtrent voor heel de stad. Als 0,00-journalist kent hij die gegevens per definitie niet, en is tegelijk niet in staat om die op eigen kracht op te zoeken. Hij vraagt ze ook niet op aan schepen Axel Weydts. Dat doet men niet !

Het artikel wekt in elk geval de ene keer (in de aanvang) de indruk dat de ongevallencijfers gelden voor de binnenstad, maar wat verderop toch misschien wel slaan op de drie fietszones, namelijk die van heel het centrum (75 aaneengesloten straten) én de zones in het centrum van de deelgemeenten Heule en Marke. (In de titel van het stuk staat de term “fietszone” in het enkelvoud !)
Welnu, wij kennen de officiële aantallen fietsongevallen in de stad dan wél, voor heel de periode, zelfs al van in het jaar 2012 tot 2021. Merk dan hierbij even de ongelooflijke onevenredigheid tussen de aantallen die Weydts constateert (voor de fietszones) en de aantallen uit de officiële statistieken die slaan op heel de stad.
2018: 188 (nog geen fietszone)
2019: 160 (er is wel een fietszone nu, in het centrum)
2020: 126 (nu bestaan er tevens fietszones in Heule en Marke en vanaf 13 juni ook in de Overleiestraat)
2021: 135 (de drie fietszones zijn in functie)
Voor het jaar 2022 kennen we jammer genoeg het aantal fietsongevallen in de stad nog niet.
Maar Weydts moet ons maar eens die onwaarschijnlijke discrepantie uitleggen tussen het aantal fietsongevallen in de fietszones (met de oppervlakte ervan en de verkeersdrukte) en die in de hele stad of de rest van de stad.
Het zou heel goed kunnen dat de snelheidsbeperking in de fietszones (30 km) als een plausibele reden kan worden beschouwd. Ja. Jawel. Maar er zijn in stad en in de deelgemeenten toch ook buiten die zones snelheidsbeperkingen of andere veiligheidsmaatregelen getroffen? (Drempels, rijbaankussens, verkeerslichten, fietspaden, plateaus, wegmarkeringen, schoolstraten, éénrichtingsverkeer,enz.)

Overigens zou het zéér interessant zijn indien schepen Weydts een keer aangaf wat de concrete oorzaak is van die NEGEN geconstateerde ongevallen van vorig jaar in de (alle drie?) fietszones. Is dat uiterst klein aantal enkel en alleen te danken aan het loutere bestaan van de fietszone? Of ligt het aan de slachtoffers zelf, bijv. aan het gebruik van een smartphone, slechte zichtbaarheid, onoplettendheid, een valpartij, een aflopende ketting, een slechte rem, een pure onhandigheid?
Zijn er wel altijd auto’s bij betrokken? (Of heeft men het hier juist louter en alleen om die gevallen??)

P.S. (1)
Wij zijn fervente voorstanders van de 30 km-norm, maar niet van fietsstraten.
Als een fietser net voor uw wagen valt, wat dan? Alleen al daarom. En natuurlijk zijn slabakkende of trage fietsers heel irritant. (Sommigen zijn zo beleefd dat ze spontaan stoppen en u laten voorgaan…)

P.S. (2)
Cijfers over het aantal fietsongevallen (2012-2021) te vinden in het Bulletin van Vragen en Antwoorden van februari 2022. Antwoord op een vraag van Groen raadslid Matti Vandemaele.
2012: 155
2013: 147
2014: 158
2015: 169
2016: 128
2017: 133
2018: 188 (+41 %)
2019: 160
2020: 126
2021: 135







Quote van de dag: “Dit is geen mondelinge vraag!”(5)

Verslagje uit de Kortrijkse gemeenteraad van (gisteren) maandag 13 maart 2023. We willen u dat voorval niet onthouden.
Maar eerst wat info. Een woordje vooraf.
Raadsleden hebben het recht om tijdens een gemeenteraad een korte vraag (spreektijd 1 minuut) te stellen aan de Collegeleden, zonder dat men die vraag op een of ander manier op voorhand heeft ingediend.
Op zichzelf een goede zaak, kaderend in het controlerecht van een raadslid.
De onderwerpkeuze is vrij, als het (uiteraard) maar niet gaat over iets dat alreeds is geagendeerd in die zitting zelf. Debat is niet mogelijk. In de prakrijk stellen raadsleden vragen die nauw aansluiten bij de actualiteit. Een scheef voetpad bijv. dat maar niet hersteld raakt. Vaak regent het van dit soort vragen. Vele raadsleden vinden immers dat zij daarmee in hun functie politiek gezien serieus werk verrichten, hun politieke plicht vervullen, hun politiek bestaan danig verrechtvaardigen.
Zij komen dus aandraven met een of ander simpel probleempje dat ze ergens op café of na het bijwonen van de de Heilige Mis hebben vernomen. Bijvoorbeeld is er ergens een boom gekapt en een kennis (potentiële kiezer!) van het raadslid wil wel eens weten wat stad ter compensatie heeft geëist. Raadslid doet dan gretig aan electoraal winstgevend dienstbetoon en stelt daarom een mondelinge vraag over deze zaak, in plaats van het Collegebesluit daaromtrent zelf te raadplegen.
We willen daarmee zeggen, vele van die mondelinge vragen zijn door het raadslid of door de burger zelf eenvoudig oplosbaar langs andere wegen of – erger nog – zijn die vragen volstrekt onbenullig om ermee een gemeenteraad te belasten.

————————————————————————————————————

Maar nu even naar die vraag in de gemeenteraad van gisteravond, om 20 uur, 31 minuten en 12 seconden.
Raadslid Carmen Ryheul (VB) wil aan schepen Weydts van Mobiliteit twee vragen stellen over het uitstellen van de opmaak van een gemeentelijk mobiliteitsplan: 1) Komt de bestaande adviesgroep Mobiliteit hierover nog samen? 2) Wat hebben de drie studiebureaus, bezig met de redactie van het Mobiliteitsplan, al aan kosten gefactureerd?
Een legitieme vraag, nog mondeling gesteld ook, zoals onze lezers hier al terdege beseffen uit onze vorige edities.
Om tot die vragen te komen heeft Ryheul wat tijd nodig. (Onze lezers weten over de materie wel al een en ander, maar dat is niet aan eenieder gegeven.) Ryheul schetst dus de context van haar vraag. Zegt dat het verschuiven van het Mobiliteitsplan tot na de verkiezingen haar wel wat verbaast en dat daar wat vragen bij kunnen oprijzen.
Na 46 seconden vindt Helga Kints, de stilaan (in heel de provincie) beruchte voorzitter van de Kortrijkse Raad, dat het welletje is geweest. Zij roept uit: “Dit is geen mondelinge vraag!” en wil hiermee het raadslid het woord ontnemen. De twee vragen zijn op dat ogenblik nog niet gesteld.
Maar Ryheul gaat verder en komt onmiddellijk tot haar vragen (zoals hierboven al aangegeven). Dat duurt 18 seconden. In het totaal (inclusief de onderbreking van Helga Kints) duurt heel de interventie van het raadslid 1 minuut en 13 seconden.
Voorzitter Kints geeft het woord aan de bevoegde schepen Weydts voor het antwoord.
Ook hij heeft daar één minuut de tijd voor.
Zichtbaar tot Helga’s verbazing antwoordt de schepen heel laconiek: “Mevrouw de Voorzitter, zoals u zelf hebt gezegd is dit geen mondelinge vraag en komt het mij niet toe om er op in te gaan.”
Voorzitter Kints is zichtbaar enkele seconden bedolven onder een korte schokgolf van consternatie bij dit politiek schabouwelijk antwoord (dat zij zelf heeft uitgelokt) en pruttelt nog dat het raadslid (“als zij niet tevreden is met het antwoord“) zich nog altijd kan richten tot de schepen en hij dan kan antwoorden.

P.S.
– De heer Axel Weydts is een caractériel.
– Het voorzitterschap van Kints is een grondig deontologisch onderzoek van de hogere overheid waard. Zij kreeg al meerdere keren een reprimande van de gouverneur omdat zij “de democratie beknot”. Uniek is dat !




Quote van de dag: “Daar kan ik niet op antwoorden”

Gisteren, maandag 12 december, was het weer eens gemeenteraadsdag.
Er is al een zitting geweest deze maand, en nog wel een heel belangrijke. Die ging namelijk over een (derde) aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025, concreet dus over de meer accurate uitgaven en ontvangsten voor dit en volgend jaar. In de kranten kon u daarover ongeveer niets lezen, want te moeilijk en te lastig voor onze gazettenschrijvers. (In het weekblad “De Krant van West-Vlaanderen” zelfs geen woord.)
Dat even tussendoor. Het moest onze gemeenteraadwatcher even van het hart. Sorry, sorry.

In een gemeenteraad (en tevens in de raadscommissies) kunnen raadsleden ook mondelinge vragen stellen die niet op voorhand zijn ingediend. Die gaan dan over een actueel gebeuren en zijn meestal geïnspireerd door een of ander probleem(pje) dat de raadsleden op de schoot kregen geworpen door een Kortrijks burger.
VB-raadslid en parlementariër Wouter Vermeersch had twee vragen bij.
Hij had ze nauwelijks beëindigd of hij kreeg al – zoals altijd – een berisping van voorzitster Helga Kints.
Zij wees er hem op dat zo’n mondelinge vraag volgens het huishoudelijk reglement maar één minuut kan duren. (Hij was wel enkele seconden over tijd hoor, maar dit soort terechtwijzingen krijgt bijvoorbeeld praatvaar schepen Philippe De Coene misschien één keer op honderd en raadslid Jean de Béthune helemaal niet. Want voor een gedeputeerde edelman heeft zij echt wel een vorm van onderdanig ontzag. Zo is zii wel. Dat hoort nu eenmaal bij haar persoonlijkheidsstructuur…)
Helga kan het optreden van oppositieraadslid Vermeersch absoluut niet smaken. Eigenlijk duldt zij het niet. Zo erg is het met haar objectiviteit gesteld. Dus had zij nog een reprimande bij de hand, onmiddellijk na de twee vraagstellingen. Zij wees er Vermeersch op dat mondelinge vragen géén onderwerp kunnen zijn van een debat.
Alsof dat hier het geval was.
Maar voorzitster Helga is leep genoeg om al op voorhand – nog voor er een antwoord zou komen – het schepencollege uit de wind te zetten.
Oei.
We dwalen weer af. Sorry.

Wat waren nu de vragen van raadslid Vermeersch? Tweemaal dezelfde eigenlijk.
Actievoerders van zowel Hoog-Kortrijk als van Marke hadden hem laten weten dat zij nog altijd worstelen met problemen en met vragen blijven zitten. (De pers staat er overigens vol van.) De eerste groep bijvoorbeeld met dat beruchte detentiehuis en windmolens, de andere ruziemakers met de fameuze ‘knip’ aan de brug tussen Bissegem en Marke.
Nu wou Vermeersch dus eenvoudig weten of het bestuur daar nog wel eens wou over communiceren. Op een of ander manier wou reageren. Hoe en waar?
En nu het antwoord van de meest passende, bevoegde bewindvoerder. Uit de aard van de zaak: de burgemeester. DE verpersoonlijking van het gevoerde politieke beleid, nu en in de toekomst.
RUTHIE dus, nog altijd waarnemend burgemeester
Haar antwoord? “Daar kan ik niet op antwoorden. We gaan dat uitzoeken.”

Sorry.

P.S.
Is Ruth Vandenberghe eigenlijk wel burgemeester?
Niet voor niets begint men haar te beschouwen als “miss Kortrijk”.




Quote van de dag: “snuffelrondes”

“Twee jaar is een eeuwigheid in de politiek,” schrijft “De Tijd” vandaag (pag. 12).
Maar: “Toch zijn in veel gemeenten en steden strategische snuffelrondes en soms zelfs al politieke vrijages bezig voor de lokale verkiezingen van oktober 2024.”
De redacteur Politiek&Economie, Wim Vande Velden, heeft het daarbij meer speciaal over Gent en Antwerpen.
Maar plots en nogal onverwacht brengt hij in één zinnetje ook even Kortrijk ter sprake.
Dat gaat dan zo:
“In Kortrijk stuurt burgmeester Vincent Van Quickenborre (Open VLD) aan op een alliantie met CD&V, ook al draaide hij eerder burgemeester Stefaan De Clerck (CD&V) een loer.”

De auteur van het stuk geeft hierbij niet de minste toelichting of mogelijke aanwijzingen, iets wat hij wel doet inzake Gent en Antwerpen.
Bij de redactie van kortrijkwatcher heerst intussen het (buik)gevoel dat die bewering niet helemaal uit de lucht is gegrepen. Zowel in de gemeenteraad als in vergaderingen van fractieleiders zijn er al voorvallen geweest die er verdacht op lijken dat de CD&V echt niet van plan is om het zeker net die schepenen van het “Team Burgemeester” erg lastig te vallen. En voorts kan men zich voorstellen dat binnen het College bepaalde “liberale” schepenen de machtswellust (de profileringsdrang) en ambities met bijhorende dadendrang van bepaalde “socialistische” concullega’s zo stilaan grondig beu zijn.

P.S.
Het nieuwe Vlaamse kiesdecreet dat voor het eerst van toepassing wordt bij de komende lokale verkiezingen van 2014 voorziet dat de kandidaat met de meeste voorkeurstemmen op de winnende lijst automatisch burgemeester wordt.


Quote van de dag over betogingsrecht in een rechtsstaat

Het Vlaams Belang beraadt zich over de vraag of men een nieuwe betoging zal organiseren tegen de komst van een nieuwe moskee In Kortrijk. In ‘Het Laatste Nieuws’ van vandaag 1 september betreurt de Islamitische en Culturele Vereniging van Kortrijk(ICVK) deze intentie.
Yassin EL Attar, de woordvoerder van ICVK, wil hierbij Wouter Vermeersch (raadslid en fractieleider van het VB) “er graag aan herinneren dat we in een rechtsstaat leven en dat betogen geen deel uitmaakt van de procedure van de rechtsstaat”.

Wij op onze beurt willen de heer Yassin EL Attar herinneren aan art. 26 van de Belgische Grondwet, aan art. 20 van de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens, aan art.11 van het Europees Verdrag voor de Rechten van da Mens.
Yassin!!
Vreedzaam demonsteren is een mensenrecht. In ons land.

Hoe is Vincent Van Quickenborne “groot” geworden?

Dat is vandaag in Het Laatste Nieuws (pag. 12) te lezen in een interview met de minister van Justitie (en vaandelvluchtig Kortrijks burgemeester).
We citeren.
“Ik hoor sommigen zeggen: dat sluitingsuur in de horeca kan misschien blijven. No way! Je moet toch op café kunnen gaan tot vier uur ’s nachts? Allez, ik ben daar in Kortrijk groot mee geworden.”

P.S.
Het is toch opvallend hoe zefs politici de vrijheidsbeperkende maatregelen in deze corona-tijd als “onliberaal” beschouwen. Als iets dat niet strookt met de liberale leer. Het is alsof men niet meer weet wat het liberalisme als ideologie (een hoofdzakelijk economische theorie) betekent. De triomf van het kapitalisme.