Zou het aantal ‘Kortrijkzanen’ alweer zijn gedaald?

Zo rond 18 januari ll. pakte onze tripartite alweer uit met een zoveelste triomfantelijk bericht.
En de gazetten deden gewoontegetrouw weer hun best om dat gejuich met chocoladeletters te delen met de bewoners. “Nog nooit waren er zoveel Kortrijkzaken.” En de kaap van 79.000 inwoners is gerond ! Dat laatste staat ook nog een keer in het pas verschenen stadsmagazine van de maand februari.
Het zit zo.
Op 1 januari van dit jaar heeft onze stadsadministratie 79.005 ‘Kortrijkzanen’ geteld in het Rijksregister. Dat zijn er 1.123 méér dan op 1 januari van vorig jaar. In procent uitgedrukt bedraagt de groei dus: + 1,44%.
Ons Stadsmagazine rept er niet over, maar die groei is niet “natuurlijk”. Het gaat geenszins om een accres, een saldo van het aantal geboorten en sterfgevallen. Integendeel. De groei is voor een groot deel te wijten aan de overkomst van Oekraïners (!) en de vele buitenlandse studenten.

Ewel ja. ‘t Is goed. Zand erover.
Laat ons immers aannemen dat intussen allerhande eventuele verhuisbewegingen, migraties (in & out) die wellicht normaliter gepaard gaan met de jaarwende nu waarschijnlijk voorbij zijn. Dat de rust is teruggekeerd. Dat mogelijke fouten in het Register (of in de telling!) zijn gecorrigeerd.

Komt dat nu wel goed uit zeg !
Wij vonden intussen min of meer toevallig een telling die waarlijk dateert van de 21ste van deze maand januari! Recenter kan me dunkt niet. En die telling is trouwens ook gebaseerd op een “observatie” van datzelfde Rijksregister. (Zelfde bron, anders zouden we er niet over schrijven.) Nog wel genoteerd door de Federale Overheidsdienst (FOD) Binnenlandse Zaken. Die FOD staat toch niet bekend als onbetrouwbaar?
Wel, die FOD telt bij een ‘observatie’ van het Rijksregister op 21 januari van dit jaar 78.841 Kortrijkzanen.
Dat is 164 minder dan wat Stad ons in eerste instantie voorhield. In drie weken tijd…

We houden ons in dit stuk verder bij de bron FOD Binnenlandse Zaken om enkele vergelijkingen te maken. Want zomaar een demografische evolutie weergeven zonder enige bijkomende informatie over andere vergelijkbare gemeenten is te eenvoudig. Neigt naar boerenbedrog.
We geven hierna voor een aantal steden (waarmee we altijd graag Kortrijk vergelijken) de stand van zaken op 21 januari van dit jaar, daarna die op 22 (ja) januari van vorig jaar, plus het nominale verschil tussen beide aantallen en het groeipercentage.

– Kortrijk: 78.841 / 77.705 : +1.136 : +1,46%
– Mechelen: 88.463 / 86.917 / +1.546 / +1,77%
– Aalst: 89.915 / 88.760 / +1.155 / +1,30%
– Roeselare: 65.381 / 64.382 / +999 / +1,55%
– Sint-Niklaas: 81.066 / 80.133 / +933 / +1,16%
– Hasselt: 80.299 : 79.450 / +849 / +1,06%

Andere steden waarmee we ons wel een keer willen of durven vergelijken halen een groeipercentage van minder dan 1%:
– Brugge: 119.445 / 118.478 / +967 / +0,81%
– Ieper: 35.376 / 35.026 / +350 / +0,99%
– Oostende: 72.083 / 71.489 / +594 / +0,83%
– Genk: 67.522 / 66.943 / +579 / +0,68%

En we zijn altijd heel curieus in hoeverre onze naburige gemeenten het stellen op demografische gebied.
Een wetenschappelijk onderzoek over de verhuisbewegingen van Kortrijkzanen naar buurgemeenten (of omgekeerd) is in 2019 aan Stad aangeboden maar men vond dat te duur. Diezelfde survey wou ook gissen naar de redenen waarom mensen van elders naar hier komen (“inkomers”) of waarom we ook af te rekenen hadden met “verlaters”. Kortrijk zou dat onderzoek allemaal wel een keer zelf doen… Het is er niet van gekomen.
En in dit verband ook nog even terloops aanstippen dat het van groter belang is om de verhuisbewegingen van “huishoudens” te meten, eerder dan van individuen. Maar die cijfers hebben we niet en vinden we ook nergens.

Drie naburige gemeenten doen het goed:
– Deerlijk: 12.552 / 12.343 / +209 : +1,69%
– Zwevegem: 25.556 / 25.139 / +417 / +1,65%
– Lendelede: 5.860 / 5.798 / +62 / +1,06%

Minder dan 1% groei:
– Harelbeke: 29.540 / 29.084 / +256 / +0,88%
– Wevelgem: 32_1.791 / 31.554 / +237 / +0,75%
– Kuurne: 14.035 / 13.971 / +64 : +0,45%

Zo.
We weten weer wat meer.






K-CH2030 (4): de opmaak van het Bidbook

De toen nog op te richten ‘Commanditaire Vennootschap Hillewaere Tom‘ kreeg dus op 9 januari van dit jaar van het Schepencollege een “dienstenopdracht“, luidend “projectleiding” voor de realisatie van de kandidatuurstelling Kortrijk 2030, Culturele Hoofdstad van Europa.
Wie de ‘lastvoorwaarden’ leest (die al dateren van 7 november 2022) zal merken dat zijn opdracht uiteindelijk bestaat in het realiseren van het Bidbook1 tegen 2024 en, indien Kortrijk zou geselecteerd worden door Europa, tevens de realisatie van het Bidbook2 in de periode 2024-2025.
Voor de eerste deelopdracht (het zgn. vast gedeelte) voorzag Stad een bedrag van 120.000 euro, oftewel 145.200 euro. De offerte van de CommV. Hillewaere Tom bedroeg hiervoor 145.000 euro, met btw maakt dat 175.000 euro.
De taken die bij de dienstenopdracht horen werden bij de vacatureverklaring door het stadsbestuur in het geheel niet concreet opgesomd, in tegenstelling met wat er zoal gevraagd werd (op 14 november 2022) aan die andere kandidaat voor die andere vacature van een ” Projectleider-Durf2023″. Dat waren er toen wel zes, en de Durf-projecten (acties) waarvoor deze projectleider moest instaan dienden wel degelijk in het teken te staan van het Bidbook. Er een meetbare impact op hebben.
Van die projectleider-Durf2030 die voor minsten twee jaar voltijds op A-niveau zou aangesteld worden, vinden we nog altijd geen spoor. Ook niet van ene nog andere “inhoudelijke projectleider” waarvan op een gegeven moment ook sprake is (was), bespeuren we geen teken van leven.

Men kan zich dus afvragen wat onze Tom Hillewaere te doen staat. Alles zeker?
In de gazetten is sprake van een eerste stap, het organiseren van een artistiek “event” rond “mentaal welziin” in het jaar 2024, een idee dat eigenlijk al lang in de lucht hangt. En ja, Tom zal ook een zelfstandige organisatie opzetten die instaat voor het indienen en verdedigen van de Kortrijkse kandidatuur. Nog volgens de gazet ( ‘De Krant van West-Vlaanderen’, 20.01.2023, pag.11) draagt Tom de eindverantwoordelijkheid voor het opmaken van het Bidbook. Amaai zeg.

Nu is het net in dit verband dat deze alternatieve elektronische stadskrant er nog maar eens wil aan herinneren dat er alreeds op 24 oktober van vorig jaar aan een gerenommeerd studiebureau de “projectbegeleiding” voor het opmaken en indienen van het Bidbook is gegund. Er zijn toen drie offertes binnen gelopen, de ene al duurder dan de andere. De economisch meest voordelige bieder was het “Consortium P3 Power of 3 Consultancy“, uit Schwaigstr. 5 te DE-94527 ALHOLMING.
Prijs voor de eerste deelopdracht (Bidbook1): 39.000 euro, dat is 47.190 euro met btw.
De kostprijs voor de opdracht omvat onder andere (niet-limitatief): het ereloon, het transport en de administratieve kosten – gemiddeld 1 dag/maand aanwezig in Kortrijk, kosten verbonden aan een eventuele onderaanneming. (Het aantal dagen dat het consortium zal besteden aan de opdracht is opgegeven maar weten we niet.)

P.S.
Bij het verkozen studiebureau hoort de befaamde prof. dramaturgie Hanns-Dietrich Schmidt uit Essen. Bekend in theater- en filmmiddens. Is sinds 2011 ‘toevallig’ ook consultant voor steden die mededingen om ‘European Capital of Culture” (ECOC) te worden…
Onze Tom heeft dus wel het gezelschap van een uitmuntende kenner om zijn “event” te organiseren.

K-CH2030 (3): “projectleider- DURF2030” en de “dienstverlener projectleiding”

Voor wie genoeg heeft aan de luttele, povere informatie waarop de lokale pers ons vergast, is het eenvoudig en duidelijk: we hebben in de persoon van Tom Hillewaere sinds 16 januari officieel een geschikte projectleider om met stad Kortrijk in 2030 de titel van Europese Culturele Hoofstad te veroveren. En hiermee is de kous af. Op naar de zege !
Dat denken wij hier ook – dat Tom wel geschikt is – , maar de redactie van Kortrijkwatcher is evenwel bij heel het gebeuren een beetje de kluts kwijt. En naarmate de ploeg meer info kan verzamelen over de zaak – aan waarheidsvinding doet – komt die redactie er helemaal tureluurs van.

Even recapituleren dus.
– Het schepencollege van 14 november 2022 keurt een vacantverklaring goed voor de functie van een voltijdse “projectleider-DURF2030” (van het niveau A1a-A3a) met de bijgaande selectieprocedure. (Let op het ‘bijvoegsel’ en ons koppelteken : – DURF2030.)
– Het schepencollege van 12 december 2022 versoepelt de toelatingsvoorwaarde: één jaar relevante beroepservaring in professioneel cultuurbeleid is niet meer nodig. Ook de selectieprocedure verandert: er is nu sprake van een voorafgaandelijke én eliminerende “thuisopdracht” waarvoor men wel dient te slagen (met 60 punten op 100) om verder nog te kunnen deelnemen aan de mondelinge proef.
Tot op heden is er bij ons weten nog altijd geen “projectleider-DURF2030” aangeworven. En dat zou vlug gebeuren zei de cultuurschepen nog.
– Misschien komt er dat niet meer van, gezien het opduiken van Tom Hillewaere als “projectleider”?
Zie verder. Puur juridisch-administratief bekeken is hij namelijk een dienstverlener met “projectleiding” als opdracht. Enigszins vergelijkbaar met een opdrachthouder van het stadsbestuur, maar hij is wel geen ambtenaar (meer).

Ja, het is allemaal ingewikkeld. Enkel schepen Ronse (N-VA) van Cultuur kan hier nog duidelijkheid verschaffen.
Maar wat was de taak alweer van die “projectleider-DURF2030”?
Voor het vervolg van de story (en meer speciaal om dan kennis te nemen van de taakbedeling voor Tom Hillewaere) dient men dit gegeven wel even in het acht te nemen.
1. In opvolging van Katrien Voet (die op 30 september vorig jaar ontslag heeft genomen) en zeker tot in 2024 de coördinatie verzorgen van de vele Durf-projecten. Daarbij de impact en het bereik meten van die gerealiseerde projecten voor het Bidbook CH2030. (Indien in 2025 bijv. zou blijken dat Kortrijk de kandidatuur niet kan verzilveren, dan toch nog verder werken aan projecten die beantwoorden aan de doelstellingen van de organisatie.)
2. Managen van de organisatie van het Durf-platform. Het financieel model beheren van het Durf-fonds, de fondsenverwerving.
3. Verdere uitbouw van een netwerk van actieve partners en burgers richting Kortrijk 2030. De gedragenheid van het project uitbreiden.
4. De exploitatie van Broelkaai 6 (BK6) ondersteunen als hoofdkwartier voor de kandidatuur K-CH2030.
5. Basisdoelstelling van de “bouwblok” DURF in de kandidatuur realiseren. Dat betekent o.a. ook het binnenbrengen van een Europese dimensie in de projecten. Vertalen van wat bereikt is in de concrete inhoud van het Bidbook.
6. Deel uitmaken van het kernteam K-CH2030.

En nu komt het ! Lees hier nu de beschrijving van een taak waarbij men bij het lezen ervan perplex kan staan of gek worden. Voornoemde “Projectleider-DURF2030” moet namelijk rapporteren en samenwerken met – verschiet nu niet – de “Projectleider Culturele Hoofdstad”. De ene projectleider moet rapporteren aan de andere.

Hoe komen we nu bij onze Tom Hillewaere terecht?
Curieus genoeg, parallel met de procedure om een zgn. “projectleider-Durf2030” aan te werven komt het Schepencollege op 7 november 2022 op de gedachte dat er om de titel te behalen van CH2030 nood is aan (we citeren) “een externe projectleiding die verschillende trajecten coördineert“. Verder: “de projectleider staat in voor de realisatie van de Kortrijkse kandidatuurstelling, zet hierbij in op een ambitieus, breed gedragen en onderscheidend Bidbook”.

Titel van het Collegebesluit: “Dienstenopdracht projectleiding- lastvoorwaarden en gunningswijze“.
Het gaat hier dus om vorm van openbare aanbesteding, hier gegund bij wijze van de vereenvoudigde onderhandelingsprocedure met voorafgaande bekendmaking.
Het bestek van de opdracht slaat eigenlijk uitsluitend op dat Bidbook.
– Fase 1: realisatie van het Bidbook in de periode 2022 (ja, vorig jaar!) tot 2024, dat is tot aan de jurering ervan door Europa. In 2024 dient de kandidaat van de opdracht ook een cultureel “event” te coördineren om het project kenbaar te maken van de Kortrijkse kandidatuur. In 2024 !
Raming van de kostprijs in deze fase 1: 160.000 euro = 193.600 euro incl. btw.
– Fase 2, wel te verstaan in geval van selectie van Kortrijk (periode 2024-2025): realisatie van het tweede Bidbook, organisatie van het Europese jurybezoek.
Raming van de kostprijs in deze fase 2: 50.000 euro = 60.500 euro incl. btw.
Totaal: 210.000 euro = 254.100 euro incl. btw.

De gunningscriteria?
– De prijs: 30 punten.
– Visie en aanpak: 30 punten.
– Inhoudelijke kennis, expertise en ervaring: 40 punten (Bemerk: niet geconcretiseerd.)
Duur van de opdracht: 36 maanden.

En nu komt er weer iets heel gek op het toneel.
De jury ! Die bestaat niet enkel uit onze cultuurbeleidscoördinatoren, maar ook uit…”DE INHOUDELIJKE PROJECTLEIDER”. Wie is dat nu weer?
Beste lezer, wordt u daar nu niet horendol van? Men zal een projectleider laten kiezen door nog een projectleider. Hoeveel zijn er nu al in stelling gebracht? Drie toch? Noteer hierbij ook terloops dat er hier geen sprake is van externe juryleden. (Voor de keuze van de projectleider-Durf2030 zijn het er drie.)
De aankondiging van de opdracht is gebeurd op 9 november, enkel op nationaal niveau. En de offertes moesten ten laatste binnen op 29 november. De winnaar van de opdracht bij zo’n openbare aanbesteding is per definitie de meest gunstige inschrijver, die met de laagste prijsofferte .
Het is Tom Hillewaere geworden.
Het verslag van het nazicht van de offertes door de Directie Vrije Tijd (met de inhoudelijk projectleider) dateert van 14 december 2022 en het Schepencollege kon de opdracht gunnen op 8 januari 2023.
Cultuurschepen Ronse deed intussen al publiekelijk kond (op de website N-VA) dat “het idee om Tom te strikken” al kort na de opvoering van de Musical 1302 (dus nazomer vorig jaar) bij hem “begon te rijpen“.
Over de beste prijs-kwaliteitsverhouding moest de jury (met die mysterieuze inhoudelijke projectleider) waarschijnlijk niet al te lang delibereren want de ‘firma Tom’ was de enige inschrijver. (We zeggen ‘firma’ want er komt een Commanditaire Vennootschap genaamd Hillewaere Tom.)

P.S.
In onze volgende editie moet deze alternatieve stadskrant opnieuw een wonderlijk feit ter herinnering brengen.
Er is door het College op 24 oktober 2022 al een studiebureau aangeduid om aan “projectbegeleiding” voor het Bidbook te doen. Dat doet het “Consortium P3 Power of 3 Consultancy” uit DE-94527 Aholming. Nagerekend totaal offertebedrag: 74.000 euro of 89.540 euro met btw, voor de twee fasen of deelopdrachten.
Met onze kandidatuur CH2030 kan het niet meer mislopen.














K-CH2030 (2): de projectleider DURF2030

We kennen twee publicaties waarbij gezocht werd naar een “projectleider DURF2030 (A1a-A3a)”, en die dateren online van 18 november 2022.
In de korte advertentie (vacaturebank – Public) verwacht men dat de kandidaat ondernemend is, open staat voor andere meningen, open communiceert en een echte teamleider is. In de lange versie (10 blz.) die we kennen (“infobundel”) van stad Kortrijk duidt men heel in het lang en het breed concreet aan welke competenties men bij de kandidaten zal gaan meten. Het zijn er acht, te weten: klantgerichtheid, samenwerken, resultaatgericht, wendbaarheid, overtuigingkracht, plannen en organiseren, communiceren, analyseren. Volgt een hele uitleg over wat DURF2030 juist is en wat de taken van de projectleider omvatten. En tot slot komt er nog een uitgebreide bijlage over de drie ‘bouwblokken’ die moeten leiden tot Kortrijk als Europese culturele hoofdstad. (Kandidaten die indertijd deze bijlage niet hebben gelezen of kenden mochten het vergeten…)

We hebben waarlijk geen enkele reden om te betwijfelen dat Tom Hillewaere, intussen uitgeroepen als projectleider, niet zou beantwoorden aan die kwaliteiten. Voor ons part bewijst alléén al de wijze waarop hij vorige zomer de “SpektakelMusical 1302” aan de Leieboorden heeft georganiseerd (en er dan nog zelf een hoofdrol in vertolkte) dat hij geschikt is voor de functie. Laat dit gezegd zijn ! Axel Ronse, de schepen va Cultuur (N-VA), zei het op 16 januari ll. trouwens zelf bij de voorstelling van de gekozen “projectleider”: “Ik kan me geen betere trekker inbeelden. Met Tom hebben we meteen onze eerste keus beet.”

Niettemin is het de journalistieke-deontologische plicht van deze alternatieve elektronische stadskrant om nader in te gaan op de nogal ingewikkelde context van deze aanwerving.
In bovenstaande uitlating van de schepen bijv. zijn al twee termen van belang: hij heeft het over een “trekker” en de “eerste keus”. Om dat allemaal te begrijpen moeten we overgaan tot een beetje lang verhaal, misschien wel in meerdere delen.

In feite hadden we al zeker van in 2020 een soort van “trekker” ter beschikking, namelijk Katrien Voet, de “projectleider” van DURF2030. (Andere benamingen waren: gangmaker, coördinator.)
Dat niet-alledaags platform of netwerk heeft (had) juist tot doel om stad én regio warm te maken voor het streven om K-CH2030 te realiseren door het opzetten van artistieke projecten. (Die projecten worden georganiseerd alsof we eigenlijk al culturele hoofdstad zijn. Tot op heden hebben daar zowat 250 vooral jongeren aan meegewerkt. Bijna geen Kortrijkzaan weet daarvan.)
De stadsadministratie beschouwt die ‘community’ en ‘experimenteerruimte” (gevestigd in Broelkaai 6) als een “eerste bouwblok” om tegen eind 2024 bij Europa een zgn. Bidbook in te dienen waarin aangetoond wordt dat Kortrijk de titel van Europese culturele hoofdstad wel degelijk in hoge mate verdient.
Probleem is dat Katrien Voet op 30 september vorig jaar abrupt ontslag heeft genomen als gangmaker/projectleider/coördinator van DURF2030.
Er is hierover toen al bericht in deze krant. De reden of oorzaak van dit vertrek is vaag gebleven, maar het lijkt erop dat het ergens niet “klikte”. In “De Krant van West-Vlaanderen” (21 oktober 2022) was er sprake van dat Katrien “moeilijk kon matchen met de politieke context”. In dit verband is het wellicht de moeite waard dat er in augustus 2020 al gezocht werd naar een externe kandidaat of team om aan projectbegeleiding te doen voor dat stilaan beruchte bidbook. (Waarover later meer.) Heeft Voet dat misschien als een affront ervaren? Werd zij er te weinig bij betrokken? We weten het niet.
Schepen Ronse vond het wel allemaal niet zo erg. (Had hij toen al iemand op het oog?) Het ontslag van Katrien zou in elk geval de gang van zaken bij de kandidatuurstelling CH2030 niet verstoren en de schepen zou binnen de kortste keren zorgen voor een opvolging.

Het duurde evenwel nog tot 14 november 2022 (dus anderhalve maand na het ontslag van Katrien) eer het schepencollege ertoe kwam om een vacantverklaring met bijgaande selectieprocedure goed te keuren voor een voltijdse betrekking als “projectleider DURF2030 (A1a-A3a)”.
Inzake de toelatingsvoorwaarden kon men (dat is gewoon juridische traditie) kiezen tussen ofwel personeelsmobiliteit, bevordering (zowel intern als extern) of werving. Wat de selectievoorwaarden betreft werd gedacht aan de 8 competenties waarover we het al hadden. En inzake de procedure om een keuze te maken tussen de kandidaten gaf het Collegebesluit van 14 november aan dat een jury van 7 leden (waarvan 3 externen, allen met naam en toenaam genoemd) zou werken in drie fasen: 1) screening de de CV’s of een capaciteitstest, 2) een spoedinterview indien er meer dan zeven kandidaten zouden opdagen, 3) een gecombineerde proef waarvoor men 60 punten op 100 moest behalen.
Over die proef moeten we iets zeggen, als u zich eventjes het ontslag van Katrien Voet herinnert.
De jury zou niet enkel een voorgelegde werkgerelateerde ‘case’ beoordelen maar in een gesprek ook nagaan of er “een match te bespeuren viel tussen de job, de organisatie en de kandidaat”.
Het Collegebesluit gaf geen enkele aanduiding over de wijze waarop de kandidaat zou gevonden worden, noch over een datum waarop de kandidaturen ten laatste moesten ingediend.
Het is werving geworden en bij de publicatie van de vacature online op 18 november vonden we (brute pech van onzentwege!) geen limietdatum voor het indienen van de kandidaturen. De gecombineerde proef zou (onder voorbehoud) doorgaan op 20 december, dat weten we.
Van immens belang nog in het hele verhaal is dat bij die werving van een externe kandidaat één toelatingsvoorwaarde cruciaal van tel was: de kandidaat moest minstens 1 jaar relevante beroepservaring hebben binnen professioneel cultuurbeleid.

We schrijven 12 december 2022. Incident !
De procedure voor de aanwerving van een projectleider DURF2030 is nog helemaal niet afgelopen, terwijl het College jammer genoeg bij hoogdringendheid moet vaststellen dat men met de vroeger aangegeven toelatingsvoorwaarden “slechts een heel beperkt aantal kandidaten kan toelaten“. (Het College van die dag geeft intussen niet in het minst aan hoeveel kandidaten er misschien toch wel zijn opgedaagd. Dat is niet normaal.)
Besluit: men schrapt de bestaande toelatingsvoorwaarde waarbij was geëist dat kandidaten één jaar relevante beroepservaring binnen professioneel cultuurbeleid moesten kunnen aantonen. Maar – jawel hoor – “enige ervaring” blijft uiteraard een groot pluspunt.
Met het schrappen van die ene toelatingsvoorwaarde verwacht het College een groter aantal toegelaten kandidaten. Daarom ook wenst het College om tevens de selectieprocedure ietwat te wijzigen.
Vroeger speelde de aanwerving zich af in drie fasen: een screening van de CV’s of een capaciteitstest, een spoedinterview, en tenslotte een gecombineerde proef (met het voorleggen van en ‘case’ voor een zevenkoppige jury).
Nu zal de selectieprocedure zich afspelen in vier delen.
De screening en het speedinterview (indien er nu meer dan 12 i.p.v. 7 kandidaten zijn) blijven.
Maar er komt nu een eliminerende en anonieme thuisopdracht (deel 3), alvorens over te gaan tot en beslissende mondelinge proef deel 4). Voor die beide laatste delen moet men minstens 60 punten behalen.
Belangwekkend is hier weer dat er zal getoetst worden of er een potentiële match is tussen de job, de organisatie en de kandidaat. De kandidaat wordt zelfs voorgesteld aan “de organisatie”.
En juridisch bekeken is van nog groter belang of kandidaten voor de post (bestaande en mogelijk potentieel andere) wel openlijk zijn ingelicht over die nieuwe toelatingsvoorwaarde én de nieuwe selectieprocedure. Wij hebben in elk geval nog altijd geen nieuwe publicatie van de vacature gevonden. En dat is juridisch bekeken nu eenmaal niet koosjer.

En nu kijkt de aandachtige lezer van deze lange story hoogstwaarschijnlijk uit naar het verdere verloop van de zaak. Wel, alleszins gaat dit gepaard met een zeer wonderlijke wending. Van een projectleider met het bijvoegsel DURF2030 is vooralsnog geen teken van leven meer.
Er is op 7 november 2022 wel een “dienstenopdracht projectleiding” voor K-CH2030 uitgeschreven en die is op 9 januari van dit jaar gegund aan de toen nog niet helemaal opgerichte commanditaire vennootschap Hillewaere Tom, Sint-Rochuslaan 56 te 8500 Kortrijk. Er was maar één offerte.
Tom is dientengevolge op 16 januari met enige trom en hoog op de Budatoren uitgeroepen tot projectleider van K-CH2030. Zitten we hier met een louter terminologische kwestie?
En wat met het Duitse studiebureau dat het Bidbook zou opmaken, althans “begeleiden”?
We komen gek…

(Wordt vervolgd.)
















Het dossier Kortrijk Culturele Hoofdstad (K-CH2030) voor geopend verklaard (1)

Eigenlijk zonder dat men daar in de campagne voor de gemeenteraadsverkiezing van 2018 enig rumoer over maakte (het N-VA-programma – met niet minder dan 151 voorstellen – repte er zelfs niet over) was één van de grote ambities van het bestuursakkoord (“Kortrijk- Beste stad van Vlaanderen“) van de tripartite voor de lopende bestuursperiode dat Kortrijk in 2030 een culturele hoofdstad van Europa zou worden. Onder hoofdstuk 6 getiteld “Een stad van Topsport en Topcultuur” kunt u op pag. 44 lezen dat de bouw van een nieuw museum, de opmaak van een masterplan voor de vernieuwing van de schouwburg, een nieuwe bibliotheek op de Buda-tip slechts één doel voor ogen heeft: (een) culturele hoofdstad van Europa worden.

Tot op heden ligt de bevolking daar absoluut niet van wakker.
Een mogelijk draagvlak moet nog van nul worden opgebouwd. En onze plaatselijke gazetten volgen het dossier (concreet al opgestart in 2020) totaal niet op de voet, – evenwel: tot en heel plotseling toch op maandag 16 januari laatstleden. Toen werd namelijk in de persoon van Tom Hillewaere (helemaal boven op de Budatoren) de zgn. “projectleider” voor de kandidatuurstelling K-CH-2030 aan de bevolking voorgesteld.
En wat volg is ook nergens verteld:
Hillewaere volgt – me dunkt – in feite Katrien Voet op, die op 30 september zonder veel overleg met cultuurschepen Axel Ronse (N-VA) ontslag nam als adjunct-directeur Vrije Tijd bij het Team Cultureel Centrum, subsidiair gangmaker/coördinator van DURF2030, de organisatie (het platform) die onze kandidatuur om CH2030 te worden moet waar maken.
Over dat toch zéér vermeldenswaardig ontslag en de reden ervan zwegen onze scribenten van de dagbladpers totaal. Enkel het weekblad “De Krant van West-Vlaanderen” wijdde er een stukje aan, maar zwijgt voor de rest intussen zedig en in alle talen over het verloop van onze kandidatuur bij Europa.
Uw alternatieve elektronische stadskrant “kortrijkwatcher” doet natuurlijk wel een duit in het zakje.
Er zijn hier heus al meerdere stukken over de zaak K-CH2030 gepubliceerd. (Allemaal terug te vinden met de zoekmachien. Gebruik gewoon een passend trefwoord.)
En voor berichtgeving over het project waren (en zijn) er al vele gelegenheden geweest: de oprichting van DURF2030 en het DURFFONDS, de gunning van de projectbegeleiding voor het opstellen van het Bidbook (dat is de offerte waarmee we onze kandidatuur indienen en verdedigen), de financiering, het ontslag van de projectleider van DURF2030 en de nieuwe vacantverklaring.
Over dat laatste moeten we het zeker nog hebben want dat gebeuren heeft toch wel wat voeten in de aarde gehad en is voor bepaalde facetten niet helemaal duidelijk. (Ook alweer iets waarover u niets, maar dan ook niets, kon vernemen in uw gazette, of kijkend naar ons regionaal audiovisueel medium.)

Onze gemeenteraadwatcher is dus van plan om in deze stadsblog op regelmatige en accurate wijze de aandacht te vestigen op het project K-CH2030. De zaak is politiek-cultureel-economisch te gewichtig. Speelt zich af over meerdere jaren, zal héél véél geld kosten, vereist een ongelooflijk grote bestuurskracht en participatief vermogen van de Kortrijkse bevolking, en is natuurlijk van groot cultureel gewicht voor onze stad én regio.
Tot kijk !
Titel van volgend stuk: K-CH2030 (2): de projectleider.




Nog ietwat over de subsidie van 500.000 euro voor de Budascoop (4)

Waarom is het van belang om te weten wie de eigenaar is van het pand?
Om te genieten van een investeringssubsidie uit het “Fonds voor Culturele Infrastructuur” moet de aanvrager in principe eigenaar zijn van het goed. Indien niet, dan is het absoluut nodig dat de gebruiker van het goed kan aantonen dat de “culturele infrastructuur” voor minstens twintig jaar een blijvende bovenlokale culturele functie zal hebben of behouden.
Nu is het zo dat Stad geen eigenaar is van de Budascoop. Zoals gezegd, in tegenstelling met wat er staat te lezen op de website van stad, en ook in tegenstelling van wat sommige gazetten suggereren. Er is in 2003 door stad met de familie Bert een erfpachtovereenkomst gesloten voor 36 jaar. Die loopt dus momenteel tot 2039 en dat is nu (in 2022) een te korte termijn om bij voornoemd Fonds een subsidie te verkrijgen.
Stad (de erfpachter) en het Kunstencentrum Buda (de exploitant van de cinema) hebben – nogal laat in het jaar 2022 – ontdekt dat men bijv. voor het vernieuwen van de compleet verouderde HVAC-installatie in de vijf (penta) zalen eventueel bij het Departement Cultuur, Jeugd en Media een subsidie kon bemachtigen. Maar daarvoor moest dus de looptijd van de erfpacht worden verlengd, laat ons zeggen tot 2042. En daarvoor had men dan een intentieverklaring nodig van de familie Bert. Dat zou dus gebeurd zijn. (Document niet gezien.) Stad zelf moest tegelijk zelf een intentieverklaring ondertekenen om de culturele functie van het gebouw voor nog 20 jaar te behouden. (Document niet gezien.)
Dat is allemaal beklonken in de gemeenteraad van 12 september 2022. Geen enkele tegenstem of onthouding.
Toen is ook enige financiële informatie bekend geraakt, uiteraard ongemerkt door ‘de pers van de dode bomen’.
Het projectbudget bedraagt 1.165.011 euro. Raming:
– luchtgroepen/regeling: 575.496 euro;
– waterpomp/verwarming/koeling-PV: 976.457 euro
Dat geeft 976.457 euro, maar enigszins aangepast 1,16 miljoen aangezien de raming al dateert van 2021.
Die subsidie van 500.000 euro is eigenlijk het procentueel maximum van de kosten die men van bevoegd minister Jan Jambon (N-VA) kan krijgen voor dit soort energiebesparende werken.
Schepen Ronse haalde onmiddellijk de pers door te vertellen dat stad voor die werken al wel 665.000 euro had voorzien. (In het meerjarenplan is 765.345 euro als krediet ingeschreven voor “SIB gebouwen BK6“. Dat is stadhuistaal voor “Structureel InvesteringsBuget voor gebouwen, in dit geval Broelkaai 6, het hoofdkwartier van het Kunstencentrum Buda.)
Me dunkt mogen we ons gelukkig prijzen dat de subsidie door Jan Jambon (N-VA) nog “op de valreep” in 2022 is toegestaan. De termijn voor de aanvraag was toch al versterken? en, – o ja, er is nog iets wat we niet begrijpen.
In het besluit van de Vlaamse regering (gecoördineerde versie van 05.03.2021) betreffende “het verlenen van investeringssubsidies voor culturele infrastructuur met bovenlokaal belang” kunnen die subsidies enkel worden verleend voor o.a. (art.1,4°):
– cultureel patrimonium, musea, wetenschappelijk-culturele instellingen (punt 4)
– bibliotheken, discotheken en soortgelijke instellingen (punt 5).
Over bioscopen is nergens sprake, ook niet bij de ‘veel gestelde vragen’ (FAQ) omtrent dit besluit.
Misschien is men bij het bespreken van het Kortrijks dossier met schepen Axel Ronse (N-VA) tot de vaststelling gekomen dat cinema’s horen bij die “soortgelijke instellingen”. Goed gedaan zeg van onze schepen-parlementariër!
De familie Bert geeft ook wel ontegensprekelijk een gouden zaak gedaan.
We zijn jammerlijk genoeg niet meer in het bezit van de erfpachtovereenkomst met stad, – zo ook kennen we de mogelijke contractuele verplichtingen van de erfpachtgever versus de erfpachter spijtig genoeg niet, maar die grove en heel dure ‘herstellingen’ of ‘renovaties’ worden toch maar bekostigd door stad. (Er is trouwens nog sprake van een “masterplan” voor geheel het pand.)
Ooh, wat zou dat toch mooi zijn als de Bertjes aan het eind van de looptijd van de erfpacht (het teniet gaan ervan) zouden zeggen:
“Stad Kortrijk, ge krijgt heel de Pentascoop van ons cadeau, geheel gratis.”


P.S. (1)
Voor wie het zou interesseren: het ondernemersnummer van KC Buda is 0869749312.
P.S. (2)
Hoeveel zou de familie Bert al “verdiend” hebben met hun Pentascoop in erfpacht te geven?
Een of ander raadslid zou dat een keer kunnen opvragen: de canon per jaar (sinds 2003, basisprijs was 83.000 per jaar, te indexeren), de eerste verbouwingen van een paar zalen (3 miljoen?), de huidige werken inzake HVAC (1,2 miljoen?), onderhoud, opknapbeurten (X euro) het toekomstige masterplan (X miljoen), en nog zowat…?

Actualiteitsbericht over de 500.000 euro subsidie aan de Budascoop (2)

We komen een beetje laat met dit “actualiteitsbericht” op de proppen, maar zoals gezegd moest er wat nodeloos opzoekingswerk aan te pas komen. Nodeloos omdat betrokken personen (die het kunnen weten) nu eenmaal niet wensen te antwoorden op vragen van de redactie van onze alternatieve stadskrant. Soit. Het zij zo. Het is wat het is.

Op 9 januari ll. publiceerde de officiële website van stad “goed nieuws voor Stad en het Kunstencentrum Buda”. “De Minister-President Jan Jambon keurde op de valreep van 2022 nog 500.000 euro investeringssubsidie toe uit het Fonds voor Culturele Infrastructuur.” Zodoende kan men de HVAC-installatie (heating, ventilation, airconditioning) van de Budascoop vervangen. En in één keer nog wel.
Dit bericht vonden (en vinden) we heuglijk, maar bij onze gediplomeerde gemeenteraadwatcher rezen er uit beroepsmisvorming al onmiddellijk enkele vragen op.
Het is namelijk geen echte, volgehouden traditie dat de website van stad ook maar een kik geeft, telkenmale wanneer er subsidies verleend worden aan een of andere Kortrijkse organisatie. En nog minder dat er uitdrukkelijk wordt aangestipt van welke minister (partij) of departement die schenking aan een instantie te beurt viel. (Wie weet er bijvoorbeeld dat een jeugdorganisatie (“atelier”) als “Bolwerk” uit datzelfde Fonds van de Minister-President, tevens bevoegd voor Cultuur, Jan Jambon – bij progressieven gekend als zijnde een cultuurbarbaar -een gigantische som geld heeft gekregen? Zijnde 250.000 euro.)

Ook de gazetten en WTV maakten meer dan naar gewoonte uitdrukkelijk kond van het gebeuren. En schepen van cultuur Axel Ronse (N-VA) kwam daarbij telkens aan het woord. Bon. Dit was dus al duidelijk: hier was een publiciteitscampagne van de N-VA aan de gang. Marketing.

Maar laat ons toch maar wat meer inhoudelijke commentaar (info, duiding) geven bij die subsidiëring.
Heel de zaak is eigenlijk al ter sprake gekomen in de gemeenteraad van 12 september van vorig jaar, maar dat is de gazetten weer eventjes geheel ontgaan.

En nu wordt de context van de toekenning van de investeringssubsidie een beetje duidelijker, maar ook wat complexer. En nu kunnen we wat beter verstaan waarom er in ieder bericht over de zaak gewag gemaakt wordt van het feit dat een en ander “op de valreep” is gebeurd.
Uit de gazetten valt het niet duidelijk op te maken, maar de Budascoop is géén eigendom van Stad !
De bioscoop (vroeger “Pentascoop”) is nog altijd eigendom van de familie Bert. Van de Bertjes.
En val nu niet omver, beste lezer-Kortrijkzaan. Zelfs op de officiële website van Stad is te lezen dat de Budascoop stadseigendom is. Vul maar eens de term ‘Budascoop’ in op de zoekmachien van de webstek. Dan krijgt u waarlijk dit te lezen (onder ‘extra informatie’): “De stad kocht het gebouw en verbouwde twee grote filmzalen tot theaterzalen.”
Onvoorstelbaar, onthutsend is dat zo’n kemel nog altijd te boek staat op een officieel medium van Stad…
Ja, vader Bert (Albert dus) wou die Pentascoop wel een keer verkopen, voor 2 miljoen euro. Maar stad bood slechts 1,6 miljoen. De verkoop is dus niet doorgegaan en er is als alternatief een erfpachtovereenkomst gesloten. De duur ervan is bepaald op 36 jaar en begon te lopen in september 2003. Prijs van de pacht? Per jaar en om de drie jaar geïndexeerd: 83.000 euro. Hoeveel die pacht nu bedraagt weten we niet (in 2007 ging het alreeds om 89.000 euro) want de baas van heel het Kunstencentrum, Kristof Jonckheere, wil dat niet vertellen aan kortrijkwatcher.
Momenteel loopt de erfpacht dus tot 2039. (Hoeveel zouden we tot op heden al betaald hebben voor het gebruik van het gebouw? En hoeveel zal de erfpacht ons gekost hebben aan het eind van de periode 2003-2039? En vergelijk die som dan met de de prijs die vader Bert ooit wou bedingen.)
Goed.
Maar intussen heeft de familie Bert al vorig jaar een intentieverklaring opgemaakt om de erfpacht te verlengen. De tekst ervan niet gezien. (De gemeenteraadsleden wel?)
Maar wat heeft dat nu allemaal te maken met die onlangs uitgekeerde subsidie van 500.000 euro?
Zie volgende editie.






Actualiteitsbericht over de subsidie van 500.000 euro aan de Budascoop

Komt nog hoor.
Kortrijkwatcher wacht nu nog heel even tot 12 uur morgenmiddag 17 januari op een antwoord op twee eenvoudige vragen die ik al enkele dagen geleden stelde aan de grote baas van het Kunstencentrum Buda, exploitant van de bioscoop.
Zal dan de info geven die gekend is op de redactie van deze alternatieve stadskrant met de hoop geen fouten te maken, en een bevestiging van het weinige dat we weten als achtergrond van dit toch wel heuglijke feit.

Een actualiteitsbericht nu: over de indexatie van de belasting op “masten en pylonen”

In maart vorig jaar werd – zoals in vele gemeenten en steden – een belasting op masten en pylonen ingevoerd. Zo ook in Kortrijk.
De meerderheid (22 ervan aanwezig) stemde toen natuurlijk voor, terwijl de CD&V plus het VB tegen was (10 stemmen). Zoals traditioneel tegen alle gemeentebelastingen. Groen (3 stemmen) daarentegen onthield zich.
Die belasting werd ingevoerd omdat men de aanwezigheid van die tuigen (minstens 15 meter hoog) landschapverstorend vond en ook visueel vervuilend.
Nog vorig jaar op 14 november is men het tarief van diezelfde belasting (net als van een aantal andere belastingen) gaan verhogen door de indexering ervan. Hier viel alleszins nog duidelijker op dat men daarmee louter en alleen de stadskas wou opfleuren. Het tarief zou voor 2023 daarmee verhogen van 2.750 euro per mast of pyloon (en per jaar) naar 2.875 euro. In die gemeenteraad van november stemden 22 leden van de meerderheid voor, maar ONTHIELD de oppositie zich opmerkelijk genoeg met 12 stemmen. Dat wil zeggen: het Vlaams Belang, Groen, – maar merkwaardig toch ook de CD&V waren voor noch tegen…

In de eerstkomende gemeenteraad van volgende maandag zal men die indexatie weer afschaffen (de belasting blijft vooralsnog). De CD&V- fractie steekt die beslissing tot afschaffing van de indexatie nu als een pluim op haar hoed. Zegt dat zij altijd tegen die belasting is geweest omdat die immers toch wordt afgewenteld, doorgerekend in de elektriciteitsfactuur.
Nou. Dat is juist. Maar dit ook:
Vlaams minister van Binnenlands Bestuur Somers liet begin december weten dat het geïndexeerde tarief niet compatibel is als men tegelijk wil intekenen op het zgn. (Vlaams) Lokaal Energie- en Klimaatpact 2.0. Dat politiek akkoord (LEKP 2.0) met steden en gemeenten (een tweede versie, daterend van 8 juli 2022) voorziet zes nieuwe doelstellingen. En daaronder de verplichting dat de ondertekende steden en gemeenten geen nieuwe belasting invoeren op een lokale heffing op “masten en sleuven” van Elia. En meer nog: de bestaande heffingen moeten stopgezet tegen 1 januari 2026 ! Ja, de reden hiervoor is dat de belasting wordt doorgerekend, terwijl de Vlaamse regering die elektriciteitsfactuur net wil verlagen met het oog op een doorbraak van waterpompen en elektrische wagens.

Het staat (ook) alweer niet in de gazetten, maar die belasting in Kortrijk brengt zéér veel op.
Ziehier het kohier van 12/09/2022:
– Elia Transmission Belgium NV met 69 pylonen = 189.750 euro.
– Orange Belgium NV met 20 pylonen = 55.000 euro.
– Proximus NV (voorzitter: Stefaan De Clerck) met 5 masten en 7 pylonen = 33.000 euro.
– Telenet Group NV met10 masten/pylonen = 27.500 euro.
Het nadeel van het niet indexeren van die nochtans hoge belastingontvangsten (305.250 euro) wordt gecompenseerd door de trekkingsrechten die stad kan incasseren bij de ondertekening van LEKP 2.0. (Het verschil met of zonder indexering bedraagt per jaar slechts 13.875 euro…)
We hebben het even voor u opgezocht.
Als er 300 gemeenten zouden intekenen op LEKP 2.0 krijgt stad een subsidie van 106.044 euro. Dat is een indicatie. Want er zullen zich wellicht maar 2/3 gemeenten tot LEKP 2.0 bekeren. Het wordt dus méér…

Zo, nu weet u ook alweer wat meer, over de actualiteit.

P.S.
– Eigenaardig toch dat LEK 2.0 de term “pylonen en masten” niet gebruikt. Het ook over sleuven heeft. Komen er dan geen pylonen meer? (Het verschil: een pyloon staat op de grond. Een mast op een andere constructie.)
– LEK 1.0 voorziet in 24,87 miljoen euro trekkingsrechten voor de gemeenten.
– LEK 2.0 in nog 8,75 miljoen euro, te verdelen over de gemeenten die intekenen op de vernieuwingen.
De gemeenten krijgen een aandeel berekend op het aantal inwoners en de criteria van het Gemeentefonds. Stad + OCMW Kortrijk had volgens de criteria van het jaar 2021 recht op 81.239 aandelen.