Category Archives: mobiliteit

Het nieuwe fiets- en voetgangersbrugje achter de Broeltoren is heus nog niet voor morgen…

Iedereen kent dat houten brugje over de oude Leie,  achter de Broeltorens. Een door wandelaars en fietsers veel gebruikte verbinding tussen de  Damkaai (net waar gewezen burgemeester Stefaan De Clerck woont) en het Guido Gezellepad , inclusief  de Kleine Leiestraat.
Maar weinigen kennen de naam. Het is de Kalkovenbrug. Moet nu zowat een halve eeuw oud zijn, –  en we hebben er al veel miserie mee gehad.
Maar ook grootse plannen!
Er is op een bepaald moment niet enkel sprake geweest van een verplaatsing naar de Broeltorens toe, maar ook van een ophaalbrug. (Was dat niet de ambitie van N-VA-schepen van Toerisme,  Rudolphe Scherpereel, ergens rond 2015?)

Dat weten we wel nog: in 2018 zou men niet enkel de locatie wijzigen maar (tegen 2020 !) een heel nieuwe brug bouwen, in samenwerking met De Vlaamse Waterweg (DVW).
En hoe weten we dat nog?
– Omdat Vlaams parlementariër Bert Maertens (uit Izegem!) daar al op 12 maart 2018 een vraag heeft over gesteld.
Toenmalig minister van Mobiliteit Ben Weyts was kort in zijn antwoord.  De Kalkovenbrug is gebouwd door stad Kortrijk en kreeg op 25 maart 1982 van de voorganger van De Vlaamse Waterweg een vergunning afgeleverd. Eventuele werken aan deze brug gebeuren in opdracht van en ten laste van de stad Kortrijk. Punt.
– Naar aanleiding van de huidige erbarmelijke staat van de brug stelde alweer de Izegemnaar Bert Maertens  (dus géén Kortrijks parlementariër!) op 14 maart van dit jaar ongeveer dezelfde vragen.  Wordt DVW betrokken bij de plannen?  En wat zou de geraamde kostprijs kunnen zijn om de brug (en het jaagpad) te vernieuwen?
Antwoord nu van minister Annick De Ridder. De Kalkovenbrug is gebouwd door de stad Kortrijk en is ook in het beheer van de stad. Eventuele herbouw valt bijgevolg onder de bevoegdheid van de stad. En het jaagpad is voor een gedeelte in beheer van stad, middels een vergunning inname openbaar domein.

Het is duidelijk. Ons Stadsbestuur moet niet azen op een financiële of andere bijdrage van het Vlaams Gewest.
Heeft men dat gehoopt?
In elk geval is duidelijk dat de plannen met de Kalkovenbrug niet beantwoorden aan de leuze van schepen Maddens bij de aanpak van stadsprojecten: “VOORTDOEN ! ”
Dat brugje is nu al dicht sinds eind april. Het bestuur heeft het nodig geacht om door een extern bureau (Arcadis) te laten constateren dat het ding niet meer stabiel is aangezien er enkele steunpilaren in slechte staat zijn.
En pas onlangs is stad ertoe gekomen om 7 (zeven!) studiebureaus aan te schrijven het het oog op … Ja, waarop? Blijkbaar op het ontwerp van een nieuwe brug en op een locatie die beter aansluit op de Kleine Leiestraat.
De sloop van de bestaande brug is een andere opdracht, en over de aanleg van  een noodbrug is enkel losweg eventjes sprake, zonder enige offerte.
Zéér opvallend is nog dat er in het Collegebesluit geen enkel geraamd budget wordt vermeld.
En nog eigenaardiger is dat 1) de gunning van het ontwerp pas zal gebeuren in september, 2) de omgevingsvergunning pas moet ingediend in november.
Laat ons ervan uitgaan dat de nieuwe brug  er dit jaar niet meer komt, althans niet bij een strenge winter. (Vertel dat eens aan de Sinezen!)

VOORTDOEN !!

P.S.
Het is wel zo dat Kortrijks schepen Veys sinds begin april  de nieuwe  voorzitter is van DVW…

Nog één keer iets over die 36 miljoen investeringen…(4)

In HLN (30 mei) ontfutselt reporter Peter Lanssens bij onze gloednieuwe N-VA-schepen van Mobiliteit Trui Steenhoudt de mededeling dat zij in de komende zes jaar 36 miljoen zal investeren in “straten en pleinen”.  Zij gaat er part op dat het – in vergelijking met de vorige bestuursperiode – gaat om een verhoogde uitgave  van zowat 3 naar 6 miljoen per jaar. De lectuur van het interview  wekt bij  de gemiddelde lezer de indruk  dat de huidige Vivaldi-coalitie inzake straten en pleinen (en voetpaden) een historisch ongeziene inspanning zal verrichten.

Kortrijkwatcher begrijpt dat men in een  gazet als HLN  – én met een 0,00%-journalist als (lps) –  niet al te diep kan ingaan op de materie.
Onze alternatieve stadskrant wil daarom met uw goedvinden het bedrag van 36 miljoen wat nader situeren, relativeren en nuanceren.

Laat ons ter vergelijking even kijken wat in de vorige legislatuur de oorspronkelijke ambitie was van de toenmalige tripartite inzake investeringen voor “wegen“.
Het eerste meerjarenplan 2020-2025 (MJP) vermeldt in het actieplan 2.1.3,  genaamd “vernieuwen straten“,  een bedrag van 23.689.818 euro. Dus zeker geen 36 M…
(Even tussendoor opmerken dat, rekening houdend met de inflatie,  dit bedrag kan gecorrigeerd tot 27 miljoen.)

Probleem is dat er inzake wegenis in de lijst van investeringsprojecten nog een rist andere begrotingsposten zijn opgesomd die ook te maken hebben met ‘straten en pleinen’.
We gaan die nu niet allemaal opsommen.  Maar weet dat het soms gaat om waarlijk grote bedragen: heraanleg straten in het historisch centrum (bijna 2 miljoen!), Doorniksesteenweg (6 miljoen!), Driekerkenstraat (4,5 miljoen!). Enzovoort. Er is toen ook al een plein vermeld: het voorplein aan het station (een half miljoen).

Kortom  – alle posten i.v.m. met wegenis samengeteld – had ook de vorige coalitie alreeds in 2019 de ambitie om minstens 36 miljoen te besteden aan ‘straten en pleinen’.

Wat nou gedaan om die ‘pretentieuze’ 36 miljoen van Trui Steenhoudt toch op een convenabele manier te beoordelen?
Er zit blijkbaar niets anders op dan in de opeenvolgende, aangepaste  meerjarenplannen (AMJP) hardnekkig te blijven stilstaan bij de bedragen van dat ene actieplan 2.1.3.: “vernieuwen van straten”.
Het lijkt er immers op dat Trui haar vooropgestelde investering enkel op dat actieplan baseert.

Evolutie:
– AMJP1 2020-2025 opgemaakt eind 2020: raming 24,69 miljoen
– AMJP2 van 2021: 22,41 M
– AMJP3 van 2022: 21,76 M
Maar vanaf nu maken we een ware kwantumsprong mee (verkiezingen naderen):
– AMJP4 van december 2023: 31.300.990 euro.
– AMJP5 van november 2024: 32.083.210 euro.
Dat laatste bedrag is toch geen mijlenver verwijderd van het huidige streefdoel van 36 M ?? Alleszins niet als we er bijvoorbeeld toch de  actieplannen zouden bij betrekken zoals de investeringen in  “steenwegen”,  of de vernieuwingen van straten in het historisch centrum. Of de werken aan het Casino- en Conservatoriumplein. Maar we hadden nu eenmaal beloofd van dat niet te doen.

We gooien het over een andere boeg om die 36 miljoen correct te kaderen.
We gaan kijken naar de jaarrekeningen: de werkelijk, jaarlijks  gedane investeringen in dat ene actieplan 2.1.3 genaamd “vernieuwen straten”. Dus heel  puur, zonder rekening te houden met de miljoenen investeringen inzake  pleinen, de heraanleg historisch centrum, studie Meensesteenweg, heraanleg Doorniksesteenweg, straten opgedragen door VMM of volgend op Aquafin.

Dan moeten we schepen Steenhoudt bijna gelijk geven.
Gemiddeld is er namelijk voor die post 3,96 miljoen aangerekend in de periode 2020 tot en met 2024. Dus geen 3 maar bijna 4 miljoen. (Het jaar 2019 hebben we hier niet meegerekend, de post is onduidelijk, gesplitst in meerdere rubrieken aangegeven.)
MAAR !
Wat zien we?
Trui Steenhoudt zal – tot onze verrassing – met haar begrote zes miljoen per jaar uiteindelijk en op de keper beschouwd  het meer recente beleid van de vorige coalitie gewoon voortzetten.
Kijk maar.
– In 2023 beraamde men het (eind)budget op 5,5 miljoen en is er 5,215.591 euro besteed.
– In 2024 was het eindbudget zelfs geraamd op 6,12 miljoen en is er 6.021.655 euro besteed.
Dat meest recent gekende bedrag is dus net het bedrag wat Trui van plan is om jaarlijks te investeren: 6 miljoen.
Dat wilden we eindelijk maar even zeggen.

 

Of dat veel is of niet? 36 miljoen voor straten en voetpaden en pleinen…(3)

Woord vooraf
In het regionale katern van zijn gazet “Het Laatste Nieuws” stelt woelwater Peter Lanssens onder de titel “Oproep” om de haverklap  een vraag aan de lezers omtrent wat er in zijn ogen  (of in die van zijn vrouwelijke  kennissen) van belang is in het Kortrijkse gebeuren.  Daar antwoorden er dan een onbekend aantal lezer op, met zo nu en dan volstrekt onbenullige bedenksels, of reacties waaruit enkel onwetendheid blijkt.
Hij trekt dan met één of ander zo’n uitgelezen bemerking naar een lid van het schepencollege en niettegenstaande die  bewindslieden  – allemaal – die oproepen van generlei waarde achten, voelen zij zich genoodzaakt om erop te repliceren.  (Beste lezer, u acht het niet voor mogelijk hoe bang onze mandatarissen zijn van onze persmuskieten en hoe ze  – allemaal – proberen in hun gunst te komen, liefst nog met een foto er bovenop.)

En zo heeft de 0,00%-journalist Lanssens van HLN (30 mei) onze kersverse schepen van Mobiliteit Trui Steenhoudt (N-VA) aan de praat gekregen over haar budget. Met vooruitzichten die raadsleden nog niet mogen weten.
Trui zal deze bestuursperiode 36 miljoen uittrekken voor straten en voetpaden  en pleinen. De deelgemeenten (townships) zal men niet vergeten. Dat is – in haar versie – vergeleken met de vorige legislatuur per jaar zowat een verdubbeling: van gemiddeld 3 naar 6 miljoen.
Trui zal uitermate veel aandacht besteden aan kwaliteitsvolle voetpaden. Kortrijkwatcher heeft daar in deze alternatieve stadskrant zijn voldoening over uitgesproken. Met deze restrictie dat de schepen eventuele  werken aan voetpaden zal moeten kwalificeren  als “onderhoudswerken” want “de aanleg” of “het vernieuwen” van trottoirs is  wel degelijk onderhevig aan een verhaalbelasting met nog wat administratiekosten erbij.

In een vorige editie hebben we daarop gewezen en ook aangegeven
hoeveel die verhaalbelasting in de vorige bestuursperiode heeft opgeleverd.  Gemiddeld zeker 1,5 miljoen per jaar.
Jammer is dat de jaarrekeningen specifiek voor de werken in verband met voetpaden nooit aangeven welke kosten Stad ZELF heeft uitgegeven.

Nu willen we eindelijk eens overgaan tot een (beloofde) tweede bemerking  over hetgeen de schepen vertelt in HLN.
Hoe hoog is nu eigenlijk die som van 36 miljoen?
– We kunnen dit bedrag vergelijken met de ambities die de vorige coalitie voorzag als globaal budget voor “vernieuwen van straten” (actiepunt 2.1.3) in de opeenvolgende meerjarenplannen.
– En we kunnen ook in de jaarrekeningen nagaan  hoeveel er per jaar is gebudgetteerd en daadwerkelijk is uitgegeven.
Bijkomende moeilijkheid om een oordeel te vellen over de hoogte van het budget is dat er in de lijst van investeringsuitgaven ook sommen voorzien zijn buiten het actieplan over “straten”.
Als we die investeringen ook nog in acht nemen is de beoogde 36 miljoen au fond niet ZO duizelingwekkend.
En mogen we de inflatie in rekening brengen?

Nog wat werk op de plank…

 

36 miljoen voor straten, pleinen en voetpaden: veel of niet veel? (2)

Trui Steenhoudt (N-VA) is onze nieuwe schepen van mobiliteit.
Voor zover men dat nu reeds kan vaststellen lijkt het toch een no-nonsense-madam die weet van aanpakken. Wars van  flauwekul, zo lijkt het toch. In de gemeenteraad staat ze haar mannetje.
In ‘Het Laatste Nieuws’ van  30 mei laat zij zich wel verleiden tot enkele  nogal vlotte uitspraken die nadere toelichting of nuancering kunnen verdragen.  Dat zij zich (van opleiding ingenieur zijnde) zal inzetten op kerntaken en daarbij heel planmatig wil tewerk gaan, dat kunnen we enkel toejuichen. Tegen oktober wil zij uitpakken met een concreet plan over prioritair aan te pakken straten, in het bijzonder ook kwaliteitsvolle voetpaden.
Concreet zou het voor deze bestuursperiode van zes jaar gaan om  een globaal budget van 36 miljoen.

Maar dan laat zij zich door stokebrand Peter Lanssens  van HLN verleiden tot ietwat boude uitspraken over het verleden.
Trui wil een achterstand van zo’n twintigtal  jaar wegwerken.  Zij voorziet namelijk een gemiddelde stijging van de  investeringen (voor straten, voetpaden en pleinen) van 3 naar 6 miljoen per jaar. Vandaar dat totaal van 36 miljoen.
Hier past een eerste kritische aanmerking. (Maar dat is voor straks.)

Voorts wil zij blijkbaar dringend (maar niet holderdebolder) de toestand van de voetpaden onder handen nemen. Hierbij zal  een bepaalde score  de prioritaire plaatsen aangeven waar nu echt moet worden ingegrepen.
Hierbij past een tweede bemerking, die we nu maar meteen aangeven.

Schepen Trui Steenhoudt wekt hier (ongewild?)  de indruk als zou  de aanpak van  “voetpadbedekking”  (bestuursjargon) in geen geval  kosten zal meebrengen voor de Kortrijzaan.

Is Trui er dan als kersvers schepen  nog onkundig van dat hier een verhaalbelasting in voege is voor wat heet: “voetpadbedekking”?
Wat zegt het retributiereglement, of althans de commentaar erbij?
Twee, of – zo u wil – drie zaken:
–  De aanleg of het vernieuwen van een trottoir is steeds op kosten van de  eigenaar van het aangelande eigendom aan de openbare weg. (Kan in de praktijk de aanvrager zijn, de gebruiker.)
–  Onderhoudskosten komen evenwel niet ten laste van de boordeigenaar.
–  Bij herstel van schade  worden de kosten  – naargelang de situatie  –
teruggevorderd bij de betrokken partij.

Beste Trui,
U merkt de mogelijke dubbelzinnigheden die tot enig geredetwist over de drager van kosten zou kunnen  leiden. Waaruit zal uw aanpak van stadswege van een trottoir op deze of gene plaats bestaan? Gaat het om  de aanleg van een heel nieuw voetpad? Een vernieuwing?  Een onderhoud? Een herstel?
Zal u al uw ingrepen bestempelen als “onderhoud”?

Beste Trui,
Kortrijkwatcher heeft een keer nagegaan wat de verhaalbelasting voor trottoirs heeft opgebracht in de vorige bestuursperiode (de tripartite waar de N-VA van deel uitmaakte).
Ontvangsten :
2019:  1,43 miljoen.
2020:  1,36 M
2021:  1,47 M
2022:  1,29 M
2023:  1,41 M
De opbrengst in het voorbije jaar 2024 is wel merkwaardig.
Men begrootte de retributie-inkomsten op 1,53 miljoen en er is slechts voor 467.000 euro aangerekend.
Heeft dat verband met de verkiezingen? Burgers niet boos maken??
En dan maar de ingrepen beschouwen als ‘onderhoud’??

(Wordt vervolgd.)

Geactualiseerde raming totale kosten stationsproject: 178 miljoen

Volgens de laatste berichten bedragen de kosten van heel het project station en omgeving 177.714.530,58  euro. (Vroeger ca. 147 miljoen, geraamd.)
Let wel, dat is zonder BTW. We zullen dus wel de kaap van 200 miljoen bereiken.
Het aandeel voor Stad in dat geheel zou gaan om 26.085.928,88 euro.  Parko doet ook  zijn deel: 6.593.145,55 euro.

Dit ter info.
(Even nogmaals uitdrukkelijk stellen dat onze redactie dit project gunstig gezind is.)
Het project omvat niet enkel de bouw van een nieuw station en kantoren. Het gaat ook over de aanleg van twee busstations, twee fietsstallingen, stationspleinen (N en Z).

In de laatste gemeenteraad (20 januari, wel de eerste na de installatie van de nieuwe Raad) was  een onderdeel van  het stationsproject (nieuw bestek fietsenstalling) geagendeerd.
Er is geen oppositie meer, dat is al meteen duidelijk geworden.
Enkel een VB-raadslid (Vermeersch) nam de kans te baat om het nog even te hebben over de kosten. (Hoe zit het nu?)
Groen had niets te vertellen.
CD&V (nu behorend tot de meerderheid) ook niet. Was nochtans altijd tegen de afbraak van het bestaande station.

Gas5 kan veel geld opbrengen !

GAS5 is een nieuwe (de zoveelste soort) Gemeentelijke Administratieve Sanctie waarbij een gemeente nu een boete kan opleggen voor een beperkte snelheidsovertreding (20 km) in zones waar de snelheid is beperkt tot 30 of 50 km per uur. Dat kon theoretisch eigenlijk al van in het jaar 2021 maar in Kortrijk is die mogelijkheid pas goedgekeurd in een gemeenteraad van september 2023. De VB- en CDV-fracties stemden tegen.
(Wat weinigen nog weten is dat toenmalig federaal parlementslid Vincent Van Quickenborne al in 2016 een wetsvoorstel heeft ingediend om snelheidsovertredingen tot 20 km te integreren in de GAS-wetgeving. Hij wou hiermee de parketten ontlasten. Maar Quickie was vergeten dat het hier ging om een gewestelijke materie en de Raad van State riep hem tot de orde.)
Iedereen weet wel dat die nieuwe boete (waarbij dus niet meer wordt gepenaliseerd) oorspronkelijk in het leven is geroepen en bedoeld om lokale besturen een extra financiële hefboom te geven om bijvoorbeeld te zorgen voor een beter verkeersveiligheidsbeleid. Maar zeker onze eigenste VB-raadsleden zijn er wel degelijk van overtuigd dat de invoering van de nieuwe GAS-boete (wat een tautologie!) gewoon bestemd is om de gaten in de stadskas te vullen. Het VB vermoedt zelfs dat het Kortrijkse stadsbestuur op weg is om met de vaststellingen van dit soort snelheidsovertredingen jaarlijks twee miljoen euro (en geen 1 miljoen netto, zoals het bestuur zich voorstelt) bijeen te flitsen.
En om dit vermoeden kracht bij te zetten heeft VB-raadslid Carmen Ryheul navraag gedaan wat de toepassing van GAS5 al heeft opgebracht in het laatste kwartaal van vorig jaar.
Gisteren 3 april heeft voornoemd raadslid via een persbericht van ‘Digitale Regio Kortrijk’ het antwoord op haar schriftelijke vraag verspreid. Het is het 145ste (!) van de partij, maar het grote vermoeden bestaat dat het communiqué weerom geen enkele krant zal halen.
Daarom doen wij het maar een keer
, in deze alternatieve stadskrant.

Om het rendement van GAS5 op te drijven is de tripartite van plan om drie vaste flitspalen op te stellen (Erasmuslaan, Hoge Dreef, Rollegemsesteenweg) en om naast de bestaande trajectcontrole nog twee onbemande snelheidscamera’s in te zetten.
Een en ander is nog niet operationeel, maar dat weerhoudt het stadsbestuur er intussen niet van om aan de lopende band te flitsen met de voorhanden mobiele camera’s.
En wat is nu de uitslag van al dit flitswerk?

Bruto-opbrengsten per maand:
– oktober 2023: 115.792 euro;
– november 2023: 215.072 euro:
– december 2023: 188.692 euro.
Totaal bruto voor dit kwartaal: 519.557 euro.

Hierbij passen twee belangrijke nuanceringen. Er zijn aan heel het gedoe ook kosten verbonden, en eigenlijk weten we ook niet goed of iedereen wel effectief zal betalen.
1. Er zullen vorderingen finaal oninvorderbaar verklaard worden vanwege bijv. gegrond bevonden verweren, moeilijke inning van buitenlandse dossiers, insolvabele debiteuren. Als zéér voorlopige assumptie meent het stadsbestuur dat we in die hierboven drie aangegeven maanden naar een bedrag van 51.956 euro (10 %) zullen mogen fluiten.
Dit gegeven alleen al herleidt de ontvangsten netto naar 467.601 euro.
2. Er zijn natuurlijk ook loonkosten in het beschouwde trimester.
– het GAS-team (2 VTE): 23.234 euro.
– politie (vele honderden uren!): 38.470 euro.
– debiteurenbeheer (rappels, verwerkingen betalingen): 10.505 euro.
Gevolg: van de bruto-ontvangsten moeten we nogmaals 72.208 euro aftrekken.
3. De kosten van het systeem (de IT-kost).
– jaarlijkse vaste kost: 10.505 euro.
– jaarlijks variabele kost: 25.365 euro.
(Stad rekent hier nog wel de opstartkosten aan: 8.446 euro.)
Totaal IT voor het besproken kwartaal: 44.102 euro.

Met aftrek van nog wat kleine diverse kosten komen we voor het laatste kwartaal van 2023 aan een NETTO-RESULTAAT van GAS5 op 348.676 euro. In drie maanden.
Blijft wel dat er in het beschouwde trimester voor een som van 519.557 euro werd beboet.
In die zin kan men dus wel stellen dat bij eenzelfde tempo aan vaststellingen de stadskas in één jaar met twee miljoen wordt gespijsd.
En hoe meer zone 30’s, hoe meer potentiële inbreuken !












Wat krijgen we nu? Een masterplan parking Broeltorens-Dam

Wat krijgen we nu? Het schepencollege tovert nu plots een plan tevoorschijn dat dateert van 2011, terwijl zelfs Peter Lanssens van ‘Het Laatste Nieuws’ er niet over rept. Bewoners uit de omgeving weten dus ook van toeten noch blazen.

Het moet zijn dat er ergens promotoren zijn die het op de heupen krijgen en eindelijk uitsluitsel willen krijgen in bepaalde verkoopdossiers langs de Dam.
Bij één van die stedenbouwkundige handelingen is de omgevingsaanvraag van Ciril NV intussen zeer recent (4 maart) geweigerd, met name voor de bouw van 62 appartementen en 7 woningen op Dam 71. Het project kreeg een ongunstig advies, onder andere omdat het niet kadert in een “vastgesteld masterplan” voor de ruimtelijke omgeving van de site tussen de IJzerkaai en Damkaai.
Dat masterplan “parking Broeltorens & Dam” is eigenlijk pas goedgekeurd in het CBS van 4 maart jongstleden maar kadert in een zgn. “Ontwikkelingskader Leieboorden”, ooit in lang vervlogen tijden (2011) opgemaakt door Leiedal in samenwerking met HUB-architecten en als “bindend beleidsinstrument” goedgekeurd door de gemeenteraad van mei 2011.

Lezer, u bent dat waarschijnlijk ook vergeten.
Maar “de site Broelparking” is slechts één van de 12 sites die Leiedal in 2011 heeft opgenomen in zijn “visiedocument”. In die tijd was er geen aanleiding om met dat specifieke ontwikkelingskader iets te doen, maar – zo vindt Stad- op vandaag is deze omgeving in beweging en is het nodig “om bepaalde ambities te formuleren om het openbaar domein tussen de verlaagde Leieboorden en ‘Buda Beach’ op te waarderen door de groenstructuur en de fiets- en wandelverbindingen te versterken”.
Beste lezer, het nu goedgekeurde masterplan telt elf bladzijden en is geschreven in dat typische en bijwijlen onuitstaanbaar jargon van pas afgestudeerde masters in Ruimtelijke Ordening.
We pikken er verkort enkele zaken uit die u kunnen interesseren.

Site Dam 18
Voor de nostalgici onder ons en erfgoedfetisjisten citeren we al onmiddellijk wat gezegd wordt over “Site Dam 18”, dat bekende, lieflijke, charmante (dokters)huisje langs de platanen van de Dam. “De site van de solitaire villa en de aanpalende garageboxen komt in beweging.” Ja, zo drukt men uit dat het eigenlijk wordt gesloopt. Reden? “Het vormt een unieke opportuniteit om de dubbele beplantingsstructuur van de Dam te herstellen.” Er komen appartementen en kantoorfuncties (4 bouwlagen) met volledig ondergrondse parking.

Parking Broel
– Er komen “leesbare” en logische fiets- en wandelverbindingen verbindingen tussen de kant oude en echte Leie.
– Er komt een centrale groenruimte, de facto twee parkings.
– Het actueel parkeeraanbod bedraagt 284 plaatsen en kan verminderd worden met 40 plaatsen (bij ontwikkeling van de kant Dam) en met 34 plaatsen bij volledige ontwikkeling van de centrale groenzone.

Kalkovenbrug
Komt in lijn met de Kleine Leiestaat

Site Dam
P.S. Voor niet-Kortrijkzanen: “Dam” is een straat, een laan.
(Hier verwijst men nog naar een workshop uit 2017 van Leidal met Josi Farrando.)
– De rijweg tussen IJzerkaai en Damkaai wordt op de noordelijke kant geconcentreerd (kant parking Dam en ‘Grooten Broel”). Kan eventueel over enkelrichting in het kader van een ruimer mobiliteitsplan.
– De andere rijweg (kant Buda) krijgt de vorm van een woonerf.
– De ruimte tussen de bomenrijen kan omgevormd tot een lineair park met de sfeer van een woonerf.
– De Dam heeft op vandaag 123 parkeerplaatsen. Door het weghalen van de parking onder de platanen verdwijnen er ca. 73 plaatsen. In de nieuwe inrichting blijven er ca. 50 plaatsen beschikbaar (40 aan de kant van de rijweg). Zij kunnen een specifiek statuut krijgen als kortparkeren of bewonersparkeren.

Site Dam 71
Zoals gezegd is de huidige omgevingsaanvraag tot de bouw van appartementen en woningen geweigerd.
In het hier toegelichte masterplan benoemt men deze site als “bouwveld ‘- Westelijke Zone (Dam)” en somt men een hele rij criteria op.
Een vergelijking van deze voorwaarden met de motivering van de weigering van de omgevingsaanvraag valt buiten het bestek van ons verhaal.

P.S.
Nog even opgezocht.
Wat zouden de raadsleden hebben gezegd over dat “Ontwikkelingskader Leieboorden” (12 sites) in de gemeenteraad van mei 2011. NIETS !



Quote van de dag: “kanttekening”

We zijn nog altijd aan het dubben of we wel zullen verhalen over de laatsleden gemeenteraad van 4 december die een “koninginnedebat” moest worden, gewijd aan het nieuwe, aangepaste meerjarenplan 2020-2027. We zijn er nog altijd niet goed van. De inhoudelijke kwaliteit en het formele verloop van de gemeenteraad heeft namelijk een dieptepunt bereikt. En we hebben redenen om te betwijfelen of de raadsleden dat zelf beseffen.
Nu, intussen kunnen we het niet laten om te verwijzen naar de “quote van de dag”, ditmaal te vinden in ‘Het Laatste Nieuws” van vandaag 7 december op pag.23 en geuit door – wie anders – onze 0.00%-journalist Peter Lanssens.
Het Schepencollege pakt maar weer eens uit met een triomfantelijke aankondigingspolitiek. (Weer komisch om te zien hoe de schepenen Maddens en Weydts in de gazetten proberen om de eer naar zich toe te trekken.)
Het gaat erom dat de stad Kortrijk, én De Lijn én het Vlaams Agentschap Wegen en Verkeer (AWV) op sinterklaasdag een samenwerkingsovereenkomst hebben “bekrachtigd” om tegen 2029 nog wel te zorgen voor de sinds lang beloofde nieuwe, betere verbinding tussen het centrum en Hoog Kortrijk.
(De vorige generatie had het er al over.) Nu met dat – ook al lang geleden bedachte, unieke Hoogwaardig Openbaar Vervoer (HOV), nl. de elektrische trambus. Voorts is er nog sprake van een tweede stelplaats voor De Lijn, een P&R parking, een bredere brug over de E17, en natuurlijk een totale heraanleg (‘omvorming’) van de Doorniksewijk. Dat moet een Champs-Elysées worden! (We hebben altijd gedacht dat hiermee een andere straat was bedoeld: die tussen de Grote Markt en het Casinoplein.)
Bij wijze van inleiding schrijft reporter (lps) nog dat “alle neuzen nu in dezelfde richting staan en er ook een tijdspad” is uitgetekend.
En dan komt het. Volgende laconieke zin, letterlijk: “Kanttekening: er is nog geen budget.”

Ja zeg, KANTTEKENING !! Wie houdt men hier voor de gek?
We mogen dus veronderstellen dat De Lijn (net als AWW?) geen geld heeft, net zoals vroeger al is gemeld. Wie weet dat nog? In februari 2020 heeft De Lijn aan stad laten weten dat de studie X20/N50.73/ ‘on hold’ werd gezet. Er was nog nergens geld voor. (Het stadsaandeel bedroeg toen 650.000 euro!)

P.S.
We hebben ook een kanttekening. Gazetteschrijvers (en schepenen) moeten op hun woorden letten.
Wie aandachtig het bericht leest over de zaak op de website van Stad leest daar dat de samenwerkingsovereenkomst nog moet geconcretiseerd.


Naschrift
Gewoon uit een onoverkomelijke, ziekelijke nieuwsgierigheid hebben we een keer de jaarlijkse aangepaste Meerjarenplannen (MJP) doorploegd op zoek naar de begrote uitgaven voor het actieplan 2.4.6. Dat slaat op de post “heraanleg Doorniksewijk en Doorniksesteenweg i.f.v. trambus“.
Hierna dus de jaarlijks geraamde uitgaven van Stad voor dit project. De bedragen zoals voorzien in het oorspronkelijke MJP goedgekeurd eind 2019 tot en met de recente, vierde aangepaste (A)MJP. Dus achtereenvolgens krijgt u de begrote uitgaven voor de vijf meerjarenplannen van 2020 t/m 2025. Zie eens wat een absurde schommelingen er zich hebben voorgedaan.
– Oorspronkelijk MJP van 2020: over heel de periode tot 2025 nog géén uitgaven voorzien.
– Eerste AMJP: nul/80.000/10.000/24.694/24.594
– Tweede AMJP: 300.000/96.000/40.000/25.306
– Derde AMJP: 300.000/99.200/48.000/96.000/101.850
– Vierde AMJP: 3.200.000/24.800/88.060/90.045/90.045
– Vijfde AMJP: 2.200.000/nul/113.940/63.955/63.955

Dat waren geraamde bedragen.
Nu nog eens kijken wat men reëel heeft uitgegeven?
Voor de lopende bestuursperiode komen twee (gekende) rekeningen in aanmerking.
– In 2021 dachten we dus initieel om 80.000 euro uit te geven, maar dat vonden we aan het eind van het jaar teveel en begrootten we slechts 10.000 euro. Uiteindelijk gaven we toch 24.694 euro uit.
– 2022 dan. Initieel begroot: 40.000 euro. Dat werd herleid tot 25.306 euro. Werkelijk besteed: 20.656 euro.
We gaven dus voor dat project in twee jaar tijd 45.350 euro uit. Waaraan juist? Dat weten we niet.
De jaarrekening 2023 is nog niet gekend. Hiervoor is het wachten geblazen tot mei volgend jaar.







P.S.


Ietwat meer nieuws over de ondergrondse stationsparking

We bedoelen (hopen) dat u hierna wat meer nieuws zult kunnen lezen over de nieuwe parkeergarage dan wat u kon vernemen uit de gazetten. Dus ook wat meer dan het stadsbestuur (schepen Axel Weydts) wil prijsgeven aan de Kortrijks bevolking.
Stad is natuurlijk niet de bouwheer van die parking, en zelfs niet de exploitant. Soms zou je die indruk krijgen als je ziet hoe burgemeester en schepenen in de sociale media bijna doen alsof ze die put zelf hebben uitgegraven.
Heel het stationsproject is eigenlijk het gevolg van een samenwerkingsverband tussen Stad, Parko, NMBS, Infrabel, De Lijn, het Agentschap Wegen en Verkeer. (Vandaar ook dat het zo moeilijk is om inzicht te krijgen in de kosten.) De bouwheer van de parking is NMBS Station. Architect: Eurostation. Hoofdaannemer: de TVH Eiffage-Vlaanderen in samenwerking met Antwerpse Bouwwerken en het zusterbedrijf Vuylsteke. (Tussen haakjes: de tunnel is wel het werk van Besix.)

Een probleempje
De ondergrondse parking Station werd gezamenlijk gebouwd door de NMBS en Stad, want deels op grond van de NMBS en deels op grond van Stad. Vandaar ook dat Stad 18,89% van de totale bouwkost voor haar rekening neemt, en de NMBS 81,11%. De bouwkost konden we nog nergens vinden maar wat we wel weten is dat het stadsaandeel berust op een equivalent van 170,01 parkeerplaatsen van de 900. Die decimalen na de komma bij de verdeelsleutel? dat is géén klucht. (We vinden de aanbesteding niet terug. Kan er ons daar iemand aan helpen?)
Om de NMBS toe te laten het vol genot en gebruik over de autoparking te hebben moeten beide partijen aan elkaar dus een wederzijds erfpachtecht verlenen. Bedoeling is dat stad een erfpacht geeft aan de NMBS voor de ondergrond van hun eigendom; NMBS zal een erfpacht geven aan Stad voor de bovengrond van hun eigendom. Bij ons weten is die akte nog niet verleden. Moet die trouwens niet voor de gemeenteraad komen??

Hoe zullen we de onderhoudskosten en investeringen verdelen?
Volgens het contract in de aanbesteding moten we onderscheid make tussen de jaren na de voorlopige en de definitieve oplevering. Om het gemakkelijk te maken.
– Volgens het bedongen contract staat de hoofdaannemer (Eiffage) gedurende de eerste twee jaren na de voorlopige oplevering in voor de waarborg en onderhoud technieken. Ook vanaf die voorlopige oplevering én uitbating zijn de onderhouden verbonden aan de werking (schoonmaak e.d.) ten laste van Stad én NMBS.
– Bij de definitieve oplevering komt alle beheer en onderhoud zowel ten laste van Stad als van de NMBS.
Sorry, meer duidelijkheid kunnen we niet geven. We vonden wel een verdeelsleutel voor de jaarlijkse exploitatiekost. Die is geraamd op 305.000 euro waarvan Stad 18,89% betaalt, zijnde 57.708 euro. (Voor de resterende manden van dit jaar 30.000 euro.

En hoe zit het met de tarieven?
Dat weten we al wel. Er zijn twee types:
– reizigerstarieven voor abonnees en kortparkeerders volgens de normen van de NMBS;
– niet-reizigerstarieven, ook voor abonnees en kortparkeerders volgens de normen van Stad.
Wat minder bekend is het basisprincipe dat de tarieven voor niet-reizigers nooit lager kunnen zijn dan de tarieven voor reizigers.
Nog minder bekend is dat er een eerste prijsverhoging komt in de volgende legislatuur. Uiterlijk februari 2025. De NMBS past namelijk in februari een jaarlijkse indexatie toe op de tarieven voor reizigers. En Stad zal deze traditie naleven in het kader van het afgesproken basisprincipe.

Er zijn ook opbrengsten
Over de verdeling ervan (enkel van de kortparkeerders?) op basis van een aantal formules is de informatie die ons bereikt onverstaanbaar.
Stad verwacht nog dit jaar zoiets van 30.000 euro. Volgend jaar 160.000 euro.
Men verwacht een positief netto-resultaat ! Voor volgend jaar 100.000 euro.

P.S.
Wist u dat er een ‘stuurgroep’ bestaat? Vier personen, waarvan twee afgevaardigden van Stad.
Vergadert minstens eenmaal per jaar, bij voorkeur in april, en kan ongeveer alles wat denkbaar is bespreken en goedkeuren.
En wist u dat we ooit dachten aan 1.200 parkeerplaatsen over vier niveaus?