All posts by Frans

Kortrijkse gemeenteraad viel even ten prooi aan een collectieve gekte

Dat voorval konden we vorige maandag  17 november laatstleden, omstreeks halfnegen ’s avonds via Tinternet meemaken, in het historisch stadhuis.  Een datum om te onthouden.
Die dag en op dat uur hebben de vier partijen van de meerderheid (inclusief de Groen-oppositie) een voorstel inzake burgerparticipatie van VB-raadslid Wouter Vermeersch verworpen.

Dat voorstel luidde als volgt:
“De gemeenteraad  wil opnieuw een digitaal referendum organiseren en belast het College van Burgemeester en Schepenen met de uitvoering van deze beslissing.”

Om de draagwijdte van de weigering om dit voorstel te aanvaarden heel juist  in te schatten dient men in het achterhoofd wel te noteren dat er in de voorgelegde tekst géén sprake is van een “jaarlijks” referendum , noch dat er iet of wat gezegd wordt over het aantal gerechtigde deelnemers (alleen een wijk? enkel senioren?).

Raadsleden moeten zich een keer goed realiseren wat die stemming betekent voor het participatiebeleid in onze stad.
(Zij lieten zich daarbij zichtbaar overvallen door een collectieve gekte en brachten  dan maar slaafs een nee-stem uit, enkel omdat het voorstel van het Vlaams Belang kwam. Och ja, gewoon omdat ze daar nog geen seconde over hebben nagedacht. Geen letter over hebben  gelezen. Geen mening hebben. In feite pro zijn maar gehoorzamen aan de partijtucht.)
Het gevolg is  dat gedurende héél deze legislatuur (nog tot en met 2031) er hier geen enkele digitale burgerbevraging meer kan gebeuren.  Ook niet bij zwaarwichtige politieke beslissingen. Stel u voor: een mogelijke fusie ! En dus ook niet voor problemen in een wijk, of issues bij een bepaalde cohorte van Kortrijkzanen (bijv. de jeugd).

En dit is iets wat men blijkbaar niet goed beseft:
Iedere  ‘raadpleging’ of ‘bevraging’ van Kortrijkzanen, over om het even welk onderwerp,  die  bij het resultaat ervan  enige
1) representativiteit, 2) significantie, 3) voldoende draagkracht wil claimen zal toch georganiseerd en bij stemming of schriftelijk moeten gebeuren. Of?… digitaal.
Afschaffen van digitale referenda is au fond zeggen: we verzaken aan degelijk opgezette bevragingen.

Aan Ruthie, onze burgemeester –  die al heel haar politiek leven bevoegd is voor burgerparticipatie – is al tweemaal gevraagd waarom verzaakt wordt om voortaan nog een jaarlijkse digitale referendum te houden. Ook al  in de gemeenteraad van maart dit jaar, toen er nog geen officieel bestuursakkoord (“Kortrijk met Brio”) bestond.
Een deugdelijk, minstens bevredigend antwoord is er niet gekomen. Wel viel er enige dubbelzinnigheid te bespeuren in haar replieken.
Dat verbaast ons des te meer omdat we sinds enige tijd weten dat  zij in haar participatiebeleid door externen wordt geadviseerd.
(Dat dit feit nog in geen enkele raadszitting door ook maar één raadslid is te berde gebracht, dat zegt wel iets. Ja, dat.)

(Wordt vervolgd.)

 

Don’t wait for it !

Bij ons?  Iedere dag Black Friday !
Altijd, iedere dag,  abonnement met bijzondere korting op onze alternatieve stadskrant, En we gaan meer en meer de kant uit van een sensationele rioolkrant, op politiek gebied dan.  De regionale editie van HLN achterna. En dat belooft.
Hier worden overigens feiten en meningen goed vermengd. Dat brengt altijd de waarheid dichterbij.

Wat kunt u hier de komende dagen zoal verwachten?
Dit, en nog veel meer:
– Hoe de gemeenteraad in een collectieve gekte verzeild raakte.
– De onkostennota’s van ons College van Burgemeester en Schepenen (CBS), van vorig jaar.
– Hoe schepen Wout Maddens maar weer eens de gek houdt met een raadslid en dus ook met ons allen, Kortrijkse burgers.

Hoe abonneren? Geef uw PC of tablet of laptop aan uw dichtsbijzijnde kind of kleinkind en vraag het aan die kleine.

 

 

Hoe participeren consultants aan ons participatiebeleid ? (2)

Sorry, beste lezer, dat u zo lang moest uitkijken naar dit vervolgverhaal.

Onze gemeenteraadwatcher heeft dus pas eergisteren of zo ontdekt dat het participatiebeleid waar Stad (en meer speciaal onze Ruthie) zo trots op is  al zeker sinds november 2023 professioneel begeleid en ondersteund werd door een externe partner.

We vinden dat een beetje lullig.
Het bestuur heeft consultants nodig bij het ontwerpen van participatieprocessen, bij de begeleiding van het burgerbudget, jawel, bij de gehele begeleiding van de participatiestrategie.
Ruthie toch !

Er werd met een dienstenleverancier voor het burgerparticipatieplatform een  contract afgesloten dat ten einde liep op 22 november van dit jaar. Die raamovereenkomst was twee keer verlengbaar met een jaar maar liep blijkbaar toch ten einde op 30 juni. We weten niet waarom, en meer nog:  we konden, na volle een dag zoekwerk,  nog altijd de naam van de betrokken consultancydienst niet achterhalen.
(Merk op: op vandaag blijft  “Kortrijk spreekt-online” op de website van Stad sprakeloos, en het e-mail adres werkt ook al niet.)

Nu weten we wel welke firma de opdracht voor “een digitaal burgerparticipatieplatform en inhoudelijke begeleiding en ondersteuning” sinds 23 oktober heeft in de wacht gesleept:
LEVUUR BV uit Leuven, met twee partners.
Nog voor dit jaar dus ,  en ook voor 2026  en 2027.  Het totale budget bedraagt 25.216 euro, incl. btw.
Het Team IT Projecten en Data en Gebiedswerking van Stad  is die firma op het spoor gekomen via een “marktverkenning“.
Ha ja?? We vonden nergens een ‘wijze van gunnen’ (een bekendmaking, een aanbesteding). Het gaat hier dus om een flagrante inbreuk op de regelgeving inzake overheidsopdrachten.

Interessant om lezen op de website van LEVUUR DPP Partners 
is wat men daar zoal vertelt onder de vraag “Hoe begeleiden we je?” bij de burgerparticipatie.
–  Op welke thema’s ga je in gesprek en waarover niet?
–  Met welke spelers ga je in gesprek en op welke manier?
– Wanneer is het goede moment daarvoor?
– Hoe ga je om met weerstand tegen een voorstel?
– Hoe vermijd je bezwaarschriften?

En nu we toch bezig zijn over burgerparticipatie willen we hier nog twee oude koeien uit gracht halen.
1.
Op 10 juli 2023 heeft het College een samenwerkingsovereenkomst gesloten met UGent. Een bepaald team aldaar (het GOA-project) zou  drie ‘referenda’ die in Kortrijk ooit zijn georganiseerd (2019, 2021, 2022) evalueren. Tevens voorstellen doen over mogelijke andere participatieprojecten. Nooit meer iets over gehoord.
2.
Het huidige bestuur heeft “met brio” beslist om geen jaarlijkse  ‘referenda’ te organiseren. Een plausibele reden hebben we eigenlijk niet gekregen van onze burgemeester. (De bevragingen waren niet altijd een succes.)

Komische noot, om te eindigen.
In de gemeenteraad van oktober 2022 heeft toenmalig raadslid Matti Vandemaele (Groen) een voorstel gedaan om een referendum te houden over de referenda !  Hij wou  de Kortrijkse bevolking  de vraag voorleggen of men referenda wel nuttig vond om het beleid mede te bepalen.
Geloof dat nu, of niet: het raadslid (nu volksvertegenwoordiger) meende dat waarlijk serieus !

P.S.
In de gemeenteraad van volgende maandag 17 november interpelleert raadslid Wouter Vermeersch (VB) het College over de vraag waarom voortaan geen jaarlijkse referenda meer worden gehouden.
Het antwoord van de burgemeester zal dus opgemaakt worden door Levuur uit Leuven. Zo mogen we veronderstellen, ja toch?

 

Ja, consultants “participeren” de facto aan ons participatiebeleid…

Het gebeurt wel meer, dat onze gemeenteraadwatcher ons redactielokaal binnenstormt met de kreet: “Moet je nu wat weten?!”
Gevolgd door: “Gaan we daar iets over zeggen? Of niet?”.

Hij heeft dus weer wat ontdekt, de uitslover.
Het participatiebeleid (“Kortrijk spreekt” bijv.) – waar onze Ruthie al jaren zo druk mee bezig is –  wordt de facto ook al jaren “versterkt” door een extern bureau. .
En voor de volgende twee jaar zal alweer via een raamcontract genaamd  “Consultancy in strategisch en belanghebbend management”, het ‘burgerparticipatieplatform’ digitaal én inhoudelijk “ondersteund” worden door externe expertise.
We kunnen het niet zelf.
En dat kost allemaal geld. Die consultanten.
Dat we dat allemaal pas nu te weet komen. Het zou niet mogen.

(Wordt vervolgd.)

Naar een ultieme totaalrestauratie van Preetjes molen (4)

Tja. Waar waren we eigenlijk gekomen?
Bon.
We menen ons goed te herinneren dat de wieken van de vlaszwingelmolen werden stilgelegd in het voorjaar van  2023.
Het is duidelijk, er waren maar weer eens  enige werken nodig, –  nu minstens aan de staak, de wieken, de assenkop.

Beste lezer!

Wat er nu volgt aan overleg, studiewerk en voorbereidende werkzaamheden kan men enigszins vergelijken met de moeizame, jarenlange gang van zaken bij de bouw van de koepel van de Duomo (de Cattedrale) van Florence.

In februari 2024 heeft men eindelijk een molenbouwer gevonden die ter plekke enkele vaststellingen kwam doen omtrent de toestand van Preetjes molen.  De hoop rees – zo stond er in de gazetten – dat de molenbouwer zo snel mogelijk (maart!) een plek zou vinden in zijn drukke planning om een offerte  op te maken.

Opdracht tot “totaalrestauratie” van de molen (9 september 2024)

Hiervoor waren twee rapporten nodig van Monumentenwacht en overleg met het Agentschap Onroerend Erfgoed. Het dossier is opgemaakt met de insteek van de interne erfgoeddeskundige, experten molenbouwers (meervoud!) en molenaars van Heule.
Het bestek van de werken slaat op kruipalen, de molenas, het gevlucht, de trap, de staak, twee nieuwe zeilen. En alle nieuwe delen moet nog een keer gebeitst. (Die werken zijn dus nu aangevat.)
Na marktverkenning werden de volgende “enige 2 Belgische firma’s(sic) aangeschreven:
– Dirk Peusens Molenonderhoud en Molenrestauraties uit Merelbeke;
– Molenbouw Wieme uit Machelen.
De uitgave voor de opdracht is geraamd op 162.835,75 euro (incl. 21% BTW). (Er wordt een premie van 60 % aangevraagd, zijnde 80.745 euro zonder BTW.)
Hoe een of ander medewerker van de Directie Ruimte/Gebouwenbeheer een raming kan opmaken voor zo’n gespecialiseerde  overheidsopdracht is me een raadsel.  Zou wel eens willen weten wie de molenbouwer was die in februari 2024 de toestand van de molen eventjes kwam bekijken. Die mocht  uiteraard niet meer aangeschreven worden voor het indienen van een offerte. 

De gunning (18 november 2024)

De winnaar is de firma Modelbouw Wieme Roland en Kris BVBA
Prijs: 170.772, 14 euro (incl. btw) (29.638,14 euro btw).
Een korting kon stad niet bekomen bij het indien van een ‘best and final offer’ (BAFO).
Gezien de schaarste aan molenbouwers” (sic) kon de firma wel bekomen dat men pas eind van dit jaar 2025 met de werken zou starten.
In de gunningscriteria was 30 punten voorzien voor de uitvoeringstermijn. Die is vastgesteld op 180 werkdagen.
Als we 27 oktober ll. aanzien als start van de werken moeten die dus eindigen op 6 juli 2026.
Tot dan !


Stad Kortrijk wil nu zelf vlas gaan zwingelen in “Preetsjes molen” (3)

Pro memorie

De lezer zal zich de voorgeschiedenis wel herinneren, zo meent  kortrijkwatcher althans.
De vlaszwingelmolen in Heule is in 1866 gebouwd door ene Ivo Depez. Vandaar de naam trouwens!… Zeker na WO I  raakte de molen zodanig in verval dat wat nog overbleef stilaan kon beschouwd worden als een uniek stuk erfgoed.  (In 1944 werd de molen trouwens aangezien als een beschermd monument.)
– In 1934 kon Jean-Baptiste de Béthune  de verwaarlozing echt niet meer dulden  en liet hij op eigen kosten wat lapwerk uitvoeren.
– Vanaf 1957 nam het toen nog autonome Heulse gemeentebestuur  het initiatief om sporadisch te investeren in enige herstelwerken.
– Maar in 1990 namen “De vrienden van Preetjes molen” het heft in handen. De vzw kreeg de molen in 1887 zelfs (gratis) in erfpacht (tot  2024!). Na weerom diverse – en soms dure werken –  slaagde men erin om in 1996 in de molen te laten draaien.

Een tekenende anekdote voor de bestuurlijke gang van zaken.
Op 28 juni 1955 ontving het gemeentebestuur van Heule een brief van de Koninklijke Commissie voor Monumenten en Landschappen met de mededeling dat men zou overgaan tot opheffing van de bescherming van de molen, aangezien hij volgens hun gegevens niet meer bestond.

2016: Stad wordt eigenaar van de vlaszwingelmolen
(In de bestuursperiode 2013-2018 is schepen Wout Maddens bevoegd voor Bouwkundig Erfgoed en Monumentenzorg.)

De vzw kon intussen het onderhoud en de exploitatie zowel bestuurlijk als financieel niet meer bolwerken en smeekte  in 2016 dat stad Kortrijk de molen zou aankopen, eigendom van de familie Vandenbulcke-Deprez.
Het College van Burgemeester en Schepenen van 20 juni 2016 besliste om de nodige stappen te ondernemen om de molen te verwerven. Een akkoord met de familie werd bereikt om de molen met bijhorende grond (690 m²) te kopen  voor een bedrag van 10.000 euro. (Dat is  lager dan de geschatte prijs van 12.500 euro.)
Er zijn wel weer dringende onderhoudswerken nodig: schilderen, vastmaken van de wielen, oplappen van het strooien dak.
Het duurt nog tot 5 december 2016 eer het dossier voor de gemeenteraad komt.

De eerste kosten voor Stad
(In de bestuursperiode 2019-2024 is Philippe De Coene schepen voor Onroerend Erfgoed..)

–  2020: de Dienst Gebouwen van stad geeft opdracht aan Monumentenwacht West-Vlaanderen om een inspectie van de molen uit te voeren.  Het rapport geeft aanbevelingen om dringende en minder dringende werken aan te vatten.
– 2021: dringende wreken aan de draai- en askop worden uitgevoerd. 12.559,80 euro.
– 2022: de rieten dakbedekking krijgt een beurt. 7.64,80 euro.
Voorjaar 2023: de molen wordt stilgelegd !!
April 2024:  een nieuw rapport van Monumentenwacht vindt dat een algehele restauratie nodig is.
– Voorjaar 2014: in afwachting van die totale restauratie gaat men nog vlug over tot tot wat kleine herstelwerken,  schilderen, bescherming van rieten dak, vernieuwen van wat ‘loodslabben’. (Prijs niet gevonden.)

2024′: de bestuurskracht slaat toe
Op 9 september 2024 bepaalt het College de voorwaarden en de wijze van gunnen voor een algehele en waarlijk grondige  restauratie van de molen.
Twee firma’s (en slecht twee) worden aangeschreven. Geraamde kostprijs 162.835,75 euro (incl. BTW 21%.)

P.S.
Daarover hebben we het in een volgende uitgave van deze krant.
Het gaat om de werken die nu pas zijn gestart en hoogstwaarschijnlijk in de zomer van volgend jaar kunnen beëindigd. Dan krijgen we (na al die vele tussentijdse ingrepen…) me dunkt een soort replica van de de molen, zo zou men kunnen stellen…

 

“2579 Kortrijkzanen krijgen geen extra sociaal tarief meer: gedaan met tafelen aan 3 euro in sociaal restaurant VORK”

Dat is de uitermate provocerende titel van een stuk dat op morgen 5 november zou moeten verschijnen in het regionale katern van de meest gelezen boulevardgazette van Vlaanderen, dat Laatste Nieuws.
Die kop is dus niet van ons!

Het stuk is van de hand van het woelwater, de bekende  stokebrand Peter Lanssens (lps , de 0,00%-journalist) en verscheen vanmorgen al ca. 10 uur op Facebook.
Het heeft sindsdien aldaar de gebruikelijke onzinnige reacties en scheldpartijen uitgelokt (Ongeveer iedereen vindt het maar goed ook dat al die profiteurs eens terdege worden aangepakt.)  Op het ogenblik van dit schrijven vind ik al minstens 150  reacties, waaronder warempel zelfs een paar replieken van Giovanny Saelens ,de nieuwe schepen van Sociale Zaken. (Saelens verkeert als jonge politieker nog in het stadium waarbij men van oordeel is dat het mogelijk is  om  op te tornen tegen stompzinnigheid.)

Tja, het is moeilijk om uw kalmte te bewaren als politieker wanneer  men geconfronteerd wordt met complete onzin, dommigheid en totale onwetendheid. Maar het blijft gewaagd, zeer gevaarlijk om zich als verantwoordelijk bestuurder te gaan mengen in de FB-janboel.
Komt daarbij dat het bij Lanssens, de opperste marketeer van HLN,  alleen maar te doen  is om OOK VIA FACEBOOK stokebrand te spelen.
Gewezen schepen van Sociale Zaken en voormalig OCMW–voorzitter  Philippe De Coene is ook in de val gelopen.
Heeft zich in het stuk zelf door opruier en intrigant  (lps) laten verleiden tot commentaar.
De Coene heeft het als voormalig, belegen socialistisch schepen  natuurlijk knap lastig met het Tatcherisme van de nieuwe N-VA-schepen.
Maar de constellatie van de huidige coalitie maakt het Philippe  bovendien des te meer problematisch om onverbloemd zijn wrevel, zijn ongenoegen te uiten over het nieuwe, toch niet geheel barmhartig sociaal beleid. Zijn ‘Vooruit’-fractie is namelijk met 1 schepen vertegenwoordigd in het College.  Philippe moet dus op kousenvoetjes lopen.

In het hier aangehaalde stuk laat hij zich zelfs met een knipoog uit over het gevoerde activeringsbeleid. (Peter Lanssens laat overigens zijn geraadpleegde woordvoerders vaak ‘knipogen’.)
Philippe hoopt dat men Mariette en Georges met hun klein pensioentje niet al te lastig zal vallen met de eis tot werkbereidheid en integratie om ze te laten genieten van wat bijkomende steun.

Preetjes molen zwingelt om geld (2)

De prehistorie / eerst bemoeienissen vanuit de politiek

Preetjes molen in Heule is een vlaszwingelmolen gebouwd in 1866 door Ivo Deprez. In de streek stonden in die tijd wel meerdere van die molens maar dit exemplaar is, niettegenstaande allerhande calamiteiten (brand, oorlogsschade, verwaarlozing), als enige van dit soort overgebleven.

In 1934 kon baron Jean-Baptiste de Bethune (vader van Manu en dus grootvader van huidige provinciaal deputé Jean) het verval van de molen niet meer aanzien en hield hij een pleidooi voor de redding ervan. Jean-Baptiste had namelijk een trieste afbeelding van  de wegkwijnende molen gezien in het blad “Patriote Illustré”.  Hij besteedde – na een tevergeefse oproep  om subsidies – uiteindelijk zelf een paar duizend franken (in die tijd!)  om het dak en de zijkanten van de molen te vernieuwen.
Jean-Baptiste was een politieker (ooit schepen in Marke) zodat we  zijn optreden kunnen aanzien als een eerste (financiële) tussenkomst van de politieke wereld in  de geschiedenis van de molen.

Nu moeten we, in dit opzicht althans,  een sprong maken naar 1957.
Het gemeentebestuur van Heule (toen nog autonoom) is er in mei van dat jaar in geslaagd om  een speciaal lastenkohier op te stellen voor de restauratie van de molen. (Merkwaardig: de burgemeester Christian Goethals is van adel. Notabelen hebben blijkbaar iets met erfgoed.) Met die studie is een technische raadgever (Marcel Braet) jarenlang  bezig geweest. De daaruit voortvloeiende werken werden opgeleverd in mei 1959.
Het is een eerste voorbeeld van traagheid van bestuur in de  geschiedenis van de molen.
Het Heulse gemeentebestuur had wel nog grootse plannen, maar die zijn niet uitgevoerd. Men wou van de molen een klein publiek museum maken met als thema ‘vlas in de oudheid’.
Zowat vijftien jaar lang gebeurt er dus niks.

Ter gelegenheid van het Europees Jaar van het Bouwkundig erfgoed (1975) werden er nog wat dringende herstellingswerken aangepakt.
Hoeveel het Heulse gemeentebestuur in totaal  heeft besteed aan  sporadische werken aan de molen is wellicht te achterhalen in het stadsarchief.

De jaren ’90 / bemoeienissen van de heemkundigen

Ook tussen 1975 en 1992 gebeurden er alweer niet de minste onderhoudswerken. De politiek liet het afweten.
De Heemkundige kring “Langs d’Heuleboorden” slaat nochtans alarm in de jaren ’80.  Publicaties in het halfjaarlijks tijdschrift “Heulespiegel” proberen de aandacht te trekken van de provincie en  het bestuur van ‘Monumenten en Landschappen’  op de ellendige staat waarin de molen verkeerde.
Een uitgebreid artikel in 1990 van de hand van Luc Soens brengt een aantal mensen van de Heemkundige kring, de Cultuurraad, de VVIA (met de betreurde Adriaan Linters!), de Koning Boudewijnstichting, het stadsbestuur en zelfs de eigenaars samen rond de tafel.
Uit die gesprekken ontstaat op 15 november 1990 officieel de vzw “Vrienden Van Preetjes molen”. De statuten zeggen dat men de vlasmolen wil behouden, restaureren, valoriseren en wetenschappelijk bestuderen. (Gewone leden storten 5 euro, steunende leden 20 euro, beschermende leden 59 euro.) 
De vzw slaagt er in1992 in om de molen in erfpacht te krijgen, nog wel voor een symbolische frank en tot in 2024 (!).
In hetzelfde jaar worden enkele noodzakelijke instandhoudingswerken uitgevoerd (het dak wordt waterdicht gemaakt). Uit  een studie van architect Freddy Roose blijkt alras dat ingrepen uit het verleden niet geheel professioneel waren, tevens  niet conform met de oorspronkelijke toestand.
Een ernstige restauratie van zowel de boven- als de onderbouw drong zich op.  Werkzaamheden gebeurden in twee fasen en duurden van 1993 tot 1996. Op 8 oktober van dat jaar 1996 kon men eindelijk een “draaivaardige” molen inhuldigen, met het passende bijzijn van de nodige prominenten.
Men zou denken: eind goed, alles goed.

Maar in 2010 was het weerom prijs.
In dat jaar kreeg de molen een grondige onderhouds- en schilderbeurt, en dit om te pronken als nooit te voren. Molenbouwer toen was Eric Verleene. Van die werken kennen we de geraamde kostprijs: 26. 000 euro. De vzw zou instaan voor 20 procent maar hoopte op een tussenkomst van Stad.
Heel het gedoe wordt evenwel te zwaar voor de vrienden van de molen.

—–

In een volgend stuk vertellen we hoe  Stad eindelijk een eind stelt aan het hele flipflopgebeuren rondom die molen in Heule.
Naar aanleiding van het 150 jarig bestaan van het erfgoed vraagt de vzw  “Preetjes Molen” in 2016 aan Stad Kortrijk om de vlasmolen aan te kopen. Er zijn alweer dringende onderhoudswerken nodig.
Van nu af aan kunnen we – serieus gedocumenteerd – beginnen met het vermelden van wat die vlasmolen ons zoal kost. Alhoewel, toch weer niet helemaal…
Stad geniet van een voorkooprecht op de molen voor de (te indexeren) prijs van 200.000 BF en nog 50.000 BF voor de grond. In 2016 gaat dat omgerekend om een geschatte aankoopprijs van 12.000 euro.