Overzicht investeringen OCMW in eerste bestuursperiode 2013-2018

In onze vorige editie kreeg u een overzicht van de investeringen van de tripartite in de beide legislaturen.
Daarbij werd gewezen op een feit dat wel eens vergeten wordt. In de eerste bestuursperiode 2013-2018 is de stadsbegroting afgescheiden van die van het OCMW. In de tweede bestuursperiode (2019-2024) niet meer, d.w.z. dat althans vanaf het jaar 2020 de OCMW-begroting is “ingekapseld” in die van stad. Overigens ook die van de twee vroegere Autonome Gemeentebedrijven (de AGB’s Parko en SOK) en de vroegere zeven gemeentelijke VZW’s (zoals Stedelijke Musea, Bruisende Stad, Sport, enz.).
In komende debatten ter gelegenheid van de gemeenteverkiezingen mag dit niet uit het oog worden verloren. Mag de tripartite niet de bedrieglijke indruk wekken dat de investeringsuitgaven op de huidige, op zijn eind lopende bestuursperiode plotseling immens zijn verhoogd.
De burgemeester heeft al een keer het gerucht verspreid dat we dit keer – in deze legislatuur dan – niet minder dan 363,2 miljoen zullen geïnvesteerd hebben. Dit is, zoals we al opmerkten, een perfect goede machiavellistische benadering van de feiten. Hij mag dat niet meer doen! Quickie mag ons niet als dom kiesvee beschouwen zoals zijn leermeester hem voorhoudt in zijn lijfboek “Il Principe”.
– Ten eerste slaat dat vermeende bedrag (klakkeloos overgenomen door de pers) helemaal niet op deze legislatuur, maar komt namelijk uit het laatste meerjarenplan en dat slaat op de jaren 2020 tot en met 2025.
– Ten tweede – en dat maakt de bewering totaal zinloos: de legislatuur is nog niet gedaan! Hoe kan Quickie dan nu reeds opperen wat er zal geïnvesteerd worden?
– En ten derde is de meest wijze en juiste manier van (laat ons zeggen) waarheidsvinding om het te hebben over de werkelijke vastleggingen (contracten) of aanrekeningen. Zo zagen we bijvoorbeeld dat in de eerste vier jaren van deze legislatuur door Stad plus “satellieten” voor 55 procent is gerealiseerd, in vergelijking met de initiële ramingen. We moeten dus nog de jaarrekening voor 2023 afwachten, – en dat wordt waarlijk wachten geblazen tot in de maand mei. Terwijl we de werkelijke investeringsuitgaven van dit jaar 2024 zelfs pas zullen kennen in de lente van 2025, dus lang na de verkiezingen…
Dat alles maakt een accurate financiële beoordeling van de gehele investeringspolitiek van de tripartite nogal twijfelachtig.

Nu, om bij vergelijking tussen de eerste en tweede legislatuur de debatten zuiver te houden geven we hierna op algemene aanvraag ook kennis van de OCMW-uitgaven in 2013-2018. (In vorige editie niet gedaan.)
Netto-bedragen? In het totaal 47.577.188 euro. Dat bedrag kunnen we dan – later dus, in 2025!) optellen bij de netto- investeringsuitgaven van stad zelf en komen we tot een totaal van de werkelijk bestede uitgaven van de tripartite in haar totale bestuursperiode vanaf 2013.
De realisatiegraad voor alle OCMW-uitgaven kunnen we u helaas niet meegeven want we konden niet achterhalen wat men in het jaar 2013 juist heeft geraamd aan uitgaven. Zullen nog eens zoeken… Of misschien kan een voormalig OCMW-raadslid ons daar aan helpen? (Het BBC-systeem was toen nog niet in voege.)
U zal intussen merken dat de OCMW-investeringen in het verkiezingsjaar 2018 onvoorstelbaar stegen, met zelfs een realisatiegraad van 86 procent.
Er werden toen gigantische sommen uitgegeven voor de restauratie van de woningen 3 tot 9 in het begijnhof (budget 2,2 miljoen), aan de flats in Bellegem (9,5 M) en aan de verbouwing van het pand Gheysens tot volksrestaurant (2,6 M).

Hierna in de eerste kolom de geraamde uitgave, in de tweede de werkelijke bestede uitgave en daaruit volgend de realisatiegraad.
2013
………………..? / 6.968.559 / …. %
2014
11.803.824 / 6.369.619 / 53,9%
2015
9.214.900 / 6.862.422 / 74,0%
2016
9.482.341 / 6.152.327 / 64,8%
2017
13.071.439 / 6.277.807 / 48,0%
2018
17.964.454 / 14.946.454 / 86,4%
TOTAAL
………………… / 47.577.188 / …..%

Zo. Nu weten we ongeveer genoeg.
Klaar voor de debatten !