Een opwarmertje.
U zag toch ook al rondom u zeer bejaarde lelieblanke autochtonen – uw buren – een huwelijk aangaan? Waarbij u dacht: waar is dat nu in godsnaam goed voor?
En die schijn-echtscheidingen dan? Op eerder middelbare leeftijd. Tussen pure, rasechte blanke Belgen. Met DNA-geteste kindjes.
Geen weigeringen bij dit tweede soort van huwelijksvoltrekkingen door de ambtenaar van de “Burgerlijke Stand”. Geen raadpleging van parketten. Geen nietigverklaring. Geen beroep bij de rechtbank. Geen vervolgingen. Geen statistieken.
Voor wanneer een fiscale wet die (Belgische) echtscheidingen om valse redenen – centenkwestie – schuldig verklaart? Overspel bij de fiscus.
Er zijn toch m/v’s die rijk worden door een beetje te doen alsof? We blijven toch vrienden?
Dat wij/zij denken toch. WIJ zijn goed en ZIJ zijn slecht.
Maar wat is dat, een schijnhuwelijk?
Hoe zoeken Bartje en Treeze, of Ali en Charidja het geluk?
Waarom trouwen paartjes waarvan de minste leek in de analytische dieptepsychologie (hoofdstuk: dubbelzelfmoorden) al onmiddellijk kan merken dat het niets wordt? Die benauwend-dwingende eerste indruk, waar je geen vat op hebt.
Hoeveel brengt een schijn-echtscheiding tussen Belgen op?
Morgen of zo een schijn van antwoord.
Maar misschien nog vlug stipuleren dat een huwelijk in de christelijke (ook joodse, islamitische?) traditie pas is voltrokken bij de daad. Ambetenaren of pastoors komen daar niet bij te pas. Dat zijn formaliteiten.
Nu we daar toch over mijmeren. Hoe zit dat in Vaticaanstad?
(…)