Vervangend voorzitter Tiene berispt een raadslid
Zoals gebruikelijk somt gemeenteraadsvoorzitter Tiene Castelein helemaal bij het begin van de zitting (15 januari) de lijst op van de te behandelen agendapunten. Het eerste punt is een zgn. interpellatie van raadslid Carmen Ryheul over “de uitrol van de nieuwe dienstregeling van De Lijn in onze stad”. (Even tussendoor: waarom men hier een serie vragen van informatieve aard nog altijd als een ‘interpellatie’ beschouwt is mij een raadsel.)
Goed. De zitting is dus nauwelijks enkele minuten begonnen en ik kan gelukkig maar niet van mijn stoel vallen aangezien die zeer comfortabel voorzien is van ergonomische leuningen aan beide zijden. Het is nauwelijks te zien op de livestream, maar men vertelt mij dat Carmen bij het aanhoren van haar naam Tiene er even schuchter wou op wijzen hoe die moet uitgesproken worden. Ze krijgt er niet eens de kans toe. (Ik zie Carmen en buur een fractie van een seconde bewegen.) Kampoverste Castelein reageert berispend. Is waarlijk ontstemd. Vraagt aan Carmen of ze zich als voorzitter wel even ongestoord mag uitspreken over de agenda ! Raadt Carmen streng aan om aandachtig te luisteren ! (Let op de andere raadsleden. Niemand luistert.)
Onze lezers die al geruime tijd heel degelijk op de hoogte zijn van het gedrag van Castelein als ‘gewoon’ raadslid vallen nu zeker van hun stoel. Dat is dus dezelfde madam die tijdens de raadszittingen van het begin tot het einde bezig is met tokkelen op haar smartphone en tablet. En als ze even haar thuiswerk moet opschorten (moet wachten op een repliek) dan maar in interactie treedt met de tools van haar buurvrouw.
Zo.
We zijn pas van start gegaan met de (nieuwjaars)zitting en loco-voorzitster Tiene heeft de sfeer voor de rest van de avond al grondig verknoeid.
Duiding
Tiene is een harde tante.
(Wordt NOG vervolgd.)
Een geruststellende mededeling van de redactie
Het vervolg op het moeizame verslag over de laatste gemeenteraad komt nog hoor.
Geef ons nog wat tijd om driemaal het liveverslag te herbekijken. De nieuwjaarszitting duurde gelukkig slechts 109 minuten. Om de werkzaamheden van raadsleden en meer speciaal de gedragingen van vervangende voorzitter in de gaten te houden moeten we soms overgaan tot een flashback…
En loco-voorzitter Tiene hield er een geweldig tempo op na zodat we soms niet kunnen volgen.
Moeizaam verslag van een gemeenteraad (1)
Die laatste gemeenteraad van 15 januari hebben we met nog méér lede ogen bekeken dan gewoonlijk.
Het is allemaal zo ontluisterend qua sfeer en inhoud met als gevolg dat ons onbehagen zo groot is dat we zelfs betwijfelen of we de verslaggeving ervan vandaag nog tot het eind zullen volhouden.
Weet je wat? We gaan losweg in enkele paragrafen enige zaken aanstippen die weerom onze bekommernissen omtrent de kwaliteit van de gemeenteraad hebben gewekt, en dan maar zien tot waar we komen.
Ja, die sfeer…
Het gaat er echt niet meer aan toe zoals vroeger.
Beste lezer, u moet waarlijk een keer enige fragmenten uit de livestream bekijken. Hoe lusteloos de raadsleden erbij zitten (vooral naar het eind toe). Hoe zij eigenlijk totaal niet bezig zijn met het verloop van de zitting. Wél met hun smartphone en laptop. Zie bijvoorbeeld onze Lien, onze Véronique en Niels ook, en nog vele anderen. (Tip: als je op hun computerscherm bovenaan geen smal rood bandje kunt waarnemen, dan is dit gewis een teken dat die raadsleden niet zitten te kijken op de website van stad, de dossiers van de Raad.)
Die zitting van 15 januari was daarbij nog de eerste van het nieuwe jaar.
Als veteraan-gemeenteraadwatcher viel het mij in tegenstelling tot vroeger weer op hoe weinig amicaal de raadsleden elkaar begroeten. Geen handjes schudden, geen schouderklopjes, geen kusjes. (Moniek Gheysens gaf wel enige zoentjes, zij is nog van de oude stempel. Koen B. – ook een ouwe rot – kon enkel een babbeltje slaan met Tiene, ditmaal zonder traditioneel kusje op de wang, want als voorzitter ad interim zat zij wel te ver verwijderd op de schepenbank.) Eigenlijk gedroegen de raadsleden zich globaal genomen alsof ze vreemden zijn van mekaar.
Ik heb trouwens vernomen dat de traditionele nieuwjaarsreceptie achteraf ook maar een trieste bedoening was. Cadeautje was ook nog niet beschikbaar. Naar verluidt daagde zelfs zowat de helft van de schepenen niet eens op in de Beatrijszaal. Dat was dus vroeger geheel ondenkbaar. De Raadskelder zat tot in de vroege uurtjes stampvol.
Het Kumbaya-moment
Ja, daar werd wel een poging voor gedaan.
Helga Kints was verontschuldigd wegens ziekte en liet zich als voorzitter vervangen door raadslid Tiene Castelein. (Later meer daarover.) Helga had alreeds tevoren de raadsleden aangeschreven met een nieuwjaarsbrief, maar Tiene vond het nodig om die missive voor de “verzamelde pers” en “de grote schare” (ironie) online-kijkers nog eens voor te lezen. Want ook zij onderschreef die (hoogstaande) bewoordingen. Wie hier uit onze alternatieve stadskrant al van vroeger kon vernemen hoe hoog we Castelein in ons vaandel dragen, zal het moeilijk beamen dat ook zij vindt dat raadsleden “respect moeten vertonen voor elkaars standpunten” en die “met aandacht beluisteren”. Dat men “ruimte moet laten voor diversiteit van meningen”, voor open communicatie, voor constructieve dialogen. Dat strookt allemaal in het geheel niet met haar stijl, met haar “zijn”.
Tiene
Tiene is juriste en vennoot bij het bureau “Bonusadvocaten”. Van politiek belang – jawel! – is het raadzaam om te weten dat zij deskundig is in materies zoals omgevingsrecht, bodemsanering, vastgoed, wonen. Als je aan politiekers vraagt waarom zij zich geroepen voel(d)en tot de politiek, geloof van hun antwoord daar dan ongeveer de helft van.
Even uitleggen waarom het politiek optreden van Tiene Castelein niet erg opvalt. Haar politieke tussenkomsten zijn in de gemeenteraad quasi onbestaande, evenwel in de raadscommissie ietwat talrijker MAAR zeer opvallend altijd beperkt tot korte werkgerelateerde opmerkingen. Van technisch-juridische aard.
Zij heeft het bij de bespreking over stadsprojecten bijvoorbeeld over planschaderegelingen of wil weten of er ergens al een aanbesteding is gebeurd. Vandaar ook dat zij zich lid heeft gemaakt van de tweede (meest belangrijke) raadscommissie aangezien die zich in het bijzonder inlaat met ruimtelijke ordening en stadsontwikkeling.
Dus, we onthouden: Tiene doet wel degelijk aan politiek, maar het gebeuren is tegelijk herleid tot haar werk. Beroep én politiek: volkomen congruent. Dus: zij blijft raadslid, ook al heeft ze veel “werk”.
En zo kunnen we tevens begrijpen waarom zij in de gemeenteraadszittingen van de eerste tot de laatste seconde bezig is met thuiswerk. (De voorlaatste gemeenteraad was ze niet eens klaar daarmee toen de zitting ten einde liep. Ook is het al voorgekomen dat haar buurvrouw er vlug moest op wijzen dat er een stemming aan de gang was.) Tiene weet immers reeds alles wat zij als gespecialiseerde juriste moet weten. Als raadslid heeft zij natuurlijk ook wekelijks kennis genomen van de Collegebesluiten, namelijk specifiek de vele pagina’s gewijd aan omgevingsvergunningen.
De Raadscommissies
Iedere gemeenteraad gaat een week tevoren gepaard met (drie) voorbereidende raadscommissies. Gelukkig maar. Zo heeft het aanwezige raadslid (250 euro presentiegeld) tenminste weet van de agendapunten uit zijn commissie die zullen ter sprake komen in de gemeenteraad. Voor de gemeenteraad van 15 januari gingen die vergaderingen door op 9 januari.
Het is goed om daar nu een keer kennis van te nemen.
– De eerste Raadscommissie moest drie punten behandelen en dat heeft 15 minuten geduurd, van 19u05 tot 19u20.
Er was een punt gewijd aan ” de samenwerkingsovereenkomst tussen Stad en de vzw Kompas inzake de uitvoering van de forensische zorg i.h.k.v. de opdrachten van de justitiehuizen, binnen het globaal plan alternatieve gerechtelijke maatregelen”. Gelukkig vroeg er toch iemand waar de vzw Kompas was gevestigd. Over de evaluatie van de “Stadsartiesten in het jaar 2023 en het reglement 2024” nam niemand het woord.
– De tweede Raadscommissie duurde zéér uitzonderlijk méér dan uur. Tot 20u20 ! Acht punten.
Die lange duur was vooral te wijten aan het feit dat er gewerkt werd met lichtbeelden, en omdat een ambtenaar toelichting kwam geven. Weet u wat WORG is? WaterGevoelig OpenRuimteGebied. Nu te vinden in Rollegem. Het ging ook nog over Parko, verkoop van een stuk stadsgrond, kosteloze overnamen van gronden. Geen noemenswaardige bemerkingen. Het is wel hier dat Tiene iets te berde bracht over planschade. En er was een vervelende VB’er die zich afvroeg waarom er (weer eens) nog geen advies voorlag van Gecoro.
– De derde Raadscommissie was na tien minuten afgelopen.
Waarschijnlijk geheel aan ‘wachten’ gewijd, tot iedereen aanwezig was. (250 euro presentiegeld.)
Eén punt te behandelen: over schenkingen aan de Stedelijke Musea, terwijl we in feite geen musea hebben!
De schepen van cultuur Axel Ronse was afwezig.
P.S.
Weinigen weten dat de raadscommissies openbaar zijn. Er komt geen kat, laat staan een journalist.
Kortrijkwatcher heeft er lang geleden enkele gevolgd en dat bracht consternatie teweeg.
Genoeg voor vandaag, terwijl het net leuk zou kunnen worden.
Zie maar volgende, mogelijke nog te behandelen paragrafen:
Toegevoegde punten die niet kunnen met nieuwjaar
Beetje raar voorstel tot beslissing
Tiene berispt een raadslid
Tiene muilkorft een raadslid
Matti VDM luistert niet en maakt zich beetje boos
Maxim Veys corrigeert een collega
Stemmingen in een hels tempo
Dat wisten we niet, over die verplichte rapportages inzake financiën
Gemeentebesturen (en nog andere ook) moeten drie soorten (digitale) rapporteringen bezorgen over hun financiële situatie aan het Agentschap Binnenlands Bestuur (ABB).
En, wat meer is, die informatie via verschillende publicaties en tools beschikbaar maken voor geïnteresseerden. Dat laatste geldt dus zeker voor raadsleden maar dat gebeurt alhier niet, of toch niet over alles. (Nu ja, de echt geïnteresseerde raadsleden over deze materie zijn uiterst gemakkelijk met twee handen te tellen…)
– Dat ten eerste de beleidsrapporten zoals meerjarenplannen, de aanpassingen ervan, en de jaarrekeningen moeten toegestuurd aan het ABB is vanzelfsprekend. Dat wisten we.
– Dat men tevens vraagt om een stand van zaken van het meerjarenplan door te sturen is ook te begrijpen, maar wat we al veel minder wisten is dat dit moet gebeuren na de overdrachten van de gedeelten van de kredieten voor investeringen die opgenomen waren voor het vorige boekjaar, maar niet zijn aangewend. (Me dunkt vernemen raadsleden die bedragen pas bij de bespreking van de zoveelste aanpassing van het meerjarenplan of bij de jaarrekening.)
En hierover waren we geheel onwetend:
– De lokale besturen dienen ook een kwartaalrekening te bezorgen aan het ABB. (Wij kennen hier enkel een semesterrapport.) Inhoudelijk moet dit document een gedetailleerde, volledige weergave zijn van zowat alles over de verrichte transacties: uitgaven en ontvangsten, debet- en creditbedragen. Met andere woorden: de toestandsopgave van de budgettaire en algemene boekhouding van het betrokken kwartaal.
En wat meer is, politiek gezien: de aanlevering van de gegevens over (bijv.) het vierde kwartaal van 2023 moet uiterlijk gebeuren tegen aanstaande dinsdag 20 februari. En zie: wat de (eerste) kwartaalrekening van dit jaar betreft, die moet ten laatste beschikbaar zijn tegen 31 april.
En, beste raadsleden, herinner u – voor het geval u niet weet wat te doen – al deze ACTUELE informatie is publiek beschikbaar voor de geïnteresseerden. Wacht dus niet op aanpassingen van het meerjarenplan of op jaarrekeningen om navraag te doen.
En val nu niet omver.
Er is nog een andere, verplichte EUROPESE rapportering waarvan we waarlijk geen jota van wisten.
Ja, dat de Europese Commissie het betaalbedrag van lokale besturen wil in kaart brengen om te weten te komen hoe het zit met de globale schuld in de lidstaten, dat verwondert niemand.
Maar dat gemeenten dus via een e-formulier per semester aan Europa verslag moeten uitbrengen over betalingstermijnen en betalingsachterstanden, – wie had dit gedacht? Ter info: voor de tweede semester van 2023 moet dit gebeuren tegen vrijdag 16 februari aanstaande.
Die Europese bevraging peilt naar de (nog) te betalen facturen aan de leveranciers op basis van de ontvangst van de factuur.
Interessant zeg.
Men wil het aantal betaalde facturen én het bedrag ervan kennen. Het gemiddeld aantal dagen achterstand inzake de betaling van de openstaande facturen. Het bedrag ervan. De eventueel betaalde rente aan de schuldeisers. Men vraagt zelfs of de eventuele betalingsachterstand is verbeterd of verslechterd. En wat heeft men zoal getroffen aan maatregelen ?
Beste raadsleden, u weet weer wat te doen op 16 februari aanstaande. Is Stad Kortrijk een goede betaler?
(Vraag tegelijk eens hoe het zat in de eerste trimester van vorig jaar.)
Neen, we zijn de schaamte nog niet voorbij…
We gaan nog tweemaal de live-stream van de voorbije gemeenteraad van maandag 15 januari bekijken.
Die zitting was in diverse opzichten dusdanig lamentabel dat we willen zeker zijn dat, wat we zoal hebben gezien en gehoord, geen begoocheling was, geen hallucinatie.
De leiding van plaatsvervangend voorzitter, raadslid Tiene Castelein, in het bijzonder was zo ongelooflijk schaamteloos dat we nog moeten bekomen. We gaan dat dus een keer moeten uitleggen en staven, alleszins voor de meer occasionele lezer van onze alternatieve stadskrant.
Globaal bekeken verliep de zitting daarbij nog volkomen lusteloos.
En navraag leert ons dat zelfs de traditionele receptie achteraf maar een trieste bedoening was. Er ontbraken zelfs een aantal schepenen. Het is waarlijk niet meer plezant, allemaal.
P.S.
Onze gemoedsgesteltenis als aloude gemeenteraadwatcher heeft daarenboven vandaag nog een knauw gekregen. We vernamen zopas iets inzake de (verplichte) rapportage over de gemeentefinanciën dat we absoluut niet wisten. Dat onderwerp gaan we dan maar eerst even behandelen want me dunkt zijn ook raadsleden hierover onwetend.
Politiek volgen als pure observator, zelfs dat is een hondenstiel.
Spoedbericht: Tiene leidt de gemeenteraad !
Vandaag, maandag 15 januari, terug gemeenteraadsdag. Zoals gewoonlijk vanaf 19 uur.
Voorzitter Helga Kints laat zich vervangen. En een oude traditie wil dan dat de vervanger indien mogelijk het raadslid is dat ooit eens voorzitter is geweest.
Laat dit nu toch niet Tiene Castelein zijn zeker?
Het raadslid dat nu al jaren ostentatief en gedurende geheel de zitting (van de eerste tot de laatste seconde!) zonder schaamte bezig is met THUISWERK op haar laptop en smartphone.
We hebben dit al meermaals aangeklaagd. Er zijn nog raadsleden die weinig aandachtig de Raad volgen, maar zij slaat alle records.
En diezelfde Tiene is nu plaatsvervangend voorzitter !
Maar neen! Zij is niet beschaamd !
P.S.
We volgden intussen de Raad van vandaag. Is afgelopen om 20u29.
Iedereen nu vlug naar de nieuwjaarsreceptie.
Nog nooit zoveel verstrooide en onverschillige raadleden bezig gezien.
Verslag volgt nog.
Voorzitster Tiene Castelein had zelfs het lef om al vanaf de eerste minuut een VB-raadslid (uiteraard) te berispen omdat die (volgens haar dan) niet oplette. En een vraag van een ander VB-raadslid werd afgewimpeld.
Wat een TRIENE is me dat !
Gaan we met Quickie en Ruthie naar een “bolletjeskermis” bij de aanstaande gemeenteraadsverkiezingen?
Voor de jongere lezers onder ons vergt de term “bolletjeskermis” ongetwijfeld enige toelichting.
In Kortrijk heeft de CVP gedurende vele decennia (vanaf 1946) lang de gemeenteraadsverkiezingen gewonnen. Het College van Burgemeester (Stefaan De Clerck) en Schepenen van het CVP-bastion is pas in 2000 tot een coalitie ‘gedwongen’. Maar is wel feitelijk aan de macht gebleven tot aan de beruchte staatsgreep in 2012-2013 van Vincent Van Quickenborne met zijn tripartite, – gebaseerd op een geheim voorakkoord dd. 11 juli 2012, en wel degelijk door hemzelf ondertekend, samen met vertegenwoordigers van de SP.A (De Coene) en de N-VA (Scherpereel).
(Quickie loochent die schriftelijke overeenkomst nu nog altijd, bijv. in de gazet HLN op 1 augustus vorig jaar!)
Een reden voor de jarenlange absolute hegemonie van de CVP is – electoraal-technisch althans – te wijten aan een meermaals toegepaste, ware tjeventruc: de bijzondere goed bedachte lijstsamenstelling van hun kandidaten. Ook niet-aanhangers van de christen-democratie, of mede de eeuwige twijfelaars, stemden uiteindelijk toch voor de CVP-lijst omdat die partij de verkiezingen bewust herleidde tot een soort van volksraadpleging, met name over de vraag of er nu iemand van ‘het werkvolk’ oftewel van de ‘burgerij’ kon Kortrijks burgemeester worden.
De CVP was nog een echte standenpartij en trok dus kiezers aan van enerzijds “De Gilde” (arbeiders) als anderzijds van “De Patria” (burgerij, middenstanders, patronaat, boeren). Meer officiële benamingen waren lang geleden: de “Christen Werkliedenpartij” en als ‘concullega’s’ dan “De Verenigde Katholieken” voor de burgerij.
Maar de kiesoverwinning was verzekerd toen men na WOII een “eenheidspartij” vormde!
In de historiek van de verkiezingen (tussen haakjes, ooit uitgebreid behandeld in deze alternatieve stadkrant) is de lijstvorming van de CVP in 1958 het meest flagrante voorbeeld van de toegepaste tjeventactiek, puur om stemmen uit alle sociale geledingen van de maatschappij aan te trekken. De samenstelling van de lijst verliep telkens niet zonder ruzie, maar de drang om te winnen tegen de sossen en liberalen oversteeg de tegenstellingen en zelfs de wederzijdse haat. (Soms moest de dekenij een handje toesteken.)
De “Gildemannen” kregen in dat jaar 1958 (naweeën van de schoolstrijd ook nog: “de ziel van het kind”) 11 plaatsen op 23 toebedeeld, netjes gerangschikt op de pare plaatsen. En waarlijk, zij werden allemaal verkozen. Op alle mogelijke manieren maakte de ACW-vleugel van de partij propaganda met de leuze dat er moest gestemd worden op de 11 bolletjes. Op de pare plaatsen. Jozef Lambrecht riep op om “de 11 bollekes nen dop te geven“. En zie: bijna de helft van de Kortrijkse kiezers deed dat! Niet minder dan 47 procent! Vandaar de historische beschrijving benaming van deze uitslag: er was een een bolletjeskermis doorgegaan. Kandidaten als Albert De Clerck of Jozef De Jaegere maakten geen kans in deze stammenoorlog. Maar de partij in haar geheel had gewonnen!
Een gelijkaardige tactiek werd zéér duidelijk nog een keer aangewend in 1982.
“De Gilde” verspreidde echte modellijsten met een specifieke aanduiding van de 21 ACW-kandidaten.
En alle kandidaten van die ACW-lijst propageerden dezelfde slogan: ” Stem voor mij en voor mijn 20 vrienden.” Terwijl de NCMV’ers riepen: “Stem, voor de twintig!” Heerlijk verwarrend. (De stammenoorlog ging toen tussen Jozef De Jaegere en Antoon Sansen.)
Wat wordt het nu voor een wedstrijd?
Dreigt er iets gelijkaardigs te gebeuren?
We vernemen dat Ruth Vandenberghe van het Team Burgemeester op eigen houtje 15.000 nieuwjaarskaartjes heeft rondgestuurd. Airplay! Ongezien, en de campagne is pas gestart. Zij was drie jaar waarnemend burgemeester en heeft het nooit verheeld dat zij in 2024 zelf “VOL zou gaan voor het burgemeesterschap“. Mettertijd liet Ruthie tevens publiekelijk weten dat zij er steeds meer zin in had. En daar ook de gepaste en nodige kwaliteiten voor bezat. Zei ze zelf hoor! Haar aanwezigheidspolitiek kende geen grenzen en dat alleen al heeft haar ongemeen populair gemaakt. Tenslotte is er haar onmiskenbare representativiteit. Haar bekendheid als Miss Kortrijk overschrijdt intussen de regio.
Naar aanleiding van een “fotootje” met een massa mensen op de Grote Markt eindigt haar boodschap op de voorkant van het nieuwjaarskaartje met een antwoord op de vraag “Waar is Ruth?” als volgt: “Tot binnenkort ergens, u vindt me wel.” Ja, ergens? Met wie nog?
Nog niet gezocht of Quickie tussen het volk staat op dat kaartje.
Dat is dus de vraag van tien miljoen:
Zal Ruth Vandenberghe als kandidaat op dezelfde (kartel)lijst prijken waar Vincent Van Quickenborne lijsttrekker van wordt? (Want dat wil hij absoluut: lijsttrekker worden! Dan kan hij en hij alleen een coalitie vormen.)
Zo ja, dan past men de trukendoos toe als die van de CVP indertijd. Dan wordt de gemeenteraadsverkiezing van oktober eigenlijk een plebisciet. Het wordt een gepersonaliseerde campagne. Wie wordt onze burgervader of – moeder?? Dat wordt de (in politiek opzicht een ongelukkige) vraag. Als Quickie met zijn Team (blijft de naam?) de grootste fractie wil worden heeft hij absoluut Ruthie nodig.
Zoals Quickie zelf zei, na zijn terugkeer uit Brussel: “Ik heb veel goed te maken.”
Zal zijn vaandelvlucht hem nog parten spelen? Kan hij zijn kiezers uit het jaar 2018 doen vergeten dat zij net voor hem stemden omdat hij halsstarrig (en tweemaal) beloofde van – in tegenstelling tot de ‘hypocriete’ Stefaan De Clerck- de termijn van zes jaar helemaal uit te zitten?
Hij is al ongelooflijk naarstig bezig met zijn aanwezigheids- en uitgekiende doelpolitiek, maar hoogstwaarschijnlijk blijft het zo dat Quickie zijn Ruthie hard nodig heeft en niet omgekeerd.
Voor de meer bewuste kiezer stelt er zich een wel een probleem. Het gaat om een keuze tussen “inhoud” en “vorm”.
Tijdens haar waarnemend burgemeesterschap gaf Ruthie niet veel blijk van visie, van een inspirerend fantasierijk beleid, noch van brede dossierkennis. (Vooral als voorzitter in de politieraad was dit gebrek aan ‘content’ schrijnend.) En van voortschrijdend inzicht (politiek bewustzijn) in die drie jaar (2020-2023) was ook al niet veel te bespeuren. Een soort imposter-syndroom dreef er haar dan maar toe om een en ander te compenseren, te camoufleren door overal goed te doen, want “wie goed doet, goed ontmoet”. Ewel ja, daar hebben Kortrijkzanen ook behoefte aan.
Overzicht investeringen OCMW in eerste bestuursperiode 2013-2018
In onze vorige editie kreeg u een overzicht van de investeringen van de tripartite in de beide legislaturen.
Daarbij werd gewezen op een feit dat wel eens vergeten wordt. In de eerste bestuursperiode 2013-2018 is de stadsbegroting afgescheiden van die van het OCMW. In de tweede bestuursperiode (2019-2024) niet meer, d.w.z. dat althans vanaf het jaar 2020 de OCMW-begroting is “ingekapseld” in die van stad. Overigens ook die van de twee vroegere Autonome Gemeentebedrijven (de AGB’s Parko en SOK) en de vroegere zeven gemeentelijke VZW’s (zoals Stedelijke Musea, Bruisende Stad, Sport, enz.).
In komende debatten ter gelegenheid van de gemeenteverkiezingen mag dit niet uit het oog worden verloren. Mag de tripartite niet de bedrieglijke indruk wekken dat de investeringsuitgaven op de huidige, op zijn eind lopende bestuursperiode plotseling immens zijn verhoogd.
De burgemeester heeft al een keer het gerucht verspreid dat we dit keer – in deze legislatuur dan – niet minder dan 363,2 miljoen zullen geïnvesteerd hebben. Dit is, zoals we al opmerkten, een perfect goede machiavellistische benadering van de feiten. Hij mag dat niet meer doen! Quickie mag ons niet als dom kiesvee beschouwen zoals zijn leermeester hem voorhoudt in zijn lijfboek “Il Principe”.
– Ten eerste slaat dat vermeende bedrag (klakkeloos overgenomen door de pers) helemaal niet op deze legislatuur, maar komt namelijk uit het laatste meerjarenplan en dat slaat op de jaren 2020 tot en met 2025.
– Ten tweede – en dat maakt de bewering totaal zinloos: de legislatuur is nog niet gedaan! Hoe kan Quickie dan nu reeds opperen wat er zal geïnvesteerd worden?
– En ten derde is de meest wijze en juiste manier van (laat ons zeggen) waarheidsvinding om het te hebben over de werkelijke vastleggingen (contracten) of aanrekeningen. Zo zagen we bijvoorbeeld dat in de eerste vier jaren van deze legislatuur door Stad plus “satellieten” voor 55 procent is gerealiseerd, in vergelijking met de initiële ramingen. We moeten dus nog de jaarrekening voor 2023 afwachten, – en dat wordt waarlijk wachten geblazen tot in de maand mei. Terwijl we de werkelijke investeringsuitgaven van dit jaar 2024 zelfs pas zullen kennen in de lente van 2025, dus lang na de verkiezingen…
Dat alles maakt een accurate financiële beoordeling van de gehele investeringspolitiek van de tripartite nogal twijfelachtig.
Nu, om bij vergelijking tussen de eerste en tweede legislatuur de debatten zuiver te houden geven we hierna op algemene aanvraag ook kennis van de OCMW-uitgaven in 2013-2018. (In vorige editie niet gedaan.)
Netto-bedragen? In het totaal 47.577.188 euro. Dat bedrag kunnen we dan – later dus, in 2025!) optellen bij de netto- investeringsuitgaven van stad zelf en komen we tot een totaal van de werkelijk bestede uitgaven van de tripartite in haar totale bestuursperiode vanaf 2013.
De realisatiegraad voor alle OCMW-uitgaven kunnen we u helaas niet meegeven want we konden niet achterhalen wat men in het jaar 2013 juist heeft geraamd aan uitgaven. Zullen nog eens zoeken… Of misschien kan een voormalig OCMW-raadslid ons daar aan helpen? (Het BBC-systeem was toen nog niet in voege.)
U zal intussen merken dat de OCMW-investeringen in het verkiezingsjaar 2018 onvoorstelbaar stegen, met zelfs een realisatiegraad van 86 procent.
Er werden toen gigantische sommen uitgegeven voor de restauratie van de woningen 3 tot 9 in het begijnhof (budget 2,2 miljoen), aan de flats in Bellegem (9,5 M) en aan de verbouwing van het pand Gheysens tot volksrestaurant (2,6 M).
Hierna in de eerste kolom de geraamde uitgave, in de tweede de werkelijke bestede uitgave en daaruit volgend de realisatiegraad.
2013
………………..? / 6.968.559 / …. %
2014
11.803.824 / 6.369.619 / 53,9%
2015
9.214.900 / 6.862.422 / 74,0%
2016
9.482.341 / 6.152.327 / 64,8%
2017
13.071.439 / 6.277.807 / 48,0%
2018
17.964.454 / 14.946.454 / 86,4%
TOTAAL
………………… / 47.577.188 / …..%
Zo. Nu weten we ongeveer genoeg.
Klaar voor de debatten !
Overzicht investeringsuitgaven van de tripartite in de twee legislaturen
Woord vooraf
Dit overzicht dient als bijlage (toelichting) bij ons vorig stuk over de onware en foute (machiavellistische) berichtgeving die burgemeester Vincent Van Quickenborne ons via de lokale “embedded press” voorschotelt.
BESTUURSPERIODE 2013-2018
In het bestuursakkoord “Plan Nieuw Kortrijk” luidde het dat stad Kortrijk zou overspoeld worden door een ware, historisch nooit geziene investeringsgolf. Het bestuur van de coalitie VLD, SP.A en N-VA riep zich uit tot een “investeringscollege”.
Hierna volgt een overzicht van de jaarlijkse investeringsuitgaven van stad in die eerste bestuursperiode. (OCMW niet meegerekend.)
– Het eerste bedrag slaat op wat initieel is begroot. Dat is de (bruto)uitgave, geraamd nog voor het jaar begon. Naderhand is het wel zo dat de raming in de loop van het jaar om allerlei feiten wordt bijgesteld tot een zgn. eindbedrag. (Nogal eens kleiner dan oorspronkelijk gedacht.) Maar toch blijven we bij het berekenen van de realisatiegraad ons houden aan de oorspronkelijke raming, want dat bedrag is uiteindelijk altijd datgene waarmee het College van Burgemeester en Schepen ons mee om de oren slaat, ons overdondert!
– Het tweede bedrag slaat op wat er in werkelijkheid, daadwerkelijk is uitgegeven (aangerekend). En zo komen we tot de vaststelling van de realisatiegraad in procent uitgedrukt. Let even op het feit dat de tripartite in 2013 moeizaam op gang is gekomen maar dat er bij het naderen van de verkiezingen in 2017 en 2018 een ware inhaalbeweging is gebeurd.
2013
28.517684 euro / 11.837.162 euro / 41,5%
2014
39.939.619 / 21/779.285 / 54,5%
2015
48.666.211 / 17.561.061 / 36,0%
(Dieptepunt o.a. te wijten aan vertragingen projecten Kortrijk Weide en Muziekcentrum.)
2016
35.076.916 / 18.596.389 / 53,0%
2017
38.927.323 / 31.237.351 / 80,2%
2018
36.812.978 / 26.161.987 / 71,0%
Totaal
227.940.731 euro / 127.173.835 euro / 55,79% gerealiseerd.
BESTUURSPERIODE 2019-2024
In deze tijdspanne wil Kortrijk “de beste stad van Vlaanderen” worden.
Burgemeester Vincent Van Quickenborne verspreidt over deze periode een bericht waarvan het College zou zeggen dat het om een “alternatief feit” gaat. Dat betekent eigenlijk: een totaal misleidend bericht. Een verkapte leugen. Quickie beweert namelijk ongestraft dat Stad in deze lopende legislatuur 50 procent méér zal investeringen dan in de vorige bestuursperiode. Op het eerste gezicht lijkt dat zo, alleszins voor de kiezer die niet helemaal is ingevoerd in gemeentefinanciën.
Men dient evenwel te beseffen dat vanaf 2020 het stadsbudget OOK de investeringsuitgaven omvat van het ‘ingekantelde’ OCMW. Vandaar die twee bedragen voor het jaar 2019.
Voor de jaren 2019 tot en met 2022 zijn de jaarrekeningen gekend. Daarom dat we in het overzicht voor die eerste vier jaren een tussensom berekenen.
In hierna volgend overzicht slaat het eerste getal slaat weerom op het geraamde initieel budget, het tweede op de reële uitgave.
2019
Stad: 38.916.234 / 20.278.531
OCMW: 14.876.198 / 10.395.556
Samen: 53.792.432 / 30.674.087 / 57,0%
2020
61.781.987 / 31.022.793 / 50,2%
2021
61.248.929 / 37.317.194 / 60,9%
2022
71.919.094 / 59.530.679 / 82,7% (inhaalbeweging na coronacrisis)
Totaal voor deze eerste vier jaren:
248.742.441 euro / 158.544.753 euro / 63,7%
Geraamd budget voor 2023: 85.017.250 euro
Geraamd budget voor 2024: 98.711.811 euro
Samen maakt dit 183.729.061 euro.
Dat zou betekenen dat we in twee jaar tijd meer kunnen investeren dan in de vorige vier jaren!
Onzin.
DE SALDO’s (netto-uitgaven)
Gewoon voor de aardigheid hebben we een keer berekend wat wijzelf, Kortrijzanen, uit onze eigenste portemonnee hebben uitgegeven inzake investeringen. Want we kregen bij allerlei projecten ook subsidies van hogere overheden, zelfs wel eens van Europa.
2019: 21.548.146 (waarvan 6.511.929 voor het OCMW)
2020: 20.492.006
2021: 20.693.015
2022: 28.869.871
Samen: 91.603.038 euro zelf betaald ! Uit eigen zak.
BELASTINGEN
Altijd opnieuw beweert de burgemeester dat we al die investeringen bekostigen zonder enige belastingverhoging. Ja zeg. Dat is weer zo’n “alternatief feit”. Het is wel zo dat de tarieven voor de aanvullende personenbelasting en de opcentiemen onroerende voorheffingen al die jaren ongewijzigd bleven. Oké. Maar wat iedereen natuurlijk nu heeft vergeten (ook de burgemeester?) is dat de tripartite onmiddellijk bij haar aantreden in 2013 drie totaal NIEUWE gemeentelijke belastingen heeft ingevoerd en twee wel degelijk heeft verhoogd. En natuurlijk zijn allerlei tarieven van de retributies wél verhoogd of – zo heet dat dan – puur ‘geïndexeerd’. Overigens stijgen de belastingontvangsten op ‘een natuurlijke wijze’, al was het maar omdat we meer verdienen. Om u een idee te geven. In 2019 bedroegen de fiscale ontvangsten zowat 70 miljoen. Nu, in 2024, ronden we de kaap van 80 miljoen. Maar daar kunnen we niets aan doen, tenzij dan de belastingen…verlagen.
Wanneer zal Quickie een keer ophouden met liegen?? (2)
Ter inleiding
In dit stuk gaat het over heel wat cijfergegevens.
Om een en ander leesbaar te houden – en om de liefhebbers gedetailleerde, nauwkeurige informatie te bezorgen – zullen we die later meer uitgebreid in een afzonderlijk stuk publiceren.
“2024 is een verkiezingsjaar, het sein voor politici om vooruit te plannen.” En: “burgemeester Vincent Van Quickenborne loste een eerste schot voor de boeg.”
Zo begint in de regionale editie van 6 januari van HLN een stuk van de 0,00%-journalist Peter Lanssens, de marionet van het stadsbestuur, meer in het bijzonder dan toch van Quickie en Axel Weydts, de befaamde schepen van Velo. (Lanssens heeft het daarbij om een lusvormige wandelroute die Q intussen als verkiezingsstunt heeft bedacht.)
Er staat ons waarlijk nog wat te wachten inzake – voor bepaalde kandidaten dan toch – kosteloze kiespropaganda in onze lokale gazetten, alleszins in HLN.
Het “eerste schot voor de boeg” is eigenlijk al afgevuurd in onze gazetten van vorige week, toen het stadsbestuur (in de feiten: Vincent VVQ himself) uitpakte met de mededeling dat “Kortrijk zich opmaakt voor 12 grote openingen in 2024.”
Twee gazetten hebben het daarbij nogal uitdrukkelijk gewaagd om het ook met cijfergegevens te hebben over voorbije en lopende investeringen. Zij lieten daarbij voornamelijk Quickie aan het woord. We achten het onze journalistiek-deontologische plicht om bepaalde van die cijfers die de burgemeester ons wil meegeven hartsgrondig te betwijfelen.
Dat hij zaken beweert die niet waar of niet juist zijn, of halve waarheden vertelt (of zaken NIET vertelt), dat bestempelen we dus zonder schroom als “liegen”. Politici die de kiezer misleiden met gegevens die niet juist zijn maar wel goed klinken, die noemen we dus “leugenaars”. Zo zijn we nu eenmaal.(Voor wie liever een deftiger politicologisch predicaat wil: het zijn “machiavellisten”.)
Laten we even starten met “De Krant van West-Vlaanderen” ter hand te nemen. Editie van 5 januari. Een verslag van reporter Margot Demeulemeester (die nog altijd verstoken blijft van enige elementaire kennis over gemeentepolitiek). De andere krant die ons ietwat heeft geïnformeerd is “Het Nieuwsblad” van 2 januari, maar we vonden enkel een online-versie van Bas De Wilde (om 16u13 van die dag gepubliceerd) en geen print.
Margot noteert bij monde van de burgemeester dat stad en deelgemeenten in deze legislatuur de grootste investeringen ooit kenden voor Kortrijk. “Goed voor 363 miljoen euro.”
Dat getal is wat afgerond, in “Het Nieuwsblad” houdt Bas het met 363,2 M al wat nauwkeuriger. Het gaat namelijk om 363.241.706 euro. Maar goed, daar vallen we niet over. We willen vooral onze bekommernis uitdrukken over het feit dat de reporter(s) evenwel niet in staat zijn om hierbij de burgemeester te wijzen op een ernstige onnauwkeurigheid. Een grove fout die zeer misleidend is.
Dat fameuze bedrag aan investeringen vindt men in het recent aangepaste (vierde) meerjarenplan en slaat op uitgaven uit de periode 2020-2025. Dat is dus helemaal niet “de huidige legislatuur”!! Die loopt namelijk van 2019 tot en met 2024.
Het is dus zo dat de huidige bestuursperiode niet eens is afgelopen: het jaar 2024 is pas begonnen en van 2023 kennen we zelfs nog geen jaarrekening, met het juiste bedrag van de reële investeringsuitgaven. (Dat zal waarschijnlijk en ten vroegste in de maand mei gekend zijn.)
Vergeet die 363 M dus maar, dat getal slaat nergens op.
De burgemeester mag dat nooit meer vertellen hoor ! Anders heeft hij met mij te doen !
Onze journalistiek-deontologische plicht heeft er ons toe gedreven om te berekenen wat er – in deze legislatuur al – daadwerkelijk is besteed aan investeringen. Dit alles ten behoeve van de burgemeester, zodat hij de kiezer in de toekomst ten minste wat accurater kan informeren. We hebben op basis van de reeds gekende jaarrekeningen allereerst de som gemaakt van de werkelijke gedane investeringen in de jaren 2019 tot en met 2022. De eerste vier jaren van deze legislatuur. Uitkomst?? 158.544.753 euro.
Maar nu moet u alleszins eens weten wat het stadsbestuur voor diezelfde jaren had begroot!
Dus wat Quickie ons allen (in de pers) in het verleden had beloofd van te verwezenlijken. We noemen dat: het budget. Wat we van plan zijn om te doen. Welnu: initieel is er voor de jaren 2019 tot en met 2022 globaal voor 248.742.449 euro gebudgetteerd. Dat is: voorgenomen, geraamd. Dat is net wat de burgemeester ons het liefste voorschotelt.
We kunnen dus nu ook duidelijk zien wat er in die eerste vier jaren van deze bestuursperiode in werkelijkheid is gepresteerd: een realisatiegraad van gemiddeld 63,73 procent.
Deze ongemakkelijke waarheid zal je nooit ofte nooit horen verkondigen door onze zittende burgemeester. Want dan zou hij – tegen zijn machiavellistische aard in – de ware waarheid moeten proclameren. Dat is hem te machtig. Feiten niet vertellen is ook niet koosjer. Het is: bedriegen.
Goed. De legislatuur is nog niet ten einde.
Om het bedrag te kennen van de investeringsuitgaven over heel deze bestuursperiode moeten we ook rekening houden met de uitgaven die we reëel deden in 2023 en dit jaar 2024 zullen doen. Maar die kennen we nog niet. We weten op dit ogenblik wat de burgemeester ons (via ‘Het Nieuwsblad’) diets maakt voor 2024: zegge en schrijve voor 100 miljoen investeringen. Weerom mooi afgerond, zo onthoudt men dat het best. Het officiële meerjarenplan is wel nauwkeuriger: 98.711.8811 euro. En voor 2023 is er voor 85.017.250 euro begroot. Ja, ongezien veel is dat.
Beste lezers,
Het spijt ons.
We geloven, kunnen niet geloven dat men die twee begrote investeringsuitgaven in werkelijkheid zal kunnen realiseren. Samen zou dat gaan om een geraamd bedrag van 183.729.061 euro. Men zou dus in twee jaar tijd een bedrag willen investeren dat hoger ligt dan wat men in (de eerste) vier jaar kon realiseren.
Voor het voorbije jaar konden we trouwens in de praktijk nagaan hoe het zit met de voortgang inzake investeringen. Er bestaat immers zoiets als een semesterrapport (door geen enkel gemeenteraadslid besproken.) Volgens dat rapport hadden we op 30 juni (dus halfweg) van vorig jaar al 67.307.370 euro vastgelegd (aangewend) maar is slechts 31.034.049 euro geboekt (aangerekend).
Door te vergelijken met het budget van dat jaar kun je dus nagaan wat er in dit nu afgelopen tweede semester van 2023 nog moest gedaan. Is het gelukt? Burgemeester zwijgt daar wijselijk over. Ja, nu de verkiezingen naderen jagen alle gemeentebesturen zich op. Vraag is of de aannemers wel meekunnen in de race.
De burgemeester beweert nog (in HN) dat we in deze tweede legislatuur voor 50 procent méér zullen presteren dan in de vorige legislatuur.
Kortrijkwatcher heeft zich weer aan het werk gezet om deze bewering te staven.
– In de nu lopende legislatuur besteedden we in de eerste vier jaar in werkelijkheid al 158.544.753 euro, plus hopen we nog 183.729.061 euro te verteren in 2023 en 2024. We geloven daar niet in maar zijn coulant en zeggen dat stad in deze periode dus waarschijnlijk in totaal voor 342.273.814 euro zal investeren.
– De vorige legislatuur van deze tripartite liep van 2013 tot en met 2018.
Voor hoeveel geld is er in deze tijdspanne daadwerkelijk aangerekend? (Gelukkig vonden we ons archief nog terug.) We zeggen en schrijven: 127.173.235 euro. En wat hadden we toen initieel begroot? Voor 227.940.731 euro. Realisatiegraad? 55,79 procent. Weerom een gegeven waar we van onze Machiavelli niets zullen vernemen. Weet onze pers nog dat onze kandidaat-burgemeester het in zijn kiescampagne toen in 2012 had over een ongeziene investeringsgolf die Kortrijk zou overspoelen? Zijn bestuur bestempelde als een “investeringscollege”? Quickie is zijn belofte niet nagekomen. De kiezer is bedrogen.
Beste lezer, bereken maar zelf of het stijgingspercentage van 227,9 M naar de verhoopte 342,2 M zowat 50 procent bedraagt? Misschien klopt dat wel ongeveer, als we ten minste toch willen geloven wat voor hoge bedragen voor de jaren 2023 en 2024 is begroot. (Quid non. We mogen al zéér blij zijn als er voor 80% wordt gerealiseerd.)
Ons interesseert hier echter vooral weer hoe de burgemeester ons opnieuw belazert met die vergelijking tussen zijn eerste en tweede legislatuur.
Ten eerste is de stijging van de investeringsuitgaven (overal te lande) te wijten aan diverse externe factoren.
Allerhande subsidies van hogere overheden zijn hoger en talrijker geworden zodat lokale besturen meer geneigd zijn om projecten op te zetten. Voorts sloeg de inflatie toe zodat de bouwkosten (materiaal, lonen) fel toenamen. En zo zijn er nog redenen aan te geven waarom gemeenten in deze periode hogere investeringsuitgaven hebben begroot. We gaan daar nu niet op in. Een actuaris zou daar een kluif aan hebben om het effect van externe factoren (niet van beleid) op het stijgingspercentage van de investeringsbedragen te achterhalen.
Maar we moeten de loze bewering van onze burgemeester ontmaskeren met een heel fundamentele reden.
Vincent Van Quickenborne vergeet nu een keer totaal dat in de tweede bestuursperiode vanaf 2020 in het stadsbudget nu ook is ingecalculeerd wat het OCMW, de twee AGB’s en de zeven gemeentelijke vzw’s zoal hebben geïnvesteerd. Dat vermeldt hij niet, en geen journalist die dat inziet. De kiezer wordt bedrogen en belogen.
Machiavelli zou hem voor deze APOSIOPESIS, deze RETICENTIE zéér hartelijk gefeliciteerd hebben.
We willen wel even de opmerkelijke financiële repercussie van deze verzwijging illustreren met een praktisch voorbeeld.
In 2019 was de inkanteling van het OCMW in het stadsbudget nog niet van toepassing.
Kijk nu eens.
In dat jaar vermeldt het stadsbudget een investering van initieel 38.916.234 euro. Met de investering van het OCMW er bijgeteld wordt dat plots niet minder dan 53.792.432 euro.
In de jaarrekening van dat jaar 2019 gaat het van 20.278.531 euro als stadsinvestering naar 30.674.087 euro met het OCMW erbij.
Begrijpt u nu waarom de investeringen – volgens onze machiavellistische burgemeester – op ongeziene wijze (met 50 % !) zijn gestegen in deze laatste bestuursperiode?
BEGRIJPT U NU HOE HIJ LIEGT DOOR “VERZWIJGING”?
Wat de kiescampagne (de propaganda) betreft doet er zich een probleem voor wanneer men iets deftigs wil zeggen over investeringen. De werkelijke uitgaven voor het laatste jaar van de legislatuur kennen we slechts lang na de verkiezingen: pas in mei 2025…
P.S.
Zoals gezegd geven we in een volgende editie voor de diehards inzake gemeentefinanciën een serie van cijfergegevens in detail. Misschien moet er iets gecorrigeerd?