Category Archives: sociaal

Coming up…

Naar aanleiding van de publicatie van het Woonregieboek voor Zuid-West-Vlaanderen komen hier een serie artikels over de sociale huisvestingspolitiek.
Over de wachtlijsten van kandidaat-huurders of kopers van sociale woningen ! De wachttijden ! De beruchte 25 %-regel ! De differentiatie (“mix”) van bevolkingscategorieën bij woonprojecten. De financiële toestand van onze huisvestingsmaatschappijen !
Wat nuanceringen bij bepaalde begrippen.
En wat zou onze schepen van wonen Lieven Lybeer nog kunnen doen ?
Coming up, ja – maar niet helemaal soon. Eventjes wachttijd gevraagd. Nog bijna 1000 bladzijden te lezen. En experten als raadslid Marc Lemaitre raadplegen. Dat ook.

(Scroll nog eens naar een stuk van vorige dinsdag.)

Een gemeentelijke profielschets

De nieuwe gemeentelijke profielschetsen zijn uit.
Te vinden op de onvolprezen website “lokale statistieken”. Zie http://aps.vlaanderen.be.
Verplichte lectuur voor raadsleden !

Men vindt er feitelijke gegevens en evoluties over alle mogelijke materies. Bevolking, onderwijs, welzijn en armoede, mobiliteit, milieu, werkgelegenheid, veiligheid, huisvesting, belastingen, enz. Meestal tot en met 2006.
Interessant is dat men, voor zover dat kan, vergelijkingen maakt met de andere centrumsteden en gemiddelden in het Vlaamse Gewest.
(Maar voor vergelijkingen met centrumsteden opletten voor vertekeningen doordat bijv. een stad als Antwerpen is ingecalculeerd.)

Erg verrassend is dat er voor bepaalde items over Kortrijk andere cijfers worden verstrekt dan wat hier in de loop der tijden al is geponeerd.
Zelfs voor een eenvoudig gegeven als personeel lopen de cijfers uiteen met wat ik vind in officiële documenten.
De profielschets zegt dat er hier ter stede in het tweede kwartaal van 2005 816, 3 VTE aan het werk waren. Volgens de begroting 2006 die hieromtrent toch slaat op eind van 2005 ging het om 826,24 VTE.
In de profielschets wordt dan berekend hoeveel VTE er hier werken op 1000 inwoners. 11,1. Ook dat klopt niet. Want de bevolkingscijfers die de profielschets hanteert zijn alweer anders dan wat in andere documenten staat vermeld.

Inzake ontvangsten en uitgaven, belastingontvangsten en schuld per inwoner wijken de cijfers ook al af van wat kortrijkwatcher hier zoal een keer heeft berekend op grond van officiële stukken.
Maar ik heb geen zin om dit hier nu allemaal uit de doeken te doen.
Noch om andere rubrieken uit de profielschets te onderzoeken op mogelijke afwijkingen met diverse bestaande gegevens.

De profielschets moet men hier en daar met een korreltje zout nemen.
Maar zelfs al staan er ‘fouten’ in, dan nog zijn bepaalde trends niettemin duidelijk. (Als men bij evoluerende gegevens overal dezelfde bronnen gebruikt is er niet veel aan de hand.)

De daling van de bevolking tot in 2005, met een héél lichte netto aangroei daarna.
De stijgende evolutie van het aantal alleenstaande mannen en vrouwen. (Meer vrouwen dan mannen.)
We tellen hier procentsgewijs nog altijd niet zoveel vreemdelingen als wel eens wordt gedacht.
De bevolkingsdichtheid daalt.
Stijgend aantal leerlingen in het kleuteronderwijs.
De schoolse vertraging in het lager onderwijs is groot.
Het aantal belastingaangiften kleiner dan 10.000 euro stijgt.
We hebben een groot aantal podiumvoorstellingen per duizend inwoners.
Het aantal geregistreerde misdrijven per 1000 inwoners ligt hoger dan in de centrumsteden !
De gemiddelde verkoopprijzen van bouwgrond stijgt minder dan elders.
Het gaat goed met de werkgelegenheid. Maar de nettogroeiratio van ondernemingen is niet schitterend.
De evolutie (daling) van ons restafval begint stilaan niet beter te worden dan elders.
Het is zeer slecht gesteld met het aandeel van de groenestroomproductie in het huishoudelijk verbruik.

Enzovoort.
Om te lezen !

Gemeentelijke bijdrage aan het OCMW is raadselachtig

Aangezien onze OCMW-voorzitter Franceska Verhenne (CD&V) geen schepen is dient er om de drie maanden een overleg plaats te grijpen tussen Stad en OCMW.
Dit Overlegcomité bestaat uit een afvaardiging van de OCMW-raad en van de gemeenteraad. In de praktijk omvat de delegatie de burgemeester, een schepen, de OCMW-voorzitter en de secretarissen. Het is een onderonsje, en de wetgeving verbiedt helemaal niet dat er meer mensen mogen bij betrokken worden.

Intussen begrijpt men intuïtief hoe het er daar aan toegaat. Volstrekt irrationeel. Lukrake min of meer ideologische oprispingen. Onprofessioneel. Haastig. Absenteïsme. Slordige verslaggeving. Beetje ruzie maken. Als het niet waar is moet men het maar een keer zeggen. Soms dient het nergens voor om in Kortrijks bestuursoverleg allerhande aanwezig te zijn. HET IS ALS WATCHER WEL ONWETENSCHAPPELLIJK ONDERSTEUND WAT HIER BEWEERD WORDT, MAAR JE RUIKT DAT. Het volstaat om gewoon, met een soort gezond -verstand -historische kritiek bestuursdocumenten te lezen.

Klassiek voorbeeld om leugenachtige documenten te herkennen.
Stel (stel!) dat er bij een overlegcomité iemand is doodgevallen, en dat wordt niet vermeld in het verslag. Of het heeft gesneeuwd in juli, waardoor de vergadering niet in aantal was. En er is toch een verslag. Zonder sneeuw. Historici vallen daar duidelijk over.

De beslissingen van het comité worden dan ’ter kennisgeving’ medegedeeld aan de gemeenteraad.
Niemand leest dat verslag, zelfs OCMW-raadsleden niet. En daar staan nogal eens belangrijke mededelingen in. Of niet. Bijvoorbeeld over de aankoop van gas door het OCMW. Dat vergt wellicht een apart stukje.

In de laatste gemeenteraad van deze maand stond het verslag van het overlegcomité van september op de agenda. Nog nooit zo vlug geweest.
Niemand had kommentaar. Ook Ciska Verhenne vond het nergens voor nodig om voor het punt “gemeentelijke bijdrage van Stad aan het OCMW” enige attentie te vragen. (Onder het bewind van voormalig schepen Destoop mocht zelfs niet gepraat worden over dat verslag.)

Hoe zit het nu met die gemeentelijke bijdrage?
Uit het verslag leren we dat er blijkbaar voor 2009 ooit eens gedacht werd aan een bedrag van 9.611.375 euro. Maar dit is teruggebracht tot 9.183.637 euro.
Voor 2010 zal men zich houden aan hetzelfde bedrag. Maar voor 2011 belooft Stad 1 miljoen meer. En in 2012 zelfs 2 miljoen meer.
Het OCMW was daar eigenlijk niet mee content. Men vroeg voor de jaren 2011 en 2012 een verhoging met 4 miljoen.

Volgend jaar krijgt het OCMW van ons waarschijnlijk 9.183.637 euro. En dat zal zo blijven tot en met 2010. De motivering van die beslissingen kent niemand, en nog minder zicht bestaat er over de discussies daaromtrent.

Hoeveel krijgt het OCMW dit jaar als stadstoelage?
Ook 9.183.637 euro. Het bedrag wordt dus door Stad bevroren voor nogmaals vier achtereenvolgende jaren. Ongezien. Alsof er gedurende die periode geen gewijzigd beleid kan komen. Kan het OCMW zijn uitgaven en inkomsten dan wel over zo een lange periode schikken naar die vaste dotatie? Want zo gaat dat. Net als in de kerkfabrieken. Opbrengsten en onkosten worden afhankelijk gemaakt naargelang de verwachte bijdrage van andere overheden. Creatieve boekhouding is daarbij nodig. Beleid niet. (Jawel, in het kader van wat men kan afschooien.)

Vorig jaar kreeg het OCMW volgens de stadsbegroting ook al die 9,1 miljoen.
Maar nu wordt het ingewikkeld, raadselachtig. Het jaarverslag 2006 van het OCMW vermeldt een gemeentelijke bijdrage van … 7.529.661 euro.
Hoe kan dat nu?
Elders in dat jaarverslag duikt in de balans (passiva) een bedrag op van 2,5 miljoen als “gemeentelijke bijdrage”. Totaal 10, 1 miljoen.
Ik begrijp er niets van.

Wat houdt het begrip “gemeentelijke bijdrage” nu eigenlijk in?

Het OCMW krijgt namelijk ook jaarlijks een percentage uit ons Gemeentefonds. Hier is dat normaal 8 procent. Elders in de provincie soms nul.
Steekt dat aandeel dan in wat men de gemeentelijke bijdrage noemt? Me dunkt van niet.
Maar als we met dat percentage rekening houden bedraagt het aandeel van het OCMW uit het gemeentefonds 2006 volgens mijn berekening slechts 1,7 miljoen. En geen 2,5 miljoen.
Kan Franceska dit alles in de gemeenteraad eens uitleggen bij de begrotingsbesprekingen van volgende maand? Over verleden, heden en toekomst?
Welneen. Burgemeester, voorzitter van de Raad zal op enige spoed aandringen. O.K. Ik meen dat nu alles is gezegd.

Vraag: wat zijn de reële totale middelen die het OCMW krijgt van Stad?
Werkingstoelage, plus aandeel gemeentefonds, plus nog zo een en ander?
In 2006 bijvoorbeeld was er sprake van een investeringstoelage voor de verbouwing van het klooster (aan den Atlas) tot kinderopvangcentrum. 850.000 euro.
En de geldstromen tussen de vele instellingen uit de sociale sector zijn volkomen onduidelijk.

*****

Nu nog iets voor de verbeten cijferaars.
Op een nochtans officiële website vond ik voor 2005 alweer een raadselachtig cijfer.
Totale middelen voor het OCMW vanuit Stad: 12,9 miljoen.
En hoe kwam men daar aan die totale middelen?
Als een optelling van het aandeel van het OCMW in het Gemeentefonds (1,8 miljoen) plus – sla me dood – een “gemeentelijke bijdrage”‘ van 11,1 miljoen.
Dat klopt allemaal niet.
Dat zou overigens betekenen dat die totale middelen in dat jaar hoger lagen dan wat nu het geval is. Terwijl ons Gemeentefonds toen minder bedroeg en de werkingstoelage van Stad toen ook al 9,1 miljoen was.

Wil er soms nog iemand iets weten over de evolutie van de gemeentelijke bijdrage aan ons OCMW?

Wie de uitgave van het jaar 1995 gelijk stelt aan 100 komt nu uit op 174.
In 1995 kreeg het OCMW 5,2 miljoen. In de periode 2000 tot en met 2002: 7,1 miljoen.
Wie daarbij durft vragen stellen wordt hier altoos beschouwd als fundamenteel anti-sociaal. Als een wilde, ultra-rechtse vrije jongen zonder het minste gevoel voor caritas calotica.
Terwijl er een heel simpele objectieve vraagstelling mogelijk is.
Wat beschouwt de OCMW-wetgeving als DE kerntaak van het centrum?
Wat beschouwt ons OCMW-bestuur als noodzakelijk en/of prioritair?
Hoe staat het met de afbakening van het welzijnsbeleid van Stad en anderzijds OCMW?
Welke middelen hebben we daarvoor nodig?
Als die vragen beantwoord worden kan men voor mijn part zelfs overgaan tot een verhoging van de gemeentelijke bijdrage.

Nog info, voor de diehards.
De balans 2006 van ons OCMW geeft een overgedragen positief resultaat van 1,2 miljoen euro. In 2004 en 2005 waren er overschotten.
De resultatenrekening toont een verlies van het boekjaar 2006 van 8 miljoen.

Fondsen van koning Boudewijn voor Kortrijkse instellingen

Het jaarverslag 2006 van de Koning Boudewijnstichting is zopas veschenen.
De KBS is een stichting van openbaar nut die in 1976 werd opgericht naar aanleiding van de 25ste verjaardag van de troonsbestijging van Koning Boudewijn. Opdracht is de levensomstandigheden van de Belgische bevolking te helpen verbeteren.
Nooit geweten dat er hier zoveel caritatieve fondsen bestaan.
De fondsen van de Koninginnen kennen we al. Ook die van Albert en Filip en Mathilde.
Maar dat er ook een filantropisch fonds Jeanne Van Quickenborne bestaat, wisten we niet.
Verder nog, ondermeer een fonds Franciscus O, fonds Arnould van der Straten Wailet, Raou Kok-Krahé, Pankert en Clärchen Deneffe, Marie-Luzia en Klaus Kleis. A Chacun son Cervin, enzovoort, enzovoort. Allemaal met rare namen. Inzake de filantropie alleen al tellen we er zowat 100.

Even turven wat Kortrijkse organisaties via de KBS en andere fondsen vorig jaar voor bepaalde werkingen zoal aan subsidies konden bemachtigen. Bij sommige initiatieven kijk je wel even verbaasd in het ijle. Die G-voetbal. Artistieke contacten tussen leerlingen van het bijzonder lager onderwijs en bejaarden in een rusthuis.

Ouderen en de digitale samenleving
Een feitelijke vrijwilligersgroep uit Marke-Rollegem, werkend binnen het OCMW, gaf computerlessen in plattelandsgemeenten. 6.700 euro.
Voorzitter van de jury voor dit soort projecten is Hilde Houben-Betrand, eregouverneur van Limburg.

Veroudering
* OCMW-Bissegem bevorderde contacten tussen senioren en schoolkinderen door ervaringsuitwisseling bij de aanleg van een spelparcours. 7.500 euro.
* OCMW-Kortrijk, Sint-Jozef en De Condé. Kinderen en ouderen leggen samen een moestuin aan en verwerken hierbij de oogst. 10.000 euro.
* OCMW-Kortrijk, Heilig Hart. Artistieke ontmoeting tussen leerlingen uit het bijzonder lager onderwijs De Brug en rusthuisbewoners. 10.000 euro.

Veiligheid
* Katholieke Hogeschool Zuid-West-Vlaanderen. Lezingen en workshops voor jongeren en volwassenen rond geweld en media. 5.000 euro.
* Stadsbestuur, gebiedswerking. Buurtinitiatief om de dialoog tussen culturen te bevorderen. 5.000 euro.
Voorzitter van de jury is Alex Reyn, een voormalig amassadeur bij de VN !

Gezondheidszorg
Bond Moyson. Bekendmaking van de werking van een ombudsdienst in ziekenhuizen. 15.000 euro.

Sport en vrije tijd
* Vzw Mentor. Personen met een handicap organiseren een vertelcarroussel. 10.000 euro van het Elia Fonds.
* vzw Zorg-Inzicht. Aanbieding van een interactief vormingspakket voor chauffeurs die gehandicapten vervoeren. 4.000 euro uit het Elia Fonds.
Het Elia Fonds werkt rond vrijetijdsbesteding voor gehandicapten.

Onderwijs en opleiding
Kortrijk-Stad. Basisinitiatie Nederlands voor kwetsbare gezinnen. 5.000 euro van het Postfonds voor Alfabetisering.
Het Postfonds biedt steun aan innoverende en bewustmakende projecten rond alfabetisering.

Milieu en ruimtelijke ordening
vzw Zuid-West-Vlaamse Natuur- en Milieukoepel. Versterking van de landschapskwaliteiten in het Scheldse-Leie interfluvium door sensibilisatie van politici en overheden. 10.000 euro van het Electrabelfonds.
Dit fonds biedt steun aan vrijwilligers die gericht zijn op milieubehoud en grote milieurampen. Het fonds sluit zijn activiteiten af en verdeelde zijn restbedrag.

Lokale ontwikkeling / creatief ondernemen
* Hogeschool West-Vlaanderen, PIH. Via een elektronisch scherm op een publieke plaats de burger bewust maken van de milieuproblematiek. 7.500 euro van het Streekfonds West-Vlaanderen.
Over dit fonds is hier al geschreven. Zoek ook met trefwoord Levi Strauss.
* Marke, vzw Avanti. Jongeren konden een jaar lang voor journalist spelen. 5.000 euro van het Streekfonds.

Lokale ontwikkeling / “Een Hart voor West-Vlaanderen”
* Heule, vzw revalidatiecentrum Accent. Een eigen busdienst opzetten. 7.500 euro van het Streekfonds.
* Centrum Overleie. Spelmateriaal voor kinderen. 7.500 euro van het Streekfonds.
* vzw Home Bethanie. Speeltuin in dagcentrum De Horizon. 6.991 euro van het Streekfonds.
* vzw Mentor. Computerlessen voor kinderen met een verstandelijke beperking. 5.000 euro van het Streekfonds.
* vzw Recreas. Opstarten van G-voetbalclubs voor kinderen met beperkingen in samenwerking met reguliere voetbalclubs. 6.000 euro van het Streekfonds.
* vzw Zorg-Inzicht. Vertelcarrousel voor kinderen met handicap én allochtonen. 5.000 euro van het Streekfonds.
* Vzw Kinderboerderij Marke. Gehandicapte jongeren maken kennis met het leven op een boerderij. 6.966 euro van het Streekfonds.

Intercommunautaire uitwisselingen voor het hoger onderwijs
Hogeschool West-Vlaanderen, Hiepso. Uitwisseling met de Haute-Ecole Galilée uit Brussel. 1.240 euro van Trialoog.
Trialoog (Prins Filipsfonds) wil studenten uit de diverse landsgedeelten leren elkaars achtergrond te kennen.

Intercommunautaire ontmoetingen tussen burgers
vzw Zuid-West-Vlaamse Natuur- en Milieukoepel. Ontmoetingen tussen natuurverenigingen uit Vlaanderen en Wallonië. 1.000 euro van Drie Plus.
Drieplus (Prins Filipsfonds) wil ideeën uitwisselen tussen burgers via niet-commerciële verenigingen uit de drie Gemeenschappen.

Kommentaar.
Kortrijkse instellingen zouden via de Koningbouwdewijnstichting véél meer subsidies kunnen ophalen dan nu het geval is.
Onvermoede mogelijkheden zijn te ontdekken bij de lectuur van het jaarverslag en bij raadpleging van de website.

Steden waar het goed is te leven

IK KOM ZIEK VAN AL DIE PERCEPTIES.

In het zopas verschenen nummer (511, juli-augustus) van Test-Aankoop staat het verslag van een onderzoek bij diverse Europese en Belgische steden over de leefkwaliteit.
Elf aspecten werden onder ogen genomen:
huisvesting, gezondheidszorg, onderwijs, mobiliteit en vervoer,
stadslandschap, werkgelegenheid en arbeidmarkt, milieu en vervuiling, veiligheid en criminaliteit, winkels en diensten, cultuur-sport-ontspanning, stadsplanning-beheer-bestuur.

Bij de 20 ondervraagde Belgische steden staat Kortrijk globaal genomen op de zesde plaats. Internationaal op de achtste plaats.

Zie vooral nog de website van Test-Aankoop voor een uitgebreid overzicht. Men kan er ook per stad een fiche raadplegen en steden met elkaar vergelijken. Ook telkens zien welke stad het maximum of minimum behaalde.
Prachtig.

Wie kijkt er een keer naar gelijkenissen of verschillen met de stadsmonitor?

Maar wat zijn we toch een zeurpieten! Stad scoort slecht inzake veiligheid en criminaliteit (4,6), parkeergelegenheid (5,8), openbaarheid van bestuur (5,8), respons op de noden van de burgers (5,8).
Kom nou! ‘ t Zal gaan zeker?

En bij al dit soort opiniepeilingen vergeet men altoos dat de helft van de mensen een IQ heeft van minder dan honderd.
De emotionele IQ laten we buiten beschouwing. Telefonisch gemiddeld bekeken is die te hoog.

Orde van grootte van subsidies aan Kortrijkse ziekenhuizen

De schriftelijke vraag nr. 121 kwam van Vlaams volksvertegenwoordiger en Kortrijks raadslid Bart Caron (Spirit). Gesteld aan mevrouw Inge Vervotte, Vlaams minister van Welzijn, enz. Op 23 maart verstuurd en beantwoord op 20 april. Zopas gepubliceerd op de website van het Vlaams Parlement op 8 mei.

Bart Caron begint altijd met enige kennis te etaleren alvorens tot zijn vraagstelling te komen.
We slaan die inleiding van twaalf regels over.
Kortom, het ging om volgende vragen:
1. Hoeveel Vlaamse subsidies werden er voor investeringen in Kortrijkse ziekenhuizen in de periode 1995 tot op heden toegekend?
2. Welke subsidietoezeggingen zijn gedaan voor de komende jaren?

Het antwoord van Vervotte op vraag 1.
* Sint-Niklaaskliniek
Er werden “voor het laatst” subsidies ten bedrage van 800.000 euro toegekend voor bouwwerken in 1995.
* Maria’s Voorzienigheid
Vanaf 1995 tot op heden werden er geen subsidies verleend voor bouwwerken.
* Sint-Maarten
De laatste aanbesteding voor verbouwingswerken gebeurde in 1996. ORDE VAN GROOTTE subsidies: 500.000 euro.
* O.L.V. Hospitaal
De bouw dateert van de periode 1995-2000. Orde van grootte subsidies: 9.100.000 euro. (Deze campus wordt niet verlaten.)

Het antwoord van Vervotte op vraag 2.
Stap 1 van de nieuwbouw AZ Groeninge (deelprojecten 1 en 2) omvat de aanzet van de bouw van een nieuw ziekenhuis. De subsidie bedraagt 35.192.472,76 euro, nu niet in orde van grootte, maar tot op de cent nauwkeurig.
Stap 2 omvat de deelprojecten 3,4 en 5 en zou aansluitend worden uitgevoerd (periode 2008-2010). De toekenning van een principieel akkoord wordt onderzocht.
Stap 3 (sluitstuk – deelprojecten 6 en 7) werd nog niet voor subsidiëring ingediend.
We schrijven: 20 april 2007.

O.K.
Dat weten we nu.
Nogal wat van die gegevens zijn te vinden op de website van VIPA. Dat is het Vlaams Infrastructuurfonds voor Persoonsgebonden Aangelegenheden. Een financieringsinstrument voor welzijns- en gezondheidsvoorzieningen die infrastructuurwerken willen uitvoeren.

MIS.
Intussen zijn de jaarverslagen van VIPA doorploegd, van 2005 tot 1999. Bart Caron had gelijk om die vragen te stellen.
Wat het AZ Groeninge betreft enkel gevonden dat er door VIPA in 2004 een subsidie is verleend van 11.774.583,37 euro. En dat er een belofte voor de vorige jaren was van 17.089.699,92 euro.
Van de andere ziekenhuizen: geen spoor.
Intussen wel veel bijgeleerd. Over de orde van grootte. Beloften en beslissingen.
Hoeveel het CAW Stimulans krijgt. Het nursinghuis H.Hart. De vzw Achtkanter. Het rusthuis Sint-Carolus. Ter Melle. Saint-Jozef. MPI De Kindervriend. Het revalidatiecentrum Overleie. De vzw Pamela. Enzovoort.

Dank u, Bart. Dankt u VIPA.
Het kan me geen barst schelen, maar niemand die het weet.

De HIVA-studie (3): over de kosten van de sociale economie

De Hiva-studie onderschepte 29 sociale economie-projecten. Kanaal 127, de Waak en de Werkwinkel niet meegerekend. (In werkelijkheid zijn er meer.) En waar zijn de CAW’s gebleven?

Het totale budget (subsidies plus omzet) wordt op basis van mij onbekende indicatorenfiches voor 2004-2005 geraamd op 11.917.119 euro. Maar in een voetnoot hierbij zegt men dat de gegevens onvolledig zijn.

Voor de werkvorm “degressieve subsidiëring” gaat het om 4,2 miljoen. Bij volgende invoegbedrijven: Car Cleaning Service, Clarus, dienstenhuis Oost West, Het textielhuis c.v.b.a., IMOG, Mobile Environmental Care, Makkie, Sherpa Personal Delivery, Skateconstruct.
(Details per ‘initiatief’ niet medegedeeld. En dat geldt ook voor de andere initiatieven hierna.)

De maatwerkbedrijven die vallen onder “permanente subsidiëring” gaan om met 3,9 miljoen euro. Slaat op: Constructief, De Bolster, Kringloopcentrum, Mobiel.

Initiatieven die lijden onder “tijdelijke subsidiëring” hebben een budget van 3,2 miljoen. Dat is voor Fietsrijk/Kantwerk, Jongerenatelier, Mentor, Oranjehuis, Speel-O-kee, Werkpunt/De Poort.

De zgn. “nieuwe diensteneconomie” moet het volgens de HIVA-studie stellen met 485.215 euo. Hier gaat het om Buurtdiensten, De Speelhoek, Mobiel, Karweibedrijf, Werkpunt/De Poort (project begraafplaatsen).

Dat klopt allemaal niet, zelfs al zijn de gegevens “onvolledig”.
Zie bijvoorbeeld alleen al de budgetten voor de Buurt- en Nabijheidsdienst, zoals alhier uiteengezet in stuk van 27 oktober 2005.
Zie alles onder de rubriek ‘sociaal’.

Hoe zit het nu met de tewerkstelling? De jobcreatie met die vooropgestelde 11,9 miljoen ?
Volgens HIVA zorgden de 29 aangehaalde initiatieven in de sociale economie voor een tewerkstelling van 459,5 doelgroepenwerknemers en 96,5 omkaderingspersoneel. Totaal: 556 tewerkgestelden. Daarnaast waren er nog 1.460 personen “betrokken” in begeleiding, assessment, korte opleidingen en brugprojecten.

Klopt dat?
Geen idee.
In maart 2006 – dat is nog vóór het verschijnen van de HIVA studie – vierde schepen Lybeer de 1000ste werknemer. Als we aannemen dat HIVA werkte met cijfergegevens van 2005 betekent dat een verdubbeling in één jaar tijd.
De gegevens zijn trouwens niet te controleren. Op de sociale kaart (SOKA) vertikken al die vzw’s en cvba’s het om aan te duiden hoeveel beroepskrachten (omkaderingspersoneel) zij tewerkstellen. En als ze dan een website hebben, verneem je ook niets over het aantal doelgroepwerknemers. (Over de financiering natuurlijk ook geen woord.)

SWOT

Het HIVA-rapport was echt niet van plan om de werking van de sociale economie alhier te evalueren.
Niettemin is er toch wat aan SWOT-analyse gedaan: sterkten, zwakten, kansen en bedreigingen?

Ja, er is een gebrek aan transparantie voor de buitenwereld.
Ja, in de diensteneconomie is er een leemte aan kwaliteitszorg.
Ja, ouderen en allochtonen zijn ondervertegenwoordigd in de initiatieven.
Ja, er is politisering.
Ja, de bedrijfseconomische invalshoek (management) is te weinig aanwezig.
Ja, er is parallele dienstverlening.
Ja, er is territoriumstrijd.
Ja, er is soms “gebrek aan slagkracht” (de Werkwinkel).
Ja, de criteria voor aanwending van de financiële middelen (cf. Fonds Sociaal Kapitaal) zijn nog onvoldoende geëxpliciteerd en de procedure is weinig transparant.
Ja, de registratie van gegevens is te weinig verifieerbaar en te veel gericht op het bekomen van subsidies.

En ja: er zijn “conflicterende benaderingen” en er is versnippering van het regisseursschap.
Stad, OCMW en Kanaal 127 zijn zowel betrokken als actor en regisseur in het gevoerde beleid. Een duidelijke uitklaring van rollen dring zich op om belangenconflicten en blokkeringsmechanismen te vermijden.
Kortrijkwatcher zegt dat al lang, wordt daar niet voor betaald, en kan hierdoor gezwind beschouwd als een negativo.

HIVA schippert nogal bij de vraag of nu Stad of het OCMW dé regisseursrol moet vervullen in de sociale economie. En stelt dan maar een warrig “klaverbladmodel” voor. (De term “sociaal huis” komt niet voor in de studie. DE VDAB bestaat ook niet.)

En toch.
Het is aangewezen om de sociale economie in het organogram van de stad een duidelijke plaats te geven.
“Voor Kortrijk zou de meest verregaande herstructurering deze zijn van een aparte directie ‘Werk en Economie’, waaronder werkgelegenheid, sociale economie en economie vanuit één directie worden aangestuurd.”
Beleidsbepalend en coördinerend.
Het OCMW en onze plaatselijke “professionelen” (Piet Lareu, Ronny Declercq, Bart Wulbrecht, Willy Vandamme, Stijn Tanghe, Rik Desmet) zullen dit met enige consternatie aanhoord hebben. Alhoewel.
Geen nood. Het amalgaam zal blijven bestaan. Niet enkel om allerhande particuliere-bedrijfseconomische en electorale ACW-belangen te vrijwaren.
Gewoon omdat Stad die ambitieuze regierol inzake ‘werk en economie’ niet eens aankan. Zelfs niet moet aankunnen. Het is geen kerntaak van een gemeente.

______
De stukken over de HIVA-studie kaderen in het 30-jarig bestaan van de OCMW-wet.
Zoals al gemeld wordt dit op 9 maart gevierd te Brussel, tijdens het Feest van de Sociale Economie. Voor het eerst wordt daar een Manager Sociale Economie 2007 bekroond.
Geen Kortrijkzaan genomineerd.
De winnaar ontvangt een bedrag van 5.000 euro waarmee hij volgens een persbericht van staatssecretaris Els Van Weert een personeelsfeest kan organiseren.

Over de HIVA-studie over sociale economie in Kortrijk (2)

Het Hoger Instituut voor de Arbeid (HIVA) heeft in opdracht van Stad een onderzoek uitgevoerd. (Zie infra, stuk van 21/02.)
HIVA is een onderzoeksinstituut aan de KUL, maar zeer sterk gelieerd met de christelijke arbeidersbeweging. In de Raad van Bestuur zetelen afgevaardigden van het ACW, ACV, de CM, KAV, ARCO. Het is van belang om dit te weten bij de lectuur van het rapport over de sociale economie ter stede. Heel deze sector alhier is puur in handen van het ACW en schepen Lieben Lybeer. En zoals de schepen nu weet (en de burgemeester ook) brengt dat ontzaglijk veel naamstemmen op.

Stad heeft 27.500 euro voorzien voor het onderzoek. Er zijn blijkbaar ook Europese subsidies geweest want op de kaft van het document prijkt het logo van “EQUAL”.

Titel van de studie: “Werkgelegenheid en sociale economie: de rol van lokale overheden.” (Dit wijst erop dat hele delen van de studie ook op andere steden kunnen geplakt.) Ondertitel hier dus: “ambities, mogelijkheden en grenzen voor de stad Kortrijk”.
HIVA kan nu met dat document gaan leuren bij andere CD&V-ACW bestuurde gemeenten.

Auteur is Ingrid Vanhoren. Niets op aan te merken.
En de promotor was de directeur van HIVA himself, Hubert Cossey. 74 bladzijden (zonder de CD-rom) waarvan 2/3de voor Stad totaal irrelevant. Verschenen in juni 2006 en na veel zoeken nog te vinden op de website van schepen Lybeer. Er was ook een soort voorpublicatie in april 2006 met een overzicht van alle instellingen uit de Kortrijkse sociale economie. Samensteller onbekend. Schoon werk.

De inventarisatie van het werkveld in de HIVA-studie slaat op het voorjaar 2005. En de indicatorenfiche is ingevuld voor het werkjaar 2004. Dit bewijst weer eens het tekort aan bestuurskracht (dit is: onkunde) in de zachte sector.
Kent Ingrid Vanhoren dan de “sociale kaart” niet? Die SOKA is permanent up to date gehouden op internet. (Niet vermeld in de bibliografie!)

Na een één-tweetje met raadslid Filip Santy heeft schepen Lybeer al in de gemeenteraad van november 2003 de noodzaak van een studieopdracht voorgesteld. Hij wist toen zeker al dat HIVA hiervoor zou instaan.

Wie in opdracht een studie maakt moet altijd tonen dat hij zijn geld waard is. Iets uitvinden. Nieuw woordje zoeken. Anders catalogiseren. Een klaverbladmodel voorstellen. Een matrix.

Auteur Ingrid Vanhoren heeft gemeend er goed aan te doen om vier “werkvormen” te ontdekken in de sociale economie. Gebaseerd op de wijze van subsidiëring !
1. Degressieve subsidiëring: invoegbedrijven en -afdelingen.
2. Permanente subsidiëring: beschutte en sociale werkplaatsen, arbeidszorg. (Ingrid vindt dat er géén beschutte werkplaatsen zijn in Kortrijk.)
3. Tijdelijke subsidiëring: initiatieven en projecten inzake begeleiding, opleiding, werkervaring voor kansengroepen.

Natuurlijk is deze indeling niet sluitend.
Ingrid heeft er dan maar een vierde werkvorm (buiten het crtiterium van subsidiëring) tegenaan gegooid: de nieuwe diensteneconomie.
En heel raar is dat de HIVA-studie 29 sociale economie-projecten inventariseert, maar Kanaal 127 en de Werkwinkel daar even buiten laat.

In de inleiding haast de auteur zich om te melden dat het doel van de opdracht in de eerste plaats was om het veld van de sociale economie in kaart te brengen, zonder het beleid van Stad te evalueren.
Dus krijgen we – zoals hier al meermaals uitgelegd – nog altijd geen nauwgezette berekening van de kost van één jobcreatie in de sociale economie.

We krijgen wel enigzins een indicatie.
Maar is die wel betrouwbaar?
Volgens Ingrid zorgen sociale economie-initiatieven voor een tewerkstelling van 449,5 doelgroepwerknemers en 96,5 omkaderingspersoneel in voltijdse equivalenten. Gegevens uit 2004-2005.
Volgens schepen Lybeer konden we in maart 2006 evenwel onze 1000ste werknemer vieren in het socio-economiewerkveld.
Waarom zegt Ingrid dat dan niet? Haar studie is in juni 2006 verschenen.
Het is zeer eigen aan de zachte sector: men kan daar gewoon niet tellen.

P.S.
Ook raar.
Op de website van HIVA is er sprake van nog een studie over “regiemodellen werkgelegenheid en sociale economie in Kortrijk”. Opdracht van februari 2006. Einde van de studie was voorzien in mei 2006. Onderzoekers: Gert Van den Broeck én Ingrid !

(Wordt vervolgd, wel op een andere bladzijde.)

30 jaar OCMW op 1 maart 2007

De OCMW-wet die elke inwoner van België een menswaardig bestaan garandeert en in elke gemeente een OCMW oprichtte (voorheen de C.O.O.) viert haar 30ste verjaardag.

U weet ongetwijfeld al dat Christian Dupont, onze Minister van Maatschappelijke Integratie, deze gebeurtenis wil onderstrepen met een groots evenement. Meer speciaal rond initiatieven van OCMW’s om hun cliënten meer en beter te laten participeren aan het sociale, culturele en sportieve leven.
Want doorheen de jaren is de hulpverlening die het OCMW biedt ingrijpend gewijzigd. Gaande van financiële steun tot meer emanciperende maatregelen zoals het aanbieden van een gerecycleerde PC aan kansarmen.

Het evenement van minister Dupont zal plaatshebben op 1 maart in de Brussel Event Brewery (BEB), Delaunoystraat 58 te 1080 Brussel.
U kan nu tóch nog inschrijven tot en met 23 februari. Per email op uw gerecycleerde PC naar het adres events@fast.be. Declareer uw kosten als kansarmoedige cliënt of medewerker maar bij het OCMW. Geld genoeg. (Men krijgt het niet op, terzake participatie.)

Best parkeren aan het slachthuis van Anderlecht. Daar zijn héél gezellige cafeetjes. Resto’s voor de meest verscheidene soorten marginalen. (Ga vooral eten bij de zwartjes.)
Laurette Onkelinx, Miet Smet, Magda De Galan, Johan Vande Lanotte, Frans Destoop, Franceska Verhenne komen ook.

En Kortrijkwatcher viert mee. Al lezend.
Want ondanks de vele inspanningen die OCMW-personeelsleden én mandatarissen dag na dag leveren, blijven armoede en sociale uitsluiting bestaan. Kijk maar rondom u.

Lees een volgende keer alhier iets over de studie van het Hoger Instituut voor de Arbeid (HIVA- verbonden aan de KUL) met betrekking tot de werkgelegenheid en de sociale economie in Kortrijk.
Die (dure) studie – nota bene in opdracht van Stad (schepen Lieben Lybeer?) – is nog nergens besproken, niet in de gemeenteraad, niet in de OCMW-raad.
Wat zijn de ambities, mogelijkheden en grenzen voor Stad? Een rapport dat al dateert van juni 2006. Door niemand gelezen.

STRAKS HIER EINDELIJK EENS EEN EIGENGEREIDE SAMENVATTING VAN HET VERTICAAL GEKLASSEERDE DOSSIER.
Meenemen naar Anderlecht!