Stadswachten (1): wat mogen ze doen en niet doen?

Stadswachten nooit verwarren met pakmadams, buurtwerkers, lijnhelpers, zwaantjes, straathoekwerkers, hulpagenten, fietsende agenten, burgeragenten, raster- en centrummanagers, fox’en, of straatcamera’s en honden. BIN. Wijkagenten.
’t Is allemaal voor onze veiligheid, dat wel.

Nu eerst vertellen wat de paarse dames niet mogen doen. (Soms doen zij het ook niet.)

Zij (het zijn allemaal vrouwen?) mogen niet samen lopen tateren over koetjes en kalfjes en naar étalages kijken. Want dan merken ze dat verstopt rioolputje geeneens op. Ze mogen ook niet bang weglopen als je ze net iets wil vragen, of als er een kleine calamiteit dreigt. Zij mogen in ’t kortrijks dan toch een praatje slaan met onze andersgekleurde medemensen.
Zij mogen enkel lopen op voor het publiek toegankelijke plaatsen die tot het openbaar domein behoren. Dus: verkeerswegen (tot en met inbegrip van bermen), openbare ruimtes zoals parken, pleinen en openbare parkings.
Zij mogen enkel werken in rechtstreekse opdracht van de gemeentelijke overheid en voeren geen taken uit voor andere opdrachtgevers. Je mag ze dus geen dienst vragen, in de trant van: haal eens dat papiertje of die stadskrant voor mij op.
Zij kunnen niet ingezet bij andere dan door de gemeente georganiseerde evenementen.
Zij kunnen niet ingezet voor taken op private, niet publiek toegankelijke plaatsen.
Evenmin op alle andere plaatsen, beheerd door andere dan de gemeentelijke overheid. Bijvoorbeeld: een ziekenhuis, de parking van een warenhuis. Want dan begint dat te lijken op een bewakingsopdracht en dat is enkel voor bewakingsfirma’s weggelegd.
Er dient duidelijk te worden gesteld dat stadswachten geen politionele bevoegdheid hebben, noch bevoegdheden in het kader van de private veiligheid.
Zij mogen op geen enkele wijze ingezet voor het uitvoeren van een gemeentelijke tax- of retributiereglementering. Dat wil zeggen: het vaststellen van omstandigheden waarbij een retributie of belasting toepasbaar lijkt. MET DE NIEUWE WET OVER DE “GEMEENSCHAPSWACHTEN” ZAL DIT VERANDEREN.

Wat mogen ze dan wel?

Curieus is dat omtrent de taken van stadswachten de teksten op de websites van de RVA, van de federale regering (belgium.be), van het parlement of in ministeriële circulaires nogal eens verschillen van elkaar. Zo mogen ze de ene keer “klusjes opknappen”, en in andere teksten dan weer niet. In Oostende mogen ze zelfs hondenpoepzakjes uitreiken. Of ze mogen toezicht houden in “wijken”, terwijl elders dan sprake is van “sociale wijken”, of “hoogbouwwijken”, of “vervallen wijken” of “gebouwengroepen”. Volgens de RVA mogen ze optreden IN openbaar vervoer, en in andere teksten enkel in of op de omgeving van openbaar vervoer.

Wij houden het bij de circulaire van 19 maart 2003 met de specifieke richtlijnen voor Stadswachten met Activa-statuut (Staatsblad van 4 april 2003) plus het antwoord van de minister op een schriftelijke vraag van kamerlid Marleen Govaerts, gesteld op 23 november 2006 en beantwoordt door de minister van Binnenlandse Zaken op 16 maart 2007 (Bulletin van 19.03.2007).

Het gaat officieel om volgende taken:

  1. De aanwezigheid en het toezicht bij de uitgang van de scholen.
  2. De aanwezigheid en het toezicht in de omgeving van en in sociale woonwijken. NIET HET MILJOENENKWARTIER. NIET IN BELLEGEMBOS. NIET OP DE DAM.
  3. De aanwezigheid en het toezicht op en in de omgeving van het openbaar vervoer. (Haltes, stations.)
  4. Het verhogen van het veiligheidsgevoel door te waken over de gemeentelijke infrastructuur, in te staan voor preventiecampagnes, het sensibiliseren van de bevolking. Ze mogen bijvoorbeeld zeggen aan ons : doe eens uw broek of uw handtas dicht. Sluit uw wagen. Uw hemd puilt uit. Zet beter uw fiets daar en laat die graveren. Niet in de bomen klimmen.
  5. De aanpak in verband met de bescherming van het milieu. Hou op met uw BBC! Dennenverbranding.

Heel belangrijk is nog dat stadswachtinnen een rapport mogen opstellen over inbreuken die uitsluitend beteugeld worden met gemeentelijke administratieve sancties. Bijvoorbeeld: geluidsoverlast.
MAAR. Bij ons in Kortrijk kan dat nog niet!
Want in onze stad zijn er nog geen gemeentelijke administratieve sancties (GAS) voorzien. Een jurist van Stad is daarover al sinds juni 2005 aan het studeren. In april vorig jaar werd beslist om in de schoot van Leiedal nog wel een werkgroep op te richten ter voorbereiding van een uniforme regeling voor een politieverordening op het niveau van het gerechtelijk arrondissement. Dus niet enkel voor onze politiezone VLAS. Die werkgroep is al 11 keer samen gekomen. Geld dat dat kost. En het is allemaal eenvoudig. Gewoon afkijken wat elders gebeurt. De conferentie van burgemeesters (waar men nooit een verslag van ziet of hoort in de gemeenteraad) hoopt op 11 mei aanstaande met een definitieve tekst naar buiten te komen.

Op de komende gemeenteraad van 16 april wordt het veiligheids- en preventieplan 2007-2010 besproken. Schepen Jean de Bethune is daar nu verantwoordelijk voor. Hij huist nog altijd in Marke – voelt zich daar veilig – en niemand weet of hij nu al wel zijn emails leest.
Vandaar dat we langs deze weg nog enkele vragen zullen stellen met betrekking tot de stadswachten.

Security en fuiven zonder fuifbuddies

Kan een gemeente de inzet van veiligheidsmensen systematisch verplichten?

Pff.
De wet van 10 april 1990 tot regeling van de private en bijzondere veiligheid bepaalt diverse regimes voor de organisatie van de “security” op fuiven.
Deze kan worden uitgeoefend door professionele firma’s, of door de eigen interne bewakingsdienst, of door leden van de eigen vereniging onder het vrijwilligersregime.
Er is in de wet ook de mogelijkheid voorzien om onder bepaalde voorwaarden en in bepaalde gevallen bescherming, controle en toezicht te verplichten. Probleem is dat er nog altijd geen K.B. is dat de modaliteiten bepaalt.
Met andere woorden: een bewakingsdienst is niet verplicht.
Maar … de wet verbiedt de gemeenten ook niet uitdrukkelijk om bewaking als voorwaarde op te leggen voor de organisatie van een evenement. Wie de legitimiteit of opportuniteit van zo’n reglement wil betwisten kan zich wenden tot de Vlaamse minister van Binnenlandse Aangelegenheden.

Kan een burgemeester organisatoren van fuiven verplichten om in de omgeving van een fuifzaal te patrouilleren?

Neen.
Het patrouilleren (persoonscontrole) op de openbare weg is in principe voorbehouden aan de politiediensten. Inbreuken op deze regel door private bewakingsdiensten worden door hoge administratieve geldboetes gesanctioneerd.

Hoe bewaking organiseren?

1. Organisatoren kunnen een vergunde bewakingsonderneming inhuren en op die manier beroep doen op professionele bewakingsagenten.
2. Organisatoren kunnen in bepaalde omstandigheden voorzien in een eigen bewakingsdienst met vrijwilligers.
Er zijn wel voorwaarden aan verbonden. Het mag enkel sporadisch gebeuren en kosteloos. De vrijwilligers moeten lid zijn van de organiserende vereniging. Zie nog de wet (art. 2) en twee omzendbrieven van 19 november 1999 en 7 maart 2001.

Het inzetten van zgn. “fuifbuddies” kan niet !(Fuifbuddies zijn zogezegd gevormde personen die onder de mom van “vrijwilligers” op tal van organisaties hun diensten aanbieden.)

Stefaan Bral nu schepen van Leefmilieu en Sport

Op de officiële website van Stad is Stefaan Bral nog altijd ook schepen van (grote) evenementen. Dit is nochtans niet meer het geval.
Die taak (Bruisende Stad) is gewoon geschrapt.
Stefaan (derde schepen) is nu “enkel” nog bevoegd voor leefmilieu, afvalstoffen, publiek domein (luik groen) en sport.

Aangezien sinds minister van cultuur Bertje Anciaux nu alles wordt aangezien als cultuur zullen grote evenementen voortaan wel georganiseerd worden door onze nieuwe schepen van cultuur. Dat is niet minder dan de burgemeester zelf!

Op de website van Stad kan men de verdeling van de bevoegdheden binnen het College niet vinden.
We zetten ze dus even op een rij.

Burgemeester Stefaan De Clerck

Strategische planning (inclusief Europese zaken en rasterstad)
Cultuur
Communicatie en recht
Politie en brandweer
Protocol.

In de vorige legislatuur was de burgemeester nog bevoegd voor het meldpunt, pers, externe betrekkingen, opvolging intercommunales.

Lieven Lybeer
Werk, wonen en welzijn.

Werk (inclusief sociale economie)
Wonen
Welzijn (incl. sociaal beleid, integratie, senioren, mindervaliden)
Gebiedgerichte werking (in tandem met Jean de Bethune)
Jumelages.

Voorheen had hij nog het personeel tot zijn bevoegdheid en jeugd.

Wout Maddens
Stedenbouw en ruimtelijke ordening.

Stedenbouw (inclusief bouwkundig erfgoed)
Ruimtelijke ordening
Huisvestingsreglementering
Grondbeleid.

Dat is zo ongeveer de bevoegdheid die vroeger bij Frans Destoop berustte. Merk op een mogelijke conflictsituatie met Lybeer (wonen) en Leleu (wegen, mobiliteit).

Stefaan Bral
Leefmilieu en Sport.

Was voorheen schepen van cultuur, toerisme, feestelijkheden, sport, recreatie, volksontwikkeling.

Guy Leleu
Infrastructuur en mobiliteit.

Publiek domein (wegenis, infrastructuur, rioleringen)
Mobiliteit
Parkeerbeleid (inclusief Parko).

Ongeveer wat hij vroeger deed.

Alain Cnudde
Jeugd en financiën

Financiën
Jeugd
Kinderopvang en gezinsbeleid
Vrijwilligerswerk
Ontwikkelingssamenwerking.

Nieuw voor hem is Jeugd.

Hilde Demedts
Personeel en facility.

In vergelijking met vroeger is dit wel een beetje een bevordering, maar ze blijft geen volledige bestuursperiode.

Jean de Bethune
Economie, onderwijs en toerisme

Economie (ook landbouw, markten, foren, braderieën)
Onderwijs
Toerisme
Ontmoetingscentra
Preventiebeleid
ICT
Kerkfabrieken
Gebiedsgerichte werking.

Hij verliest dus facility. Maar heeft alles wat ICT is in handen.

Marie-Claire Vandenbulcke
Burgerzaken en administratieve vereenvoudiging.

Bevolking
Burgerlijke Stand
Begraafplaatsen (administratief beheer)
Kiezerslijsten
Administratieve vereenvoudiging

Dat laatste is volkomen nieuw. Voor het overige erft zij de taken van Hilde Demedts. Uitgenomen juridische zaken, veiligheidplan.
De schepen wordt later ook vervangen.

Buurthuis op Sint-Katharina (2): schoon verloop van een schoon dossier

Binnen afzienbare tijd beginnen de werken.
De aanbestedingen zijn er toch nu doorgeraakt.
Geen gemeenteraadslid van de drie betrokken gemeenten is daar ook maar een beetje over ingelicht.

Het dossier werd al wel opgestart in maart 2000. Toen al nam ons College het principiële besluit om samen met Kuurne en Lendelede een buurthuis te bouwen op gronden van de kerkfabriek van de plaatselijke wijk Sente-Katriene in Kuurne.
Zeg nu maar: weer een parochiezaal. Tekenaar Ever Meulen (Humo) kon nog net en niet vlug genoeg uit het benepen milieu ontsnappen. Helemaal begin jaren zestig was dat. Stel u voor, hoe de tijden veranderen.

Over de grond van de zaak is in onze Kortrijkse gemeenteraad nooit tot op de bodem gediscussieerd.
De kern van de zaak is of een gemeentebestuur moet deelnemen aan de bouw van een ‘buurthuis’ in een nabijgelegen gemeente, zogezegd omdat het buurthuis komt te staan op gronden van een kerkfabriek met een parochie die de gemeentelijke (drie) grenzen overschrijdt.
Het enige waar onze Stad misschien – en dan nog – zou kunnen mee te maken hebben is de erfpachtovereenkomst met de kerkfabriek waarin de canon (50 euro) wordt bepaald die de drie gemeenten samen wensen te betalen. Waarom moeten wij Kortrijkzanen én Lendeledenaars in godsnaam instaan voor méér dan de helft van de investeringen voor een in Kuurne gelegen polyvalente zaal ? Voor Kortrijk dan met een bovengrens van 357.000 euro?
Een polyvalente zaal. Een nieuwe TAP in Kuurne. Voor wie? Landbouwers?

Dat heeft allemaal niets te maken met de wetgeving op de kerkbesturen.
Hoewel men dit zo voorspiegelt.
’t Is erg, hoe dat allemaal kan.
Lees nu maar nog helemaal een keer de Wet van 18 Germinal van het jaar X, het Keizerlijk Decreet van 30 december 1809, de Wet van 4 maart 1870. Geen sprake van buurthuizen. In de mate dat er alweer een kerk zou gebouwd worden op Sente-Katriene, dàn nog is een financiële bijdrage van de gemeente(n) niet verplicht.

In de Kortrijkse gemeenteraad is het dossier overigens heel spaarzaam, als het ware dievelings op tafel gelegd.
Bij het goedkeuren van de erfpachtovereenkomst met de kerkfabriek van Kuurne (14 november 2005) kwam alleen ons Groen met een paar randbemerkingen naar voor (de toegang), maar die werden door schepen Jean de Bethune zoals altijd overweldigend en zonder enig papiertje vakkundig in de kiem gesmoord met de bemerking dat het om “een schoon dossier” ging.

Bij Jan heb je sinds Christus of zijn apostelen daaromtrent al schone en lelijke dossiers. De schone zijn ook lelijk, maar bij eerstgenoemde heeft hij het altijd met enig gefoefel achter de schermen tot een verbluffend happy end gebracht. Als raadslid kun je dit niet weten, want de minder verbluffende stukken ontbreken ook altijd in zijn exposé, bij nader toezien.

Op zeker moment (al in december 2000) is er een heuse vzw “Buurthuis Sint-Katrien” opgericht. Niet te vinden in het Staatsblad. Voor Kortrijk werden daar in februari 2001 in opgenomen: Jean de Bethune, Carmen Moulin, Patrick Jolie, Germain Coulembier. Nooit meer iets van gehoord.

Het meest curieuze is dat er zelfs in de Kuurnse gemeenteraad absoluut geen eensgezindheid bestond over het project.
Ook de CD&V – bij monde van Francis Benoit – stemde nog in juni 2004 tegen, samen met Visie en Groen. Het was ginder alleszins geen prioriteit. Men vond de opgezette constructie te duur, betwijfelde of er subsidies (van DIGO) zouden komen en wilde een haalbaarheidssstudie over de werkingskosten. Bij het goedkeuren van de erfpachtconstructie onthield de toenmalige Kuurnse oppositie zich nog in oktober 2005. Evenals bij de aktename van de verbintenis van de Vrije Basischool Sint-Katrien. Die mag nu namelijk plots het buurthuis gebruiken als turnzaal. Dat is polyvalentie. Pluralisme. En in ruil daarvoor zal de school de onderhoudslasten dragen. Inbegrepen: de “buitengewone”. Ja, mits subsidies van gemeente Kuurne.?
Het is deze deal die het in het slop zittende dossier weer op gang heeft gebracht.
Sindsdien op de Kuurnse website van de gemeente niets meer te vinden. En om iets op te sporen is het een betere dan die van Kortrijk. Net zoals die van Lendelede.

Schoon dossier !
De Kortrijkse gemeenteraad weet daar nu nog altijd niets van.
Lendelede was ook helemaal niet enthousiast.

In april 2003 vond men aldaar het project financieel niet haalbaar (eigenlijk onnodig: een wijk met 800 inwoners) en wou men hoogstens een kleinschaliger alternatief steunen. Er was nog een voorstel om zich terug te trekken uit de vzw “Buurthuis Sint-Katrien”.
In september 2005 nog werden agendapunten als het ereloon en de erfpachtovereenkomst verdaagd. Zelfs in april 2006 was er in Lendelede geen overeenkomst over de financiering. Sindsdien is dit punt in de gemeenteraad van Lendelede niet meer opgedoken, maar heeft men wel in één groot leningspakket 62.500 euro opgenomen voor het buurthuis. Dat is dus te weinig volgens de overeengekomen verdeelsleutel.

Dat schepen Eric Lemey uit Kuurne altijd al hevig voorstander was van het project is electoraal uit te leggen. Maar waarom ook onze eigenste schepen Jean de Bethune en ons raadslid Patrick Jolie (allen CD&V) zich gedurende al die jaren fel engageerden in dit “schoon dossier” is nog te achterhalen. Niet gemakkelijk.

(…)

Buurthuis op Sint-Katharina (1): prijsberekening aartsmoeilijk

Het territorium van een kerkfabriek (een parochie) gehoorzaamt niet noodzakelijk aan de gemeentegrenzen.

Kerkfabrieken kunnen dus van meerdere walletjes tegelijk eten inzake gemeentelijke toelagen, extra-subsidies, doorgeefleningen en andere financiële tussenkomsten. Borgstellingen. En niemand durft daar iets aan doen. Niemand die daarover sinds Napoleon en de Boerenkrijg iets over mompelt. Er zijn geen echte vrijzinnigen meer, en vooral geen anti-clericalen meer, libertijnen. Het gaat nu om respect voor om het even wat. Openheid voor het traditionele? Ieder zijn correcte waarheid. Vrije, beetje domme meningsuiting maakt troef. Maar we dwalen af.

Ieder zijn parochie

Bij een soort meerwaardezoekers uit onze christelijke Gemeenschap met toen nog geen soelaaszoekende gelovigen uit halfweg de vorige eeuw was er toch al wel een vorm van niet helemaal bewust georganiseerde – gesubsidieerde – grensoverschrijdende praxis inzake parochies.
Vanwaar ze ook kwamen, rijke madammen vooral die het niet zo nauw hielden met de katholieke praxis (onze sharia) kwamen van heinde en verre naar de Kortrijkse Sint-Michielskerk om na een uitgebreide biecht bij de jezuïten nog een duit in het zakje doen. De mannen zaten in ’t Salonske of in Knokke.

Iedere parochie had zijn stijl. In Kortrijk nog was de Sint-Maartenskerk eerder de ‘place to be’ voor de nog meer hypocriete pseudo-bourgeoisie. O.L.Vrouwkerk daarentegen was meer voor alzheimers. Davidsfonds.
Ieder had zijn stek. Bij de banketbakkerijen. “Buurthuizen” vond men mits minzame uitnodiging in de dekenij zelf (met dat prachtige park) en in restaurants en cafeetjes in de buurt. De Gilde ook. De Middenstand, op maandagavond dan. Maar ook op het Schouwburgplein. Ik heb er daar nog weten doodvallen, na de Heilige Mis. De Patria op de Grote Markt bleef op zondagavond open tot het ochtendgloren en tot op de bovenverdieping, tot iedereen erbij neerviel. Boven op of onder de biljartafels. Ja, Kortrijk bruiste nog met die katholieken van toen. Er was pluralisme binnen de zuil.

Dit was even een bijdrage tot geskiedschrijvinghe. Petite histoire. Waar is de tijd?

Wat wil ik nu eigenlijk zeggen?
Dat we nu gevangen zitten in buurthuizen en o.c.’s die qua architectonische en andere gezelligheid ons ook niet veel levensvreugde kunnen bijbrengen.
Die O.C.’s van nu. Pure belemmeringen voor jongeren om ruime horizonten te verkennen.
We dwalen af?
Ik zal u straks nog een keer een opsomming geven van de vroegere cafés langs de Brugse Bane. De niet-gesubsidieerde buurthuizen of ontmoetingscentra van Sente.

Vandaar dat zowel de Gildemannen als de Middenstanders van onze Stad in combinatie met de altijd al invloedrijke pasters-politiekers van Sente en Eric Lemey (KAJ) sinds 2000 al sociologisch met een verschrikkelijke mentale achterstand een poging tot recuperatie zoeken opdat wij nu nog – samen met de landelijke gemeenten Kuurne en Lendelede – plotseling zouden moeten bijdragen in de bouw van een kalote buurthuis (polyvalente zaal, turnzaal voor een school) achter de kerk van Sint-Katherina.

Sociaal kapitaal. Ga daar in de buurt nog maar eens uit de kleren. Uitgerekend op grondgebied Kuurne.
Omdat het namelijk gaat om grond van de kerkfabriek aldaar en we daar geacht worden als gemeente erfpacht voor te betalen.
Grond van een kerkfabriek is heilig.
(Die fabriek daar in Kuurne maakt jaar na jaar schone winsten, ongeacht de gemeentelijke toelage.)

….
Allez. Nu serieus.
Het wordt tijd om eens te kijken hoeveel het aandeel van de betrokken gemeenten voor dat overbodige (op vlak van emancipatie) buurthuis bedraagt en hoe de diverse besturen dat zelf bekijken.
Het is ingewikkeld. Er kloppen dingen niet. Zakes.
En intussen ook ontdekt dat in Kuurne zelfs de christen-democraten en Groen en ook één socialistisch raadlid niet eens fervente voorstanders waren van dit buurthuis. Vonden het in den beginne althans geen prioriteit. CD&V, Visie en Groen stemden in de vorige bestuursperiode ooit tegen, en onthielden zich vanaf oktober 2005 bij alle beslissingen omtrent het buurthuis.
En in Lendelede liep het zeker ook niet van een leien dakje. Maar sinds kort kwam alles goed terecht. Eind goed, alles goed.

Raming totale kostprijs

Volgens een goedgekeurd gemeenteraadsbesluit van Kuurne, dd. 25 oktober 2006: 599.324,12 euro.
Volgens een Collegebesluit, ook van Kuurne, dd. 20 december 2006: 599.741,33 euro.
Cijfers in de visie van Lendelede niet gevonden.
Het Kortrijkse College neemt de bedragen van de collega’s van Kuurne (bouwheer) over. Onze gemeenteraad weet nog nergens van.
Het opgegeven bedrag is inclusief BTW en erelonen.
Het verschil tussen wat het Kuurnse College acteert en de gemeenteraad aldaar goedkeurde is niet groot. Prima, maar er zou gewoonweg tussen de uitvoerende en de controlerende (beslissende) instantie géén verschil mogen zijn. Voor geen cent.
Maar nu komt het.

Raming van de loten

Lot 1: ruwbouw, afwerking en aanleg omgeving:
Kuurnse gemeenteraad: 174.088,00 euro.
Kuurns College: 445.469,46 euro.
(Dat kan toch niet? Gaat het om een tikfout?)

Lot 2: centrale verwarming, ventilatie en sanitair:
Kuurnse gemeenteraad: 86.295,87 euro.
Kuurns College: 101.932,84 euro.

Lot 3: elektrische installatie:
Kuurnse gemeenteraad: 49.470,18 euro.
Kuurns College: 40.101,22 euro.

Totaal van de drie loten
Volgens de Kuurnse gemeenteraad: 309.854,05 euro.
Volgens het Kuurns College: 587.503,52 euro.

Erelonen

Nu herinnert u zich dat de totale kostprijs was geraamd op 599.741,33 euro. Maar dat was ook uitdrukkelijk inclusief de erelonen.
Uitgaande van de cijfers van het Kuurns College zouden die erelonen dan slechts 12.237,81 euro bedragen?
Dat is dan weer niet te begrijpen.
Een gemeenteraadsbesluit van Kuurne (24 januari 2006) zegt dat alléén al het Kuurnse aandeel in de erelonen 10.000 euro bedraagt.
Nu moet u weten dat er inzake investeringstoelagen tussen de drie betrokken gemeenten een procentuele afspraak is gemaakt.

Verdeelsleutel

Betreffende de bouwkost, de te betalen canon en nog wat andere zaken (nu niet meer: de onderhoudslast) is er een afspraak gemaakt.
Stad Kortrijk staat in voor 56,84 procent van de investeringstoelage bij de bouw en de eventuele verbeteringen. Met een absoluut maximum van 357.000 euro.
Kuurne neemt 23,21 procent voor zijn deel, met een maximum van 146.000 euro.
Lendelede zorgt voor 19,95 procent, met een maximum van 125.000 euro.
(De erfpacht voor de kerkfabriek van Sente kost slechts 50 euro, voor 50 jaar.)

De uiteindelijke werkelijke prijs zal dus maximum 628.000 euro mogen bedragen.
We gaan zien hoe het afloopt. Beter: we gaan het nooit zien. Kuurne is nu de bouwheer, alhoewel dat ook vroeger anders was beslist.
In de Kortrijkse begroting van 2006 is alvast voor alle zekerheid méér ingeschreven dan het voorgenomen aandeel: 372.000 euro. En in Lendelede heeft men in oktober 2006 omgekeerd (voorlopig?) slechts een lening van 62.500 euro goedgekeurd.

Een lijdensweg naar Sente

Maar waarop is het ‘project’ met die verdeelsleutel tussen de drie gemeenten gebaseerd? Waarom moeten Kortrijkzanen en die brave Lendeledenaars deelnemen in de kosten van een parochiezaal in Kuurne? Waarom verdedigde ons raadslid Patrick Jolie (Heule) het project? Hoe zijn de aanbestedingen verlopen? Vanwaar het verschil tussen wat het College van Kuurne aan zijn gemeenteraad voorspiegelde en aan Kortrijk liet weten?
Alweer geen idee.
Maar waarom vraag je het dan niet aan iemand, Kortrijkwatcher?
Waarom de bananen krom zijn? Omdat onze bevoegde schepen, Jean de Bethune, zijn emails niet leest. Niet ingaat op een aloude vraag tot onderhoud over kerkfabrieken. En mij van alles kan wijsmaken. Ben niet zot hoor. Heb niet eens een perskaart.

(Wordt vervolgd op een andere bladzijde.)

_____________________________________________________
Weet nog niet wanneer ik hier terug ben om verder aan dit stuk te breien. Geraak er niet aan uit. Eigenlijk zou dit verhaal moeten komen onder de rubriek “onbegrijpelijk”. We gaan dat maar doen ook, want zeer katholiek-orthodox is het een en ander alleszins niet.

Schijnhuwelijken (2)

De wet die schijnhuwelijken strafbaar maakt blijft voorlopig dode letter. Minister Onckelinx – die ook al een paar keer trouw heeft gezworen – was er ten andere altijd voorstander van om dit soort disputen uit het strafrecht te houden.
Tekenend hiervoor is dat Laurette onlangs en pas één jaar later kon antwoorden op een aantal schriftelijke vragen van kamerlid Claude Marinower rondom de problematiek van schijnhuwelijken. Daarbij zegt ze nog dat het College van Procureurs-generaal een werkgroep heeft opgericht die als taak heeft om de toepassing van de procedures en in het bijzonder de strafbaarstelling te onderzoeken. In het kader daarvan wordt er een evaluerend onderzoek overwogen van de beschikbare statistische informatie. (Vragen en Antwoorden, Kamer, 51-156, 5-3-2007, pag. 30226.)

Voor de juristen onder ons. Emeritus raadsheer Armand Vandeplas schreef al in 1987 in het Rechtskundig Weekblad dat een schijnhuwelijk een inbreuk is op het gezinsrecht. ‘k Weet het nog goed. Wilsgebreken, geveins of gehuichel geven toch geen aanleiding tot strafvervolging ?
Ook akkoord? Waarom zijn er dan nog burgerlijke rechtbanken nodig?

Ruim een jaar nadat de wet van kracht werd heeft nog geen enkele Belgische rechter een veroordeling uitgesproken.
Dit liet CD&V-Kamerlid Nahima Lanjri op 22 maart weten aan “De Morgen”.
Nahima is een expert in deze materie, maar vergist zich dan wel als zij op haar webstek meldt dat ook Kortrijk een gespecialiseerde “cel schijnhuwelijken” heeft. Niets van. Er is zelfs al wat kennis verloren gegaan.

Wellicht zal het volgens Lanjri wel zo zijn dat er nog geen vervolgingen zijn geweest, maar hoe zij tot die vaststelling over geheel België is gekomen blijft zeer raadselachtig. Als je maar in de media komt.

Nog onlangs vertelde minister Onkelinx in de Kamercommissie van Justitie (moet nog zoeken of Nahima daarbij was) dat er nauwelijks statistieken zijn over het aantal schijnhuwelijken en gerechtelijke onderzoeken. In Namen waren er 48 onderzoeken in 2006. In Brugge 6, in Mechelen, Gent, Ieper en Veurne geen enkel. Brussel weigerde zelfs cijfers te geven. En Kortrijk evenals Dendermonde, Oudenaarde, Tongeren en Turnhout deelden doodgemoedereerd mee dat er “nog geen veroordelingen zijn”.

Wist u dat er pas vanaf 1 juni 2006 een verplichte registratie is?
En wist u dat er pas tijdens het tweede semester van vorig jaar een preventiecode “55H Schijnhuwelijk” is opgenomen in de nationale lijst van codes die door correctionele parketten wordt gebruikt?
Tevoren registreerden parketten deze zaken zelfs helemaal niet, tenzij er mensenhandel was mee gemoeid.

Hoeveel huwelijksplannen zijn er hier ter stede al geweigerd door de ambtenaar van de Burgerlijke Stand?
Voor dit jaar al 12 naar het schijnt. In 2006: 20. In 2005: 10. En in 2001 ging het nog om één geval. Bepaalde dossiers kregen wel een positief advies van de Procureur, en andere koppels annuleerden dan maar hun huwelijksplannen of trokken voor een nieuwe poging naar betere oorden. Hoeveel bruidsparen er al in beroep zijn gegaan en bij hoeveel zaken de rechtbank dan toch oordeelde dat het waarlijk om een duurzame relatie ging, weet ik niet. Er zou onlangs wel een zaak zijn “verloren”.

In de steden die wel een “cel schijnhuwelijken” kennen – Antwerpen en Gent – zijn al die cijfers publiek, en zelfs te vinden op internet.
Ongelooflijk. Met enig kommentaar. Aantal dossiers, toelatingen tot huwen, uitstel voor onderzoek ten gronde (kan lang duren), negatief advies van de procureur, weigeringen, stopzettingen van de procedure, onmogelijkheden om een interview af te nemen (soms wegens personeelstekort!). Met een opsomming van de betrokken nationaliteiten.

In Antwerpen loopt het de spuigaten uit.
In 2005 bijv. werden er door de cel 256 van de 555 huwelijksaanvragen in twijfel getrokken. Dat is ongeveer de helft. Zo’n 149 koppels werden geweigerd en 107 andere verdachte schijnhuwelijken startten een beroepsprocedure. Eén van de vijf ambtenaren aldaar krijgt wel veel klachten over zijn harde en strenge werkwijze bij de ondervragingen. Men verwijt hem ook te doen aan “ellebogenwerk”. Dat hij subjectief is. Niettegenstaande een aantal richtlijnen vervat in een ministeriële circulaire en een draaiboek schijnhuwelijken kiest hij zelf zijn vragen, en dat gaat er heel intiem aan toe. Over seks. Hoe, wanneer en waar. (Vraag dat nu maar eens aan een Marokkaans meisje met hoofddoek! Een Turkse knaap zal ook rond de pot draaien.)
Kandidaat-trouwers zouden in Antwerpen geen inzage krijgen van de notities bij het interview. Mogen zich ook niet laten begeleiden door een advokaat. (’t Is geen verhoor.)

In Gent ging het in 2005 om 136 huwelijken. 82 toegestaan. 12 geannuleerd tijdens het onderzoek, 28 geweigerd en 14 gingen in beroep.
Let wel, zo’n cel registreert ook aangiften van schijnhuwelijken ! In Gent kwamen er vorig jaar 28 binnen en de helft daarvan werd geklasseerd. Hoe het zit met het meldpunt in Kortrijk, geen idee.

Het begrip schijnhuwelijk is eigenlijk pas opgedoken sinds de wet van 4 mei 1999 tot wijziging van een aantal bepalingen betreffende het huwelijk. Een schijnhuwelijk heeft niet de intentie om een duurzame levensgemeenschap tot stand te brengen, maar is enkel gericht op het bekomen van een verblijfsrechtelijk voordeel.
Hoe herkent zo’n ambtenaar valse tortelduifjes?
Volgens de minister zijn er zeker tien indicatoren die gecombineerd een ernstige aanduiding vormen dat een schijnhuwelijk wordt beoogd.
Biivoorbeeld verstaan de partijen elkaar niet of moeilijk. Ze kennen misschien zelfs elkaars naam niet. Een van de aanstaande echtgenoten weet niet waar de ander werkt. Zij vertellen niet helemaal hetzelfde over de omstandigheden van de ontmoeting. Of volgens een Antwerpse ambtenaar: juist helemaal identiek hetzelfde! Alsof ze een lesje van buiten hebben geleerd. Grote leeftijdsverschillen zijn ook verdacht.
Laurette kan het weten.

In de vorige legislatuur met schepen Hilde Demedts van Bevolking leek zowat iedere vreemdeling verdacht. Prima facie.
Ambtenaren hebben een aanzienlijke appreciatiebevoegdheid bij het weigeren of uitstellen van een huwelijk. En ze zetten hierbij hun eigen verantwoordelijkheid op het spel. Burgerlijk, strafrechtelijk en administratief. WETEN ZIJ DAT WEL? Weten de advocaten van de tegenpartij dat?
Heeft Stad al een keer een soort schadevergoeding moeten betalen? Het is ooit eens gebeurd dat betrokkenen pas een jaar later werden ingelicht over het feit dat hun huwelijksaangifte negatief was geadviseerd. Hoe de zaak is afgelopen weet ik niet. Maar er is een stadsverzekeraar B.A (Ethias).

Het is ook altijd hetzelfde advocatenkantoor (huize Laga) dat Stad mag verdedigen. Zonder enige concurrentie en nochtans gaat het om een overheidsopdracht. De motivering is dat het kantoor de juiste expertise heeft. Ja, als men steeds dezelfde advocaat uitkiest kan die logischerwijze wel expertise opbouwen. Wat is dat nu?
Wat dat bureau in de voorbije jaren al heeft verdiend aan Stad – ook in andere zaken – dat heeft geen naam. Schrijf het alleszins maar met vijf cijfers. En het blijft maar duren.

——
Moet nu even getuige zijn bij een trouwplechtigheid. Stokoude en steenrijke kennis van mij trouwt met een jonge deerne. Dit valt absoluut niet onder de definitie van “schijnhuwelijk”, want zij doet het gewoon voor de erfenis. Iedereen in het stadhuis weet dat, maar de ambtenaar van Burgerlijke Stand alhier gebaart van piekens. Het gaat namelijk niet om het verkrijgen van een verblijfsvergunning, want zij kreeg al een kasteel van een villa. Nou ja, een optrekje maar zij weet het nog niet. Zal het feest nu niet gaan verstoren.

Schijnhuwelijken en schijn-echtscheidingen (1)

Een opwarmertje.

U zag toch ook al rondom u zeer bejaarde lelieblanke autochtonen – uw buren – een huwelijk aangaan? Waarbij u dacht: waar is dat nu in godsnaam goed voor?
En die schijn-echtscheidingen dan? Op eerder middelbare leeftijd. Tussen pure, rasechte blanke Belgen. Met DNA-geteste kindjes.
Geen weigeringen bij dit tweede soort van huwelijksvoltrekkingen door de ambtenaar van de “Burgerlijke Stand”. Geen raadpleging van parketten. Geen nietigverklaring. Geen beroep bij de rechtbank. Geen vervolgingen. Geen statistieken.
Voor wanneer een fiscale wet die (Belgische) echtscheidingen om valse redenen – centenkwestie – schuldig verklaart? Overspel bij de fiscus.
Er zijn toch m/v’s die rijk worden door een beetje te doen alsof? We blijven toch vrienden?

Dat wij/zij denken toch. WIJ zijn goed en ZIJ zijn slecht.
Maar wat is dat, een schijnhuwelijk?
Hoe zoeken Bartje en Treeze, of Ali en Charidja het geluk?
Waarom trouwen paartjes waarvan de minste leek in de analytische dieptepsychologie (hoofdstuk: dubbelzelfmoorden) al onmiddellijk kan merken dat het niets wordt? Die benauwend-dwingende eerste indruk, waar je geen vat op hebt.
Hoeveel brengt een schijn-echtscheiding tussen Belgen op?

Morgen of zo een schijn van antwoord.
Maar misschien nog vlug stipuleren dat een huwelijk in de christelijke (ook joodse, islamitische?) traditie pas is voltrokken bij de daad. Ambetenaren of pastoors komen daar niet bij te pas. Dat zijn formaliteiten.
Nu we daar toch over mijmeren. Hoe zit dat in Vaticaanstad?

(…)

Wordt Lieven Lybeer waarnemend burgemeester ?

Connie zou dat uit de grond van haar hart wel willen.
Maar maakt Lieben een kans?

Bij onstentenis of verhindering van de burgemeester wordt zijn ambt waargenomen door de eerstgekozen schepen, tenzij de burgemeester zijn bevoegdheid aan een andere schepen opdraagt.
Als titelvoerend burgemeester Stefaan De Clerck ooit na de verkiezingen van 10 juni tot federaal minister wordt benoemd, kan normaliter Lieben Lybeer als eerste schepen gebombardeerd tot waarnemend burgemeester.
Normaliter, want in Knack (“covert je stad”) van 21 maart staat nog letterlijk te lezen dat “iedereen bij het ACW erkent dat hij veel te licht weegt” (pag. 31 van onze editie). BINNEN HET ACW is dit de algemene opinie! Dus niet bij kortrijkwatcher.
En er is in dat hypocriet pseudo-opinie draaikonterige weekblad nog even aan herinnerd dat er zich tussen Guy Leleu (ook van de Gilde, maar ietwat overstegen) en Lieben Lybeer vorig jaar nog een bittere strijd heeft afgespeeld om de tweede plaats op de lijst van de gemeenteraadsverkiezingen.

Dat Knack dit allemaal durft te schrijven.
Knack is vanuit historisch-familiale redenen (moeder NOLFIE!) wel christendemocratisch en fundamentalistisch katholiek maar nu ook niet per se fervent pro-Gilde als het op centen aankomt. Roularta is daar samen met de Bank van vlassers en textielbazen uit Texas-Roeselare te rijk-kapitalistisch voor uitgegroeid. Dat zijn nu eenmaal Trends.
Wie helemaal in den beginne als journalist wou bezig zij bij Knack moest eerst passeren bj moeder Nolfie. Alles uitleggen.
Of je naar de mis ging?

Kiezers weten dat onze burgemeester bij iedere gemeenteraadsverkiezing zegt dat hij voluit gaat voor Kortrijk. Zie bijvoorbeeld een interview in De Standaard van 12 augustus 2006. (Hier gememoreerd in een stuk van 22 augustus.) In de vorige bestuursperiode is hij het wel even afgetrapt om voorzitter te worden van de CVP. Liet zich toen vervangen door schepen Frans Destoop.

Stefaan zegt er telkens wel bij dat hij met volle energie en goesting meedoet aan de federale verkiezingen.

Zo ook nu, in een interview van vandaag in het weekblad “Humo”.
Enkele citaten.

Vraag Humo: In de nationale politiek speelt u tegenwoordig een meer bescheiden rol: mist u de Wetstraat soms?
De Clerck: Natuurlijk. (…)

Humo: Maar een ministerportefeuille mogen ze u toch aanbieden na 10 juni?
De Clerck: Elke politicus droomt van een ministerpost, uiteraard. Ik voel dat de goesting er opnieuw is, en ik ben beschikbaar om me in te schakelen in de CD&V-campagne. Maar ik ben geen vragende partij voor wat dan ook, ik zit niet op mijn knietjes te smeken. (…) Maar dat belet niet dat ik, zonder iets te vragen, toch nog enige ambitie heb.

Welk ministerambt zou burgervader dan wel willen bekleden?
Geen kleintje, zo liet hij toch al horen in dat vorige interview met De Standaard. “Ik ga niet naar Brussel om minister van de regie der gebouwen te worden.”
De slotvraag was toen: “En minister Van Justitie?”
Antwoord: “Ook niet. Ik zal nooit met hetzelfde elan hervormingen kunnen doorvoeren als in in mijn vorig mandaat.”

Tja, als de CD&V mederegeert zal Tony Van Parys (Gent) natuurlijk met de meeste hardnekkigheid justitieminister willen worden.

Stefaan heeft één voordeel, maar dat is dan ook alles: hij is goed bevriend met Yves Leterme. Alhoewel dit ook betwijfeld wordt.
Weet het niet. Yves is het prototype van een post-modernistische Kalote. Wacht maar.
Voor het overige zijn er voor Stefaan alleen nog handicaps.

Zeker als de volgende regering een tripartite wordt. Dan moet men 15 ministerposten verdelen onder VLD-MR, SP.A-Spirit-PS, CD&V- N-VA -CDH. In het kader van zijn ‘goed bestuur’ kan Leterme niet zonder gezichtsverlies het aantal ministers verhogen.

Ander obstakel is dat het traditioneel moeilijk ligt om binnen één provincie (West-Vlaanderen) met drie ministers tegelijk uit te pakken (Leterme, Vande Lanotte, De Clerck).

En binnen de CD&V staan er anderzijds nog genoeg ministeriabelen te trappelen van ongeduld: Carl Devlies, Hendrik Bogaert, Pieter De Crem, Herman Van Rompuy, Tony Van Parys.
Dat zijn niet allemaal hartsvriendjes van Stefaan.
En wat dacht u van senatoren als Marc Van Peel, Wouter Beke, Etienne Schouppe, Hugo Vandenberghe? En de vrouwen moeten nog gelijke kansen maken! Sabine de Bethune, Mia De Schampelaere. Jups! Door het glazen plafond.

Binnen zijn partij “in Brussel” heeft Stefaan wel wat aan prestige ingeboet, door zijn niet al te gelukkig verlopen CD&V-voorzitterschap en het zetelverlies in de gemeenteraad van onze Stad.

Laat ons maar weer eens eindigen met een constructief voorstel.
Als het zover komt dat Stefaan minister wordt kunnen we een soort adviserende volksraadpleging houden over de vraag wie best de waarnemende burgemeester zou kunnen zijn. Guy Leleu zal winnen.

Fatsoenshalve zou Lieben bij die gelegenheid misschien beter verzaken aan het ambt. Hij heeft véél te véél werk. Zijn website vermeldt op heden nog 30 mandaten. En hij vergeet er dan nog één: Het Centrum voor Basiseducatie. En was u het ook vergeten dat hij provincieraadslid is?

P.S.
Stefaan De Clerck hecht veel belang aan de vraag hoe politiek én een gelukkig leven kunnen samengaan.
Er is heus een uitkomst voor dit specifieke probleem: gouverneur van West-Vlaanderen worden.

NEVEN-MANDATEN (1): bij intercommunales en bouwmaatschappijen

Zeer gegeerd.
Presentiegelden in Algemene Vergaderingen. Etentjes. En voor de echte bestuurleden in de Raden van Bestuur, de Dagelijkse Besturen, de directie’s, nog wat méér centen. Maar over die bezoldigingen verneemt men in de jaarverslagen nooit iets.
Ge kunt u dat niet inbeelden hoe graag politiekers in bepaalde opzichten mekaar zien. Schouderklopjes delen en uitdelen. Behoefte hebben aan nestwarmte, want er is altijd – vroeg of laat – een ogenblik waarbij zij in hetzelfde schuitje zitten.

Lezer, anti-politieker.
Het gaat niet altijd over zoveel geld als u denkt te weten.
Niet zagen. Politiekers mogen toch ook een keer van een verzetje genieten zeker, als zij hard werken voor ons?
Lezers, u allen verdient véél meer in ’t zwart dan al die politiekers samen. Zeg het nu maar een keer, aan den toog.
Het gaat hier om het principe: een civil servant zou gratis moeten werken. Gewoon tegen onkostenvergoeding. Tenzij het om een noodzakelijk voltijdse job gaat: burgemeesters en schepenen voor bepaalde gemeenten.

Vandaar dat u recent bijv. in de reguliere pers las hoe ontgoocheld schepen Hilde Demedts is over het feit dat zij bij de afvalintercommunale IMOG (den oven in Harelbeke) niet opnieuw tot ondervoorzitter werd verkozen. Net nu zij zo zoveel begon te weten over CO² en papierverwerking uit bossen. Lekkende stylo’s.
Dat is gewoon een uiting van animositeit bij bepaalde buurgemeenten (Deerlijk, enz.) die vinden dat Kortrijk in de regio al genoeg de plak zwaait, bijvoorbeeld via Leiedal. Wellicht was er ook concreet geen goede communicatie binnen ons eigen College (rivalen schepen Bral en Demedts). Bral stemde voor zijn eigen?
Maar misschien kan er een mouw aan gepast. Hilde, hou er de moed maar in. Bral is daarenboven geen beroepspoliticus. Kan leven zonder.

Onderstaande lijst is nog heel onvolledig en wordt zeker nog aangevuld.
De plaatsvervangers van de mandatarissen worden niet vermeld.
Want als de echte mandatarissen niet kunnen aanwezig zijn kraait er toch geen haan naar. Plaatsvervanger weet vaak nergens van. Weet zelfs niet dat hij plaatsvervanger is. Ja, zo erg is dat.

VLIEGVELD WEVELGEM-BISSEGEM
Alle partijen dienden kandidaturen in.
De kandidaten van het Vlaams Belang kregen de zes stemmen van de eigen fractie. De anderen 29 tot 31 stemmen op 38 aanwezigen.

Johan Coulembier
Jean De Bethune
Antoine Sansen
Pieter Soens
Petra Demeyere heeft een “raadgevende” stem.
In feite hebben enkel de voorgedragen kandidaten Walter Deleu en Pol Hiergens (niet-raadsleden en van VLD-obediëntie) enige kennis van het vliegwezen.

Bij (buitengewone) Algemene Vergaderingen van intercommunales duidt men ook altijd iemand aan die als vertegenwoordiger van Stad het standpunt van de gemeenteraad moet vertolken terzake de agendapunten. Maar de gemeenteraden bepalen nooit een standpunt! Wat een klucht. En als het dan toch één keer gebeurt (door de oppositie), wordt dit niet gedaan.
Voor de WIV gaat het dit keer om nieuw raadslid Joost Ghyssel (VLD).
De volgende gemeenteraad moet nog deskundigen voor het vliegveld aanduiden. Experten. Stad Harelbeke vond daartoe ooit een bakker bereid.
Persoonlijk heb ik het ooit nog meegemaakt dat een afgevaardigde van een gemeente Wevelgem zich afvroeg of de “piste” een vierkant was. Ge kunt u soms niet inbeelden, burger, wie u in uw plaats naar waar zendt.

LEIEDAL

Het is een publiek geheim dat Filiep Santy (CD&V-fractieleider) voorzitter wordt.
Hij kon geen schepen worden? Laat het bij hem opdagen dat hij machtiger wordt dan onze burgemeester, mits subtiele bijstand achter de schermen van voormalig voorzitter Frans Destoop c.s. Dexia. Studiebureaus. Amelior.
FLUP! DAT IS POLITIEK!
Hier moeten officieel ook nog deskundigen aangeduid. Ik verlang al. Is J.Laverge nog onvermijdelijk?

In de gemeenteraad van februari kreeg raadslid Filiep Santy 26 stemmen achter zich, met 3 nee en 10 onthoudingen. Schepen Wout Maddens 30 ja en 9 onthoudingen. Raar maar waar.
Patrick Jolie mag onze vertegenwoordiger worden in de Algemene Vergadering terwijl plaatsvervanger Koen Byttebier één stem meer behaalde (33).
Een meerderheid kan meedogenloos zijn tegenover de oppositie. Kandidaat Marc Lemaitre (SP.A) behaalde de stemmen van zijn fractie en daarbij nog 12 tegen en 18 onthielden zich. ’t Is erg gesteld. In de politiek.

GASELWEST

Raad van Bestuur: Carl Decaluwé en Guy Leleu. Laatsgenoemde zal doen wat zijn broer hem influistert.
In ons sectorcomité niet minder dan zes vertegenwoordigers.
Traditioneel gewezen burgemeester Antoine Sansen die ooit eens was vergeten dat hij in de directie zat. Verder nog: Johan Coulembier, Carl Decaluwé, Guy Leleu, Pieter Soens, schepen Marie-Claire Vandenbulcke.
Commissaris: Joost Ghyssel.
En Godelieve Vanhoutte (nu CD&V) mag ons vertegenwoordigen in de Algemene Vergadering. Ook zij weet van toeten noch blazen, en is een krak inzake absenteïsme.

FIGGA

Dat is de financieringsintercommunale voor de gemeenten van Gaselwest. Ter info voor onze bestuurders Alain Cnudde en Guy Leleu: 1247 aandelen bij Distrigas, 1.247 bij Fluxys, 4.491 bij Publi-T, 74.965 bij Elia.
Godelieve Vanhoutte mag opnieuw het standpunt van de gemeenteraad (van ons) vertolken op de Algemene Vergadering.

CV. IMOG

Dat is de intergemeentelijke maatschappij voor Openbare Gezondheid. Zeer gewaardeerd om zijn lunches.
Acht bestuurders die daar naartoe mogen: Stefaan Bral, Alain Cnudde, Johan Coulembier, Hilde Demedts (kreeg één neen-stem!), Patrick Jolie, Lieven Lybeer, Hans Masselis, Martine Vandenbussche.
Raadgevende stem: Bert Herrewyn (SP.A).
Vertegenwoordiger die alweer in naam van de gemeenteraad zal zeggen wat wij zoal denken over vuilnis: Jean de Bethune.

CREMATORIUM

Ook IVC genoemd: intergemeentelijke vereniging voor crematoriumbeheer.
Twee bestuurders van onze kant: Lieven Lybeer en Marie-Claire Vandenbulcke.
Raadgevende stem: Catherine Matthieu (Groen)
Vertegenwoordigers op de Algemene Vergadering: Philippe De Coene (SP.A), Wout Maddens, Filiep Santy.

VLAAMSE MAATSCHAPPIJ VOOR WATERVOORZIENING (VMW)

Afgevaardigd in het provinciaal comité: Alain Cnudde.
Afgevaardigd in het sectorcomité: Katrien Braem, Bart Deneckere, Pieter Soens. Allen deskundig in water.

BOUWMAATSCHAPPIJ “GOEDKOPE WONING”

Koen Byttebier
Anthony Vandeburie
Stefaan De Clerck is vertegenwoordiger bij de Algemene Vergaderingen.
Het mandaat van Marc Lemaitre (SP.A) loopt nog tot mei 2008. Zal het dan moeten aftrappen, terwijl hij daar goede dingen deed.

BOUWMAATSCHAPPIJ “CVBA DE LEIE” (Wervik)
Er werden enkel door de CD&V kandidaten voorgedragen.

Luc Scharre
Vertegenwoordiger : Isabelle Vandenberghe

BOUWMAATSCHAPPIJ “EIGEN HAARD IS GOUD WAARD” (Lauwe)
Kandidaten uit alle partijen.
Hier wou de SP.A absoluut Roger Lesaffre naar voor schuiven. Niet gelukt. Slechts 8 stemmen en 18 onthoudingen op 38.

Johan Baert
Joël Delputte
Christine Devos
Filiep Santy
Luc Vanhauwaert
Lieve Vansevenant
Carine Vercleye
Vertegenwoordiger: Greta Vandevelde

BOUWMAATSCHAPPIJ “EIGEN HAARD” (Zwevegem)
Enkel kandidaten van CD&V en VLD.

Vertegenwoordiger: Rik Planckaert

ZUID-WEST-VLAAMSE SOCIALE HUISVESTINGSMAATSCHAPPIJ
CD&V is er hier al in geslaagd om Johan Desmet als bestuurder aan te duiden tot 15 juni 2012.
Enkel nog een kanddaat van de VLD.

Vertegenwoordiger: Koen Byttebier

KREDIETVENNOOTSCHAP “ELK ZIJN HUIS”
Alleen kandidaturen van de CD&V.

Vertegenwoordiger: Gilbert Strackx.

KREDIETMAATSCHAPPIJ “NIEUWE MAATSCHAPPIJ ROND DE HEERD”
Alleen kandidaturen van de CD&V.

Vertegenwoordiger: Gerard Parmentier.
Gerard is een heel apart geval. Van Unizo. Zit het zgn. politiek comité voor van de Middenstand. En presteert het om te zeggen dat Unizo zich volledig van de politiek heeft losgeweekt (Knack, “covert je stad”, van 21 maart, pag. 28).

—–
(Wordt aangevuld. In de volgende gemeenteraad van april worden ten andere nog veel postjes toebedeeld.)

Nog over het kwaliteitscongres Lokale Overheden

Lezers melden mij dat er geen informatie is te vinden over het derde kwaliteitscongres voor lokale overheden op de Kortrijkse website.
Is het congres dan toch voor ingewijden bedoeld?

Ikzelf vond het programma en andere info ook niet via de website maar wel via een link in de elektronische nieuwsbrief van het Agentschap voor Binnenlands Bestuur.
En de URL was:
www.kortrijk.be/indexdyn.php?f1=0&f2=125068&f5=11
Blijf proberen. Of kijk eens of VVSG er al iets over zegt.

Of meld u tot het meldpunt.

Weblog over het reilen en zeilen in de Kortrijkse politiek door Frans Lavaert